Subaru Forester
Geval apart
De Forester is met z'n vierkante uiterlijk een beetje de vreemde eend in de bijt die verder is gevuld met Santa Fe's, RAV4's en Outlanders. Die zijn toch stukken hipper en modieuzer dan de Forester. Maar in het terrein in hij ze allemaal de baas en de turboversie is op het asfalt heer en meester. Kortom, het is een geval apart.
'n Echte autoliefhebber, zo eentje met benzine in z'n bloed, zal z'n neus ophalen voor een Subaru Forester. Tenslotte is zo'n onopvallende, vierkante semi-SUV is niet bepaald gestyled om indruk te maken bij wie dan ook. De functie bepaalde de vorm en het moest een degelijke, praktische auto zijn. En dat is het. Maar neem nu eens de versie met 2.5XT op de kont geschreven. Die heeft onder de kap een 230 pk sterke 2,5-liter turbomotor en dat is gewoon dikke pret. Stel je voor: een hoekige Japanner, met z'n Paulus-de-Boskabouter-naam, die met twee vingers in z'n neus alle GTI's het snot voor de ogen rijdt... Mensen geloven hun ogen niet als het ze overkomt. Maar dat terzijde. De turbo maakt maar een klein deel uit van de Forester-verkopen en de klanten die zo'n 2.5 XT rijden, doen dat meestal niet voor de acceleratiecijfers.
Twee motoren
Voor het komende modeljaar werd de Subaru Forester even opgefrist en veranderde er het een en ander op motorisch vlak. Bij de eerste kennismaking lopen we even om de auto heen en zien dat de koplampen en achterlichten een beetje anders zijn, net als de grille. Gewoon een fris gezicht dus. In de buitenspiegels vinden we nu ook de richtingaanwijzers, zodat die in ieder geval helemaal bij de tijd zijn. Binnenin zijn de verschillen niet groter dan een andere armsteun en iets langere achterbank.
Subaru hield opruiming in het motorengamma en ging van drie terug naar twee. De 2.5 (te herkennen aan de bult op de kap) kreeg 20 pk meer vermogen door aanpassingen aan de cilinderkop die een hogere compressieverhouding tot gevolg hadden. Het koppel bleef met 320 Nm hetzelfde. Van de tweeliter waren altijd twee uitvoeringen (met en zonder turbo, respectievelijk 177 en 125 pk), maar dat is er nu nog maar een. Een ongeblazen boxer van 158 pk pruttelt nu voor in het basismodel en is zeker geen motor om je voor te schamen. Hou 'm een beetje op toeren en je hebt een lekker vlotte auto. Onder de 2.000 tpm gebeurt er niet zo heel veel. De Forester heeft net als alle andere Subaru's standaard vierwielaandrijving en alleen de tweeliter heeft een tussenbak met hoge en lage gearing. Die heeft dus in de sneeuw en de blubber de beste papieren.
De vernieuwde Forester is in een keur van uitvoeringen te bestellen. Het begint met een 2.0X basis, die voor € 27.595 van eigenaar wisselt. Maar dat lijkt ons een zuiver theoretische uitvoering die de prijslijst moet opleuken, want zo'n auto zonder airco of andere luxe zullen niet veel mensen willen hebben. Reëler is de Comfort Pack met klimaatregeling en nog wat snufjes: € 30.995. De 2.5 XT kost minstens € 38.995, maar dat heb je meteen een Luxury Pack te pakken met giga-zonnedak, lichtmetaal en xenon.
