AutoWeek.nl heeft je steun nodig
We zien dat je een adblocker gebruikt. Dat vinden we jammer, want alleen dankzij advertenties kunnen we autoweek.nl gratis toegankelijk houden. We willen je vragen voor autoweek.nl een uitzondering te maken. Wil je jouw adblocker voor ons pauzeren? Zo werkt het

Audi Q3 - BMW X1 - Mercedes-Benz GLA - Vergelijkende Test

Nu voor het echt

Audi Q3 BMW x1 Mercedes-Benz GLA
AutoWeek 25 2020
AutoWeek 25 2020

Je leest het in AutoWeek 25 2020

Mercedes-Benz heeft een kakelverse GLA de wereld in gestuurd. Anders dan zijn voorganger is dit echt een eigen model, maar de wereld is dan ook aardig veranderd. Om te toetsen of de nieuwe GLA die wereld aankan, confronteren we hem met twee aartsrivalen uit eigen land.

We kunnen het ons nu bijna niet meer voorstellen, maar in 2013 was het nog de gewoonste zaak van de wereld dat je een uitgebreid hallencomplex vulde met de nieuwste auto’s, om daar vervolgens honderdduizenden enthousiastelingen schouder aan schouder tussendoor en omheen te laten lopen. Met weemoed denken we terug aan de IAA van dat jaar, toen de internationale beurs van Duitsland nog in Frankfurt werd gehouden. Op de stand van Mercedes-Benz was het grootste nieuws de GLA, een cross-over op basis van de A-klasse. Je zou kunnen stellen, en dat deden wij dan ook, dat Mercedes zich er een beetje gemakkelijk vanaf maakte, maar daarbij moet je je wel realiseren dat cross-overs toen weliswaar in opkomst, maar lang nog niet zo booming waren als nu.

Anno 2020, zo ongeveer de maximale houdbaarheidsdatum van die GLA eerste generatie, is de wereld drastisch veranderd. Het concurrentieveld is groter en heviger geworden en daarom bedacht Mercedes een volwaardige cross-over om de eerste GLA af te lossen. Vandaar dat bij deze generatiewisseling, anders dan meestal het geval is, het verschil onmiddellijk, bij de eerste oogopslag opvalt. De nieuwe GLA is duidelijk hoger, ondanks de rankere indruk die hij maakt dankzij een slim spel met de lijnen van de zijruiten. Ook de hoge neus en meer verticale achtersteven maakt de tweede GLA veel meer cross-over dan zijn voorganger was.

HIGHTECH

Nog veel meer nieuws biedt het interieur van de nieuwe GLA. Want net als bij de hoger gepositioneerde modellen heeft de A-klasse, en dus nu ook de GLA, dat enorme scherm, dat tweederde van de breedte van het dashboard beslaat. Behalve dat het er prachtig en hightech uitziet, biedt het ook bergen aan informatie, plus de mogelijkheid alles naar smaak in te delen. Dat doe je door uit allerlei ‘belevingswerelden’ te kiezen. Helaas is de bediening van al dat moois wat minder geslaagd. Idealiter doe je alles met stemcommando’s, maar dat levert nogal eens wat misverstanden op tussen mens en machine. Zekerder is het aanraakpaneeltje tussen de stoelen, maar dat vergt de nodige behendigheid en aandacht, die je beter op de weg kunt richten.

Hoewel hij korter is dan zijn voorganger, is de wielbasis van de nieuwe GLA drie centimeter langer en dat betekent veel goeds voor de interieurruimte. Achterin is de hoofdruimte een tikje gekrompen, maar er zit genoeg speling in om het nog steeds ruim voldoende te noemen. De beenruimte is zelfs tamelijk riant, des te meer doordat er veel ruimte is onder de voorstoelen, waardoor je bijna met gestrekte benen kunt zitten. Bovendien kun je de hoek van de rugleuning verstellen en tegen bijbetaling is ook de bank in de rijrichting te verschuiven. Ook voorin zit je goed in deze Benz, met een prima zicht rondom. De kofferruimte is met 435 liter (uit te breiden tot 1.430 liter) de kleinste van dit trio, maar prima.

INDRUKWEKKEND

Een gedoodverfde concurrent, nu veel meer dan voorheen, is de Q3 van buurman Audi. Twee jaar geleden werd hij na een carrière van eveneens zeven jaar vervangen door de tweede generatie, die vandaag de degens kruist met de nieuwe GLA. Met zijn enorme trapeziumvormige single frame grille is de Q3 wellicht het meest indrukwekkend van de drie als hij in je binnenspiegel opdoemt. Ook zijn zijaanzicht maakt veel indruk, met de glooiende vouwen boven de wielkasten, die extreem hoog zitten en de koets groter doen lijken dan hij is.

