Gereden: Toyota Yaris

De Yaris is uiteraard gegroeid ten opzichte van z'n voorganger, maar alleen in de breedte en de lengte. En ook de wielbasis is groter. Het ontwerp toont dikker, stoerder en volwassener dan z'n aaibaarder voorgangers, meer masculien, ook al omdat de wielen fraai op de hoeken van de carrosserie zijn gepositioneerd.

Binnenin plukken vooral de achterpassagiers de vruchten van de groeistuip van de Yaris, want de beenruimte is er voor een model uit het B-segment uitermate concurrerend. Het motorenaanbod is als volgt opgebouwd: je hebt de keuze uit een 1,0-liter en een 1,3-liter benzinemotor en een 1,4-liter turbodiesel. Een van de vorige Yaris bekend krachtbronnenpalet. Maar Toyota heeft de efficiency ervan met het oog op de toekomst verbeterd. De eenliter komt in aanmerking voor belastingvrijsteling, en leaserijders hoeven maar veertien procent bij te tellen. En dat betekent dat wie goedkoop Yaris wil rijden, niet hoeft te wachten op de hybridevariant van het model die volgend jaar komt. Of je die 69 pk sterke 1,0- echt wilt hebben, is echter maar de vraag.

Tijdens de kennismakingsrit rijden wij met de 1,3-liter, en de 99 pk die die opwekt, weten weliswaar wel weg met de Yaris, maar je moet de motor behoorlijk de sporen geven om de gang in de auto te krijgen, en te houden. En daarbij blijven motorgeluiden niet bepaald op de achtergrond. Het onderstel voelt heel vertrouwenwekkend aan. Je moet heel hard tekeergaan om de Yaris van z'n stuk te brengen; onder normale omstandigheden volgt de auto keurig de ingezette lijn. Het onderstel is bovendien mooi stil, wat het comfort dient. Eind september staat de volledig nieuwe Yaris bij de dealers voor een vanafprijs van 10.990 euro voor de 1,0-literversie. In de prijslijst vermeldt Toyota naast een keuze uit drie motoren ook eentje uit vier uitrustingsniveaus.

De complete rij-impressie met de nieuwe Toyota Yaris staat in AutoWeek 35, die op woensdag 31 augustus verschijnt.