Hyundai Scoupé 1.5i GT Turbo (1994)

Deze viercilinder is de eerste krachtbron die Hyundai zelfstandig heeft ontwikkeld. Zoals bekend heeft het Koreaanse merk altijd stevig geleund op de ervaring van zijn Japanse leermeester Mitsubishi, maar de Alpha-motor, die in de Scoupé zijn debuut maakte, is de eerste van een serie waarmee Hyundai zijn volwassenheid onderstreept. Ten behoeve van een onbelemmerde ademhaling bezit de motor drie kleppen per cilinder; de GT wordt bovendien bijgestaan door een turbo, die het vermogen opschroeft van 88 naar 116 pk. En aangezien ook het koppel behoorlijk meeprofiteert van die turbo-inblazingen, is de Scoupé GT een lekker pittig scheurijzertje geworden. Met zijn topsnelheid van meer dan 190 echte kilometers per uur en een acceleratie van 0-100 in 9,7 seconden stelt hij wat zijn prestaties betreft bepaald niet teleur. Vooral het gemak waarmee het coupeetje op de snelweg met zijn voorliggers afrekent, is voor een auto van deze prijsklasse best indrukwekkend. In '5' heeft de Scoupé GT voor het sprintje van 80 naar 120 net 10 seconden nodig en het inleggen van de '4' verkort die tijd zelfs tot minder dan 9 telllen. Dat klinkt wat bravoure-achtig, maar fatsoenlijk toegepast werkt het positief mee aan aan de veiligheid. Ten opzichte van de eerste Scoupé is de wegligging van deze editie behoorlijk verbeterd.

Snelle reactie nodig
De auto toont een geruststellend neutraal stuurgedrag, dat alleen bij zeer hoge bochtsnelheden vrij drastisch overgaat in overstuur als het gas wordt losgelaten. In de normale rijpraktijk zal dat zelden of nooit voorkomen, maar wie het wil proberen, moet een snelle reactie in huis hebben. Tijdig corrigeren is overigens niet al te moeilijk, want de besturing is met 2,9 omwentelingen van uiterst links naar rechts een stuk directer dan die van de gewone Scoupé. Een goed gedoseerde polsbeweging is dan ook voldoende om de kleine Koreaan op koers te houden. Meestal verhoogt een direct stuur het sportieve plezier dat je aan zo'n driftkikkertje kunt beleven, maar bij deze Scoupé waren we daar liever van verschoond gebleven. Want het zwakste punt van de turbo Scoupé is helaas zijn onrustige, overgevoelige besturing.

Overgevoelig stuur
De niet-snelheidsafhankelijke bekrachtiger werkt nogal on-evenwichtig en bij stevig gasgeven op een nat wegdek zijn de aandrijfkrachten in het stuur hinderlijk voelbaar. Op hoge snelheid en in bochten kan het rijkelijk grote stuurwiel beter goed in de hand worden gehouden, want op minder vlakke wegdekken vereist het voortdurende concentratie om de Scoupé op het rechte pad te houden.

Nervositeit
Het zou ons niet verbazen als een deel van die nervositeit te wijten is aan de extra brede, lage 205-banden van de testauto. De standaard-Scoupé staat op 175 mm breed rubber, de LS en de GT zetten een centimetertje meer op de weg. Met standaard-rubber zal de GT-Scoupé in veel opzichten flink wat meer rijplezier bieden. Zo zitten de stoelen op de lange duur best prettig en verschaffen ze voldoende compensatie voor het terecht nogal stugge veerkarakter. En het interieur biedt zonder meer de ambiance die je van zo'n sportief mobieltje mag verwachten: hier en daar afgezet met leer, een strak dashboard met prima afleesbare klokken en goed bereikbare knopjes, hendeltjes en schakelaars. Ondanks zijn lage coupérug biedt de kleine Hyundai ook nog eens overwacht veel ruimte achterin; de instap is niet bijzonder makkelijk, maar het zitcomfort is voor niet al te lange tochten zeker acceptabel.
Bij het interieur past de kanttekening, dat de afwerking op een enkel punt net niet het spreekwoordelijke oosterse niveau van perfectie haalt. Misschien ligt dat aan de prijs, want zelfs in de duurste GT-uitvoering is het in zijn klasse een heel aantrekkelijk autootje voor een alleszins acceptabele prijs. Ook over zijn prestaties en de behoorlijk vasthoudende wegligging valt niet te klagen, maar helaas gooit de onrustige besturing flink wat roet in het eten. Eerst maar eens die brede wielen eraf en dan zien of er in overleg met de fabriek iets valt te doen aan de stuurbekrachtiging, die net als die in de (oude) Lantra 1.8 een wat onevenwichtig karakter vertoont. In Europa gaan we nu eenmaal wat anders met auto's om dan in Korea en Amerika; het moet niet moeilijk zijn om daar - zeker bij een sportief bedoelde coupé - rekening mee te houden.