Citroën C5 1.6 HDiF 16V Ligne Prestige (2005)

Wij vinden dat het front van de Citroën C5 er bij z'n facelift in de herfst van vorig jaar flink op vooruit is gegaan. De vorm van de koplampen en de grille met doorlopende doubles chevrons oogt strak en modern en sluit mooi aan bij de C4. Die vouwen over de motorkap staan ook chic. Van de achterlichten raken we minder opgewonden, de 'extra' stukken lichtunit op de kofferklep komen wat geforceerd over. Maar da's een smaakkwestie.

Dat de C5 al vijf jaar meeloopt, is 'm intussen toch wel aan te zien. Vooral vanbinnen, hoewel het dashboard bij de facelift ook onder handen is genomen. De middenconsole blinkt niet uit in overzichtelijkheid. Het is dezelfde als in de Peugeot 407: een landschap van kleine knopjes dat je pas na uitgebreide bestudering onder de knie hebt. Dat was vóór de facelift overzichtelijker.
De ronde vormen in het interieur creëren een warme ambiance, die goed aansluit bij het comfortabele karakter van de C5. Comfort is namelijk het sleutelwoord. Neem de stoelen: zachte stof, zachte structuur, alsof je in een fauteuil voor het haardvuur zit. Ze verschaffen helaas niet overdreven veel steun, maar gezien de weinig uitdagende rijeigenschappen van de C5 is dat ook niet strikt noodzakelijk.

Wollig
Het hydraulische veersysteem Hydractive III zorgt dat de C5 altijd de optimale wagenhoogte heeft, afhankelijk van de ondergrond. Sensoren verbonden met het stuur en de gas- en rempedalen meten wat voor 'soort' chauffeur er achter het stuur zit en stemmen de veerkarakteristiek daarop af. Boven de 110 km/h zakt de auto vóór 15 mm en achter 11 mm voor een gunstigere aërodynamica. De praktijk is dat de C5 geen al te innige relatie heeft met z'n inzittenden; er wordt door het veersysteem veel informatie weggefilterd ten behoeve van het comfort. Ook het stuurgedrag is behoorlijk wollig. Wie houdt van deze comfortabele benadering, heeft aan de C5 een uiterst aangename reisgenoot. Chauffeurs die meer feeling met hun vervoermiddel op prijs stellen, kunnen de Citroën-showroom beter voorbijlopen.

In het vooronder van de C5 vinden we dezelfde 1,6-liter HDi met 110 pk terug als in de Peugeot 407 en de Volvo S40, voortgekomen uit een samenwerkingsverband tussen PSA en Ford. Citroën en levert 'm met roetfilter. Het is geen echte hardloper, eigenlijk is de bijna 1.400 kg wegende koets wat overbemeten voor dit blok. Want verder is het een fijn ding met een mooie laufkultur. Je moet 'm wel een beetje bij de les houden en het toerental niet te ver onder de 2.000 tpm laten zakken, anders schiet het niet echt op. De C5 heeft ook dezelfde versnellingsbak als de Peugeot 407 en dat is niet de fijnste. Hij is iets te slap en gevoelloos.

Snufjes
De C5 zit vol met elektronische snufjes. Of je kunt ze bijbestellen. Denk aan het uit de C4 afkomstige 'lane departure warning system' (trilling in de stoel als je een doorgetrokken streep overschrijdt) en de meedraaiende xenonkoplampen. De Ligne Prestige die wij reden, had deze gadgets overigens niet. Daarvoor moet je bij de Exclusive zijn, die onder meer ook van een automatische, gescheiden airco, een radio/cd-speler met stuurbediening, cruise control en regensensor is voorzien.