Test: Honda Civic Type S en Type R (2007)

Hoewel de hatch niet altijd zo hot wordt gereden als zij wordt opgediend, wil je als liefhebber zo veel mogelijk pk's voor je geld. Met auto's als de Mazda 3 MPS (260 pk), de Opel Astra OPC (240 pk) en de Seat Leon Cupra (240 pk) worden kopers in deze prijsklasse uitstekend bediend. Bovendien hebben we het dan over turbomotoren die op zijn minst 300 Nm aan koppel bij lage toerentallen te vergeven hebben. Honda heeft het niet zo op turbo's en kiest voor hoge krukassnelheden. Het merk heeft zelfs een tweeliter met 240 pk in huis, maar die motor is voorbehouden aan de S2000.

De nieuwe Type R treedt in de voetsporen van zijn voorganger, door dezelfde prestaties te leveren. Een bewuste keuze, zo leert een gesprek met één van de mensen die betrokken is bij de ontwikkeling van de Type R. Honda, hoe dan ook een merk met een ziel, kijkt naar het totaalpakket en is van mening dat je als koper niet alleen naar het aantal pk's moet kijken bij de aanschaf van een snelle auto. Met de huidige Civic wil het merk ook op het gebied van vormgeving grensverleggend zijn. De Type R is in om te zien nóg een stukje extremer dan zijn zwakkere broeders. Het is een ware blikvanger. Honda noemt 'm dan ook een 'very hot hatch'.

Vandaag is rood

Waarin onderscheidt de Type R zich aan de buitenkant van de Type S? De 18-inchwielen springen het eerst in het oog. Verder zien we een bodykit die de auto aan alle kanten een stuk 'dikker' maakt. Het onderstel is 1,5 cm verlaagd en vanuit de achterbumper kijken twee driehoekige uitlaten het achteropkomende verkeer brutaal aan. In de voorbumper vinden we een set mistlampen met dezelfde vorm. Hoe dan ook een opvallende, stoere verschijning, deze snelle Civic.

Aan het dashboard heeft Honda niet zo heel veel hoeven te veranderen. Zo heeft de 'gewone' Civic ook al een centraal geplaatste toerenteller en een lekker dik stuur, dat in de Type R een iets dikkere rand heeft, afgewerkt met rode stiksels en voorzien van een merklogo in een rood kader. De rode stiksels komen ook terug in de pookhoes en op de deels met alcantara beklede kuipstoelen.

Aluminium mag natuurlijk niet ontbreken. Dat zien we dan ook terug in de kogelronde pookknop, de pedalen en de steun voor de linkervoet. Op de middenconsole heeft Honda een plaatje met een uniek nummer geschroefd. Het instrumentarium is rood verlicht en naast de snelheidsmeter zit een instrument dat aangeeft wanneer de tweelitermotor in het VTEC-gebied komt.

Niet nerveus

De testroute die Honda heeft uitgestippeld voert niet alleen over de openbare weg, maar ook over het asfalt van het circuit van Estoril. Tijdens de eerste kilometers over de snelweg en een paar binnenwegen gaan we al iets begrijpen van de Honda-filosofie. De Type R is in zijn totaliteit namelijk een lekkere auto. Ook al vraagt het dashboard in eerste instantie veel gewenning, na een tijdje blijkt die centraal geplaatste toerenteller toch wel erg prettig te zijn. De besturing voelt stevig aan en volgt de instructies van de man of vrouw achter het stuur nauwkeurig en gewillig op.

