en nog veel meer..
Om te kunnen inloggen op Mijn AutoWeek moet u akkoord gaan met onze privacy voorwaarden.
De maand januari is nog niet voorbij en dat betekent dat we nog zonder al te veel schuldgevoel kunnen kijken naar hoe de verkoopstatistieken er vorig jaar ver buiten de Nederlandse landsgrenzen uitzagen. Vandaag gaan we daarvoor naar Japan!
De Japanse automarkt is een bijzondere, niet in de laatste plaats omdat er tientallen modellen worden verkocht die we in Nederland - of zelfs in Europa - eigenlijk helemaal niet kennen. AutoWeek doet zijn best om zo nu en dan toch wat nieuws vanuit landen als Japan, Rusland en Brazilië te behandelen. Veelal is dat voor de Nederlandse markt totaal irrelevant, maar kan het voor de liefhebber tóch interessant zijn. We waarschuwen je alvast: voor deze Japanse verkoopstatistieken is een gezonde dosis liefhebberij van vrolijke fladders wel een vereiste.
Wie dolgelukkig wordt van de vlakke autococktail die jaarlijks over het Nederlandse wegennet wordt uitgeschonken, wordt waarschijnlijk niet vrolijk van de Japanse verkooplijsten. Die staan immers vol smalle, hoge karretjes die ogen alsof ze bij een gemiddelde rotonde het aardse voor het hemelse verruilen. Kei-cars, heten die kleintjes. Een paar regeltjes achtergrond. Na de Tweede Wereldoorlog werd de kei-categorie in het leven geroepen, een groep auto's waarvoor fiscale voordelen gelden én die goedkoper te verzekeren zijn. Auto's als de Toyota Crown en de Nissan GT-R vallen niet in de kei-categorie en ook relatief compacte auto's als de Nissan Note krijgen geen kei-stempeltje. Sinds 1998 is een kei-car maximaal 3,4 meter lang, 1,48 meter breed en - echt - 2 meter hoog. In de neus een maximaal 660 cc grote benzinemotor die niet meer dan 64 pk mag leveren. Het kei-aanbod in Japan is gigantisch, al wordt er onderling ontzettend veel uitgewisseld. Toyota en Subaru verkopen gerebadgede Daihatsu's, Mazda verkoopt herstickerde Suzuki's en Nissan verkoopt op zijn beurt van Mitsubishi en Suzuki afkomstige kei-cars. Dat levert een top-10 op waarin we slechts drie non-kei-cars tegenkomen!
1. Honda N-Box. Boven aan de Japanse verkooplijst stond vorig jaar de Honda N-Box, mét twee schuifdeuren! De N-Box ging 241.870 keer over de toonbank, bijna 11 procent vaker dan in 2017. Begin vorig jaar werd er een volledig nieuwe generatie van gelanceerd. De N-lijn van Honda bestaat verder uit onder meer de N-One en de N-Van.
2. Suzuki Spacia. Op plek twee: de Suzuki Spacia. Uiteraard ook een kei-car. Het wagentje vond 152.104 keer een nieuwe eigenaar en daarmee namen de verkopen met 66,3 procent toe ten opzichte van die van 2017. Mazda verkoopt de auto weer als Flair en Flair Wagon. Volgens goed Japans kei-gebruik wordt er een reguliere versie verkocht naast een stoerder ogende Custom-versie.
3. Nissan Dayz. Plek drie is voor de Dayz van Nissan. De auto was goed voor 141.495 registraties, een kleine 3 procent meer dan in 2017. Een nieuwe generatie is onderweg, een auto die zelfs in Europa is gesnapt! Stiekem is de Nissan Dayz een Mitsubishi eK Wagon, een auto die pas op nummer 42 in de verkooplijst staat.
4. Daihatsu Tanto. Ook op plek vier een kei-car: de Daihatsu Tanto. Deze compacte Daihatsu werd 136.558 keer verkocht, maar helaas voor het merk was dat 3,4 procent minder dan in 2017. Ook hier weer een stoer ogende Custom-versie naast de reguliere versie.
5. Nissan Note. Jawel, op plek vijf de eerste niet-kei-car in deze lijst: de Nissan Note! De auto, in Japan voornamelijk populair met e-Power-aandrijflijn, was goed voor 136.324 verkoopcontracten, een kleine 2 procent minder dan in 2017. Maar liefst 70 procent van de klanten bestelt een Note met e-Power-techniek.
6. Daihatsu Move. Op plek zes: de Daihatsu Move! In de jaren negentig bracht Daihatsu de Move naar Europa en ook de tweede generatie Move mocht het in ons deel van de wereld proberen. De Move ging vorig jaar 135.896 keer over de Japanse toonbank. Ook hier weer een Custom-versie naast een regulier ogende variant.
7. Toyota Aqua. Plek zeven is voorbehouden aan de Toyota Aqua, een auto die in de Verenigde Staten als Prius C in de orderboeken staat. De Aqua is een hybride hatchback die - hoewel zijn naam anders doet vermoeden - zijn techniek vooral deelt met de Yaris Hybrid. De hatchback werd 126.561 keer verkocht, een kleine vier procent minder dan in 2017.
8. Toyota Prius. Toyota's reguliere Prius is goed voor de achtste plek in de Japanse verkooplijsten. De nog altijd innovatieve Toyota vond 114.462 eigenaren.
9. Suzuki Wagon R. Bijna onderaan in de top-10 zien we de Suzuki Wagon R, een auto waarvan Suzuki de eerste R+-versie van de eerste generatie naar Europa haalde. Hier lees je meer over de Japanse Wagon R, een auto die je niet moet verwarren met de onlangs in India door Maruti Suzuki gepresenteerde nieuwe Wagon R...
10. Daihatsu Mira. Hekkensluiter van deze top-10 is de Daihatsu Mira, een afstammeling van de auto die wij in Europa als Cuore kenden. De Daihatsu vond 12 procent meer kopers dan in 2017 en werd vorig jaar 107.283 keer op kenteken gezet. De Mira heeft een zeer zuinige e:S-versie die volgens Daihatsu nog geen 2,9 l/100 km verbruikt.
In de lijst van de 50 populairste personenauto's van Japan komen we geen enkel model van een Europese, Koreaanse of Noord-Amerikaanse fabrikant tegen. Die Japanners vermaken zich wel.
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.