eCall systeem mobiliseert hulp bij ongelukken

Tot 2015 was er sprake van een dalende trend, maar in 2016 was er weer een stijging te zien in het aantal dodelijke verkeersongelukken: er vielen toen 629 doden te betreuren. In Europa komen jaarlijks zelfs meer dan 25.000 mensen om het leven bij verkeersongelukken. Om dit aantal terug te dringen, moeten alle nieuwe personenauto’s sinds 31 maart 2018 verplicht een automatisch noodhulpsysteem aan boord hebben. Dit systeem is standaard ingebouwd in de auto en slaat alarm bij zware aanrijdingen. Volautomatisch belt eCall het Europese alarmnummer 112 en geeft zo de aanrijding door aan de dichtstbijzijnde alarmcentrale. 

Noodoproep met alle gegevens

Het systeem brengt een spraakverbinding met de hulpdiensten tot stand en geeft relevante informatie door waaronder de exacte locatie, de zwaarte van de aanrijding en specifieke autogegevens zoals de aandrijfsoort en het aantal inzittenden. De automatische noodoproep wordt in gang gezet door de crashsensoren die in de auto zijn ingebouwd. Indien de aanrijding minder heftig was, maar er wel hulp nodig is, bijvoorbeeld in geval van een hartaanval, kan de bestuurder of de bijrijder de noodoproep ook handmatig tot stand brengen. Daarvoor moet de SOS-knop in de auto worden ingedrukt. Of de noodoproep nu handmatig of automatisch tot stand wordt gebracht, er wordt altijd een spraakverbinding met de noodhulpcentrale opgezet. Zo kunnen de belangrijkste gegevens direct worden doorgegeven aan de hulpdiensten. Volgens de autofabrikanten hoeven de gebruikers geen geld te betalen voor het gebruik van dit systeem. Het maakt evenmin uit of je je mobiele telefoon bij je hebt of niet. Een dergelijk SOS-systeem kan het verschil betekenen tussen leven en dood, omdat ze zorgen voor een snelle inzet van hulptroepen. Ook als je zelf niet meer bij bewustzijn bent.