Volkswagen Golf R32 (2006)

De Golf R32 onderscheidt zich uiterlijk met een mat aluminium grille en uitlaten die in het midden in de achterbumper uitkomen. Door die centrale positie van de uitlaten oogt de R32 wat smal en hoog en dat past niet bij de R32. Daarentegen vinden we de wielkuipen mooi gevuld door het 18-inch licht-metaal. De 3,2-liter zescilinder zat ook al in de vorige editie van de Golf R32 en is goed voor 250 pk. De bouwwijze van deze V6 is opmerkelijk, want de blokhoek is met 15 graden opmerkelijk klein – vandaar dat Volkswagen hem als VR6 aanduidt. Daarbij staat de R voor Reihe (lijn).

Gemene snerp
Tijdens de metingen blijft de Golf behoorlijk achter bij de fabrieksopgaven, hoe snel hij ook is. De R32 laat zich daarbij duidelijk horen, maar het geluid is niet zo heftig als dat van de oude R32. Evengoed is dit zo'n auto die je wilt horen als je door een tunnel rijdt of waarmee je extra met het gas speelt wanneer je aan het inparkeren bent. Want tussen het donkere, onheilspellende geroffel is een gemene snerp hoorbaar die lijkt te zeggen dat het écht menens is. Op constante snelheid is het geluid echter aardig naar de achtergrond verdrongen en maken vooral de banden rumoer.
Op het rechte eind is de R32 een serieus te vrezen auto. Z'n acceleratietijden zijn pittig en de versnelling verloopt mooi gelijkmatig. De R32 is snel, maar omdat hij eigenlijk te zwaarlijvig aanvoelt voor een sportieve auto, is het moeilijk die cijfers te geloven. Het zou net zo goed een lekkere reisauto kunnen zijn.
Maar als het over wegligging gaat, staat de R32 wel op scherp. Hij is strak gedempt en geveerd en profiteert van integrale aandrijving. De R32 heeft 4Motion en dat heeft natuurlijk grote voordelen in de bocht. De besturing is direct en je hebt scherpte rond het midden. Maar hoewel het op zichzelf wel fijn aanvoelt, is de communicatie met de voorwielen niet altijd duidelijk. De stand van het rubber valt niet zo goed te achterhalen.
Schakelen doet de Golf R32 als een zonnetje. Met korte slagen vliegen we door de zesbak en alleen de koppeling vergt wat gewenning. Die gaat zwaar en het moment van aangrijpen is nogal abrupt. Wie dat een bezwaar vindt, zou kunnen kiezen voor de DSG-bak, die je met flippertjes bedient.

Sportieve zit
De stoelen zijn in hoogte verstelbaar en omdat de auto al dicht op het asfalt staat, kun je sportief laag zitten. Onze testauto was voorzien van het standaardmeubilair
– weliswaar voorzien van leer – maar je kunt ook Recaro's krijgen, die lijken wat meer op echte kuipen. Maar het gewone meubilair is dik in orde. Het is goed verstelbaar en geeft meer steun dan de stoelen uit huis-, tuin- en keuken-Golfs. Het stuur is lekker naar je toe te trekken en mooi voorgevormd voor je handen. Het dashboard voelt vriendelijk aan, maar is erg traditioneel opgezet. Het is opgeleukt met een sportief stripje, blauwe wijzers en grijze klokrandjes. Leuk is ook dat de teller doorloopt tot 300. Opschepperij, want de Golf houdt het bij 250 km/h voor gezien.
De Golf zit goed in de spullen: er zit klimaatregeling, alarm, automatische verlichting, 'n audio-installatie, 18-inchwielen en spoilers op, net als bi-xenonverlichting. Je moet bijbetalen voor leer en navigatie.