Let op de tram die je weg kruist!

Een tram is in ons verkeer een apart vervoermiddel. Ten eerste omdat je ze eigenlijk alleen in de grote steden ziet. Veel mensen komen ze dus praktisch nooit tegen. Laten we eens kijken waar je rekening mee moet houden.

Eigenschappen van een tram in het verkeer

Nederlandse steden met een tram zijn Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht. Daarnaast zijn in verschillende plaatsen nog light rails maar die zitten meer tussen een tram en trein in. Een tram rijdt op rails. Daarnaast is een tram in de verschillende steden al gauw 30 meter lang en weegt deze leeg tussen de 36 en 37 ton maar vol loopt dat snel op naar 50 ton. Aangezien een tram stalen wielen heeft en op ijzeren rails rijdt, kan hij niet even uitwijken. Ook kun je je voorstellen dat de remweg langer is dan die van je auto. Reken op een remweg van 63 meter bij een snelheid van 50 km/h, de reactietijd van de bestuurder meegerekend. Dat is ongeveer het dubbele als die van een personenauto.

Tram heeft voorrang

Als je een tram tegenkomt in het verkeer, dan kun je er vanuit gaan dat hij altijd voorrang heeft. Alleen als de tram een voorrangsweg kruist vanaf een niet-voorrangsweg moet hij voorrang verlenen aan het verkeer. 

Dat betekent dat je de tram (ook) voor moet laten gaan

• als hij afslaat en jij rechtdoor gaat
• als de tram van een rotonde afgaat

Daarnaast is het goed om rekening te houden met de remweg. Dat betekent dat als je in een stad de baan van een tram moet kruisen, je voor de zekerheid beter zelf kunt stoppen als er een tram aankomt.

Een tram moet zich overigens wél gewoon houden aan de verkeersborden en verkeerslichten die op zijn weg staan. En je mag als automobilist en motorrijder een tram rechts inhalen.

Let op passagiers tram bij halte

Het kan natuurlijk zijn dat je een tramhalte voorbij rijdt. Omdat de tram vaak midden op de weg rijdt, is ook de halte vaak aan het midden van de weg. Als er passagiers in- en uitstappen moet je die ook voor laten gaan.