Saab 9-5 2.0 t SE (1999)

Saab wordt algemeen gezien als een van de betere merken; producent van auto's voor een - vrij select - publiek van echte liefhebbers. Maar het ooit als vliegtuigfabriek begonnen merk bleek wat te exclusief. Te klein om voldoende geld in de ontwikkeling van nieuwe modellen en motoren te kunnen steken. Het grote General Motors, dat na het verdwijnen van de Senator toch in de hogere regionen van de Europese automarkt actief wilde blijven, had de financiële middelen wél. En zo werd een oplossing gevonden waar de Amerikaanse automobielgigant en het kleine Zweedse merk beide garen bij sponnen. Saab kwam onder de vleugels van GM dat daarmee z'n 'betere merk' in handen kreeg en de Zweden konden beschikken over nieuwe Opel-motoren en de middelen om het modellenprogramma onder handen te nemen.
Als eerste product van deze samenwerking kwam er in 1993 een nieuwe Saab 900, gebouwd op de - aangepaste - bodemgroep van de Vectra. Inmiddels verscheen van dit model een gefacelifte versie, die 9-3 gedoopt werd. Daarmee loopt de type-aanduiding van Saabs middenklasser in de pas met die van grote broer 9-5 die in 1997 werd geïntroduceerd. Deze 9-5 is de wagen waarmee GM het via z'n Zweedse connectie opneemt tegen de gevestigde 'betere merken'.

Merkidentiteit

Saab heeft ervoor gewaakt z'n merkindentiteit te verliezen. En met succes. De vormgeving van de 9-5 sluit z- goed bij die van voorgaande modellen aan, dat minder doorgewinterde autospotters niet één-twee-drie in de gaten hebben dat ze met een nieuw model te maken hebben. Het interieur vertoont een aantal typische Saab-kenmerken. Zo zit de contactsleutel niet aan de stuurkolom, maar op de tunnelconsole, achter de versnellingspook. Om het slot te vergrendelen moet je de pook in de achteruit zetten en vervolgens de sleutel naar links draaien. Ook typisch Saab zijn de ventilatieroosters met 'wafel'-structuur. Verder kennen we het instrumentenpaneel en de middenconsole, samengevoegd tot één geheel met afgeronde hoeken, uit andere Saab-modellen. Wat de klokkenwinkel betreft is eenvoud troef. De sobere cijfers en lijnen van de instrumenten steken scherp af tegen een matzwarte achtergrond. Boven de 140 zijn de cijfers van de snelheidsmeter verkleind uitgevoerd. Voor het rijden in het donker heeft Saab het zogeheten 'Night Panel' ontwikkeld. De achterliggende gedachte is dat de aandacht van de bestuurder zo min mogelijk van de weg moet worden afgeleid. Dat wordt als volgt bereikt: druk je op de 'Night Panel'-knop, dan dooft de verlichting van alle instrumenten, behalve de snelheidsmeter. Maar ook de achtergrondverlichting van die meter wordt gedimd en achter de cijfers boven de 140 gaat hij zelfs uit. Dat wil echter niet zeggen dat de bestuurder verstoken blijft van essentiële informatie, want als een instrument iets belangrijks te melden heeft, licht het vanzelf op. En er zijn meer bijzondere details. Zo past de hoogte-instelling van de veiligheidsgordels zich vanzelf aan bij de stand van de stoelen en het postuur van bestuurder en bijrijder. Voorts zijn er links en rechts twéé zonnekleppen gemonteerd. Als je er één naar de zijruit draait, houdt de andere nog altijd van voren komende zonnestraling tegen. Dan de hoofdsteunen. Die zijn zo gevormd dat er nooit een gat valt tussen de steunen en de bovenkant van de leuning. Verder heeft Saab ze voorzien van een mechanisme dat bij een aanrijding van achteren het optreden van nekletsel tegengaat.
Maar afgezien van dit soort Saab-eigenaardigheden, is de 9-5 ook een reiswagen die z'n achterpassagiers een flinke hoeveelheid ruimte biedt en behoorlijk wat bagage kan meenemen. En hij is gebouwd op rijplezier. De besturing werkt niet zwaar maar wel prettig direct; vering en demping zijn stevig afgestemd, maar zorgen toch voor comfortabele ritten; de wagen ligt strak op de weg en laat zich makkelijk door snelle bochten sturen. En de 2,0-liter motor met turbo zorgt dan wel niet voor superprestaties, maar maakt de 9-5 echt wel vlot genoeg. Wij zien het met de grote 'betere-Zweed' wel zitten. En gezien de belangstelling voor deze wagen staan we daarin niet alleen.