Hyundai Coupé 2.0i FX CVVT (2003)

De Hyundai Coupé verscheen in 2001 in een geheel nieuwe gedaante en sindsdien zijn we ook over de rijkwaliteiten van het sportmodel zeer te spreken. Het is een serieus strakke stuurwagen geworden, in tegenstelling tot het vorige model. Het onderstel is niet knétterhard, maar stevig genoeg om prima te voelen wat er onder je gebeurt. We geven de FX, die niet getemd wordt door stabiliteits- en tractiecontrole, de sporen maar hij geeft geen krimp. Bij het insturen is hij zelfs een beetje tot overstuur te verleiden, wat tekenend is voor de prima balans. De rijeigenschappen van de Coupé passen bij zijn sportieve uitstraling, met z'n kloeke snuit, het Ferrari 456-achtige profiel en de koelribben in de voorspatborden.
Sportief is ook het korte, bijna recht 'afgekapte' kontje met twee dikke uitlaatpijpen.Over de motorisering van de Coupé zijn we niet zo enthousiast, maar we hebben niets dan lof voor de manier waarop de vijfversnellingsbak zich laat bedienen, het strakke sturen en het stevige onderstel. De 2,0-litermotor is nu voorzien van CVVT (continu variabele kleptiming). Met die CVVT is er op een aantal punten winst geboekt. Het vermogen van de 1.975 cc metende motor groeide van 102 kW/138 pk naar 105 kW/143 pk en het koppel van 181 naar 186 Nm. De testresultaten laten echter nauwelijks verschil zien ten opzichte van de variant zonder CVVT. Voor de sprint van nul naar honderd noteerden we bijvoorbeeld nog steeds 9,4 seconden. Maar het brandstofverbruik tijdens de test viel toch iets lager uit.

Alu-accenten
De Hyundai 2.0i FX CVVT-koper krijgt ABS, cruise control, centrale vergrendeling met afstandsbediening, mistlampen vóór, een met leer bekleed stuur en een met leer beklede versnellingspook. Die pook is voorzien van een aluminiumkleurige dop. Die doet wat goedkoop aan, maar past wel bij de andere alu-accenten in het interieur: rond de pook, de klokken en meters, op de middenconsole, het stuur en op de deurpanelen bij de schakelaars. De kwaliteit van de kunststof in het interieur is er stukken op vooruitgegaan. Toch zie je hier en daar de kunststof een beetje glimmen en de aluminiumkleurige afwerking van onder andere meters en middenconsole maakt niet echt een hoogwaardige indruk.Als je met de Hyundai Coupé wilt (mee)rijden, moet je niet te stram van lijf en leden zijn, want de instap is nogal laag. Maar hij beloont bestuurder en bijrijder met een paar stevige sportstoelen die véél steun opzij geven. De zitting van de bestuurdersstoel en het stuur zijn in hoogte verstelbaar, maar toch is niet zo makkelijk 'n optimale zitpositie te vinden.

'Sportieve' klokjes
Voor een sportief accent in de middenconsole zorgen een voltmeter, een brandstofverbruikmeter en een meter die aangeeft hoeveel newtonmeter koppel de motor ontwikkelt. Staat wel interessant, maar of je veel opschiet met die info? Op de achterbank vinden we twee driepuntsrolgordels. De achterpassagiers zouden dan kinderen beneden de puberleeftijd moeten zijn of volwassenen van klein postuur, want het is achterin krap. Hoofdsteunen ontbreken achter, want ze zouden het zicht naar achter belemmeren. Tot slot de bagageruimte: die heeft – voor een coupé – een redelijk formaat en laat zich dankzij een in gelijke delen opklapbare achterbankleuning verder uitbreiden. Bagageruimte en ruimte achterin zijn nooit de sterke kanten van een coupé. Maar deze Hyundai scoort met z'n Ferrari-achtige koets, z'n sportieve rijkarakter en vooral z'n voor dit type auto scherpe prijs van 23.995 euro.