De tweelitermotor is een technisch hoogstandje, zoals je van Honda mag verwachten. Geen zenuwachtige toerenmachine, maar een volwassen en goed doordachte krachtbron. Aan de trekkracht bij lagere toerentallen is ook gewerkt: vanaf 3.000 tpm (dat is 100 km/h in zes) is in ieder geval 180 Nm aanwezig. De versnellingsbak heeft een iets kortere eindoverbrenging gekregen om, vanwege het hogere gewicht, de prestaties op het hetzelfde niveau te houden als die van het vorige model. Opzwepend wordt de Type R als de naald van de toerenteller de 5.400 (was 5.800) passeert. Dan voel je de nokkenas overschakelen naar een andere timing en krijgt de motor ineens nieuwe kracht. Naast de snelheidsmeter lichten één voor één oranje leds op. Als de laatste brandt, is het tijd om door te schakelen. Wie iets langer wacht, maakt bij bijna 8.000 toeren kennis met de toerenbegrenzer. Minder spannend is het uitlaatgeluid, dat had wel wat donkerder gemogen.

Uitgebalanceerd geheel

De baan van Estoril kent een groot aantal korte bochten; niet bepaald de omstandigheden waaronder een voorwielaangedreven auto in zijn element is. Gelukkig laat de Type R lekker met zich smijten. Natuurlijk glijdt hij rechtuit, maar kies je voor de juiste inrijsnelheid, dan komt het helemaal goed. Zijn achterkant is iets minder beweeglijk dan die van bijvoorbeeld de Golf GTI, waardoor het wat meer moeite kost om de auto tot overstuur te bewegen. Het samenspel van motor, versnellingsbak, onderstel en besturing klopt echter als een bus. Aan het eind van het rechte stuk is het eerste cijfer op de digitale snelheidsmeter een twee. De vier royaal bemeten schijven hebben geen moeite om keer op keer maximaal te presteren. Leuk wordt het pas, als je de baan en de auto beter leert kennen. We zouden de Type R graag onder zulke omstandigheden eens tegen zijn directe concurrenten laten strijden.

De afstemming van vering en demping is goed afgewogen. Bij normaal gebruik is de Type R geen vervelend harde auto. Honda spreekt van een meer gecultiveerde R, een auto die volwassener is geworden.

Voor de puristen is er een lichtere versie, de Race. Die is 3.150 euro goedkoper en mist onder meer xenon, airconditioning, radio, gordijnairbags en wat isolatiemateriaal, wat hem veertig kilo lichter maakt. De Type R staat vanaf eind maart bij de dealers.

Civic 3-deurs is Type S

Honda had in Portugal meer nieuws voor ons in petto, namelijk de driedeurs Civic. Die gaat tegenwoordig als Type S door het leven en is leverbaar met een diesel- of benzinemotor, die beide 140 pk leveren en de auto een topsnelheid van 205 km/h geven. De eerste is een 1.8, de tweede een 2.2. Ook de S wordt als een sportieve hatchback in de markt gezet en wordt derhalve niet geleverd met de 1,4-litermotor uit de vijfdeurs Civic. Op het sprintje van 0 naar 100 km/h is de diesel zelf iets sneller dan de benzineversie en we hoeven u niet te vertellen dat die 340 Nm koppel bij 2.000 tpm voor uitstekende tussenacceleraties zorgt.

De S is iets minder hard afgeveerd dan de R, maar stuurt bijna net zo precies. Hij staat op 17-inch lichtmetaal en net als bij zijn sportievere stalgenoot is de afstemming van de elektrische stuurbekrachtiging en het ESP aangepast. De 2,2-liter dieselmotor is minder krachtig dan die van Toyota, maar nog altijd geen stumper. In de compacte Honda zorgt deze machine voor sportieve prestaties, die hij in alle rust levert.

De Type S staat vanaf juni bij de dealers, met een vanafprijs van E 26.445 voor de 1.8 en E 31.345 voor de 2.2 diesel. De Type R gaat E 34.995 (de lichtere en minder complete Race kost E 31.845) kosten, waarmee hij iets duurder is dan zijn opponenten in dit segment. Gezien zijn kwaliteiten is die prijs wel gerechtvaardigd, want met de Type R heeft Honda een aantrekkelijk pretpakket in huis.