Vanbinnen is de Q3 de gulden middenweg. Het dashboard is niet zo progressief vormgegeven als dat van de GLA, maar dankzij Virtual Cockpit, in deze versie standaard, is het toch hightech genoeg om helemaal bij de tijd te zijn. Deels overlappend met die digitale klokken zit net daaronder een groot, rond de bestuurder gebogen paneel waarin het infotainmentscherm mooi geïntegreerd is, met daarboven een strook met ventilatieroosters. Deze configuratie is fraai, maar brengt wel met zich mee dat het navigatiescherm nogal laag zit.

OUDERWETS CONTACTSLOT

Ook de middenconsole is enigszins naar de bestuurder gedraaid, zoals we dat gewend zijn van Audi. Allesbehalve hightech is de contactsleutel. Dat is een ouderwetse met baard, die je in een fysiek slot aan de stuurkolom steekt. Dat verwacht je niet meer in dit prijssegment, maar laten we het van de positieve kant bekijken: het is een mooie retromaatregel tegen een rondslingerende keycard. Het stuur is vrij compact, aan de onderkant afgeplat, en ligt mede dankzij stevige profilering lekker in de hand. De sportstoelen geven flink wat zijdelingse steun en het zicht rondom is vanuit deze zitpositie prima. De al genoemde Virtual Cockpit biedt volop mogelijkheden om het naar eigen smaak in te delen, bijvoorbeeld een groot, gedetailleerd navigatiescherm tussen twee kleine klokken. De bediening van de klimaatregeling is duidelijk en overzichtelijk. Wat merkwaardig is het paneeltje daaronder, dat op de volumeknop van de muziek na helemaal leeg is. Alsof je iets bent vergeten aan te vinken op de lijst met opties.

ANALOGE METERS

Net als de GLA en de Q3 zit ook de BMW X1 die we vandaag laten aantreden in zijn tweede generatie, al is hij al sinds 2015 op de markt en daarmee een oud model in deze vergelijking. Echter, vorig jaar onderging hij een facelift. Van het bescheiden soort, maar geef toe: meer was ook niet nodig. Hier staat weliswaar een oud, maar geenszins een verouderd model. Wel zie je dat hij in zijn lijnenspel het dichtst in de buurt van een SUV komt, waar de Q3 en GLA meer cross-over ogen. Het duidelijkst komt het surplus aan levenservaring van de X1 naar boven wanneer je achter het stuur kruipt. Daarachter prijken twee analoge meters, zoals we dat al decennialang kennen. Misschien een tikje teleurstellend voor de hightechfreaks, maar stiekem is het lekker overzichtelijk en, in al zijn eenvoud, uitstekend afleesbaar.

Ook op andere punten bewijst de X1 dat vernieuwen om het vernieuwen zelden een goed idee is. De bediening van het infotainment gaat nog steeds via de grote ronde i-Drive-knop op de middenconsole. Dat is dan niet meer de meest geavanceerde manier, het is wat ons betreft wel de best werkende. Ook de zelf toe te wijzen snelkiesknoppen op het dashboard kunnen op onze warme sympathie rekenen. Hetzelfde geldt voor dat heerlijk compacte, dikke stuurwiel, want door het formaat en het materiaal ligt het vorstelijk in de hand. Dat is dan weer mooi in harmonie met de lage zitpositie in de BMW, waarmee een opvallend sportief gevoel ontstaat, zeker voor cross-over begrippen.

Toen hij op de markt kwam, verbaasde deze X1 ons door zijn interieurruimte en dat kwam mede doordat de eerste generatie op dat punt nogal teleurstelde. Niettemin was het een erg ruime cross-over en ook nu nog kun je achterin prima zitten, al halen zijn twee jongere concurrenten hem op dat gebied toch links en rechts in. Maar zoals gezegd: het is nog steeds prima toeven op de achterbank van deze X1 en met zijn 505 liter is de kofferruimte daarnaast ook nog eens fors groter dan die van de gloednieuwe GLA.

DEINERIG KARAKTER

Uiterlijk is de nieuweling een echte crossover geworden. Dat gaat ook op voor het rijgedrag, al bedoelen we dat iets minder complimenteus. De GLA neigt duidelijk naar comfort en daarin is Mercedes-Benz wellicht net wat doorgeschoten, waardoor hij vooral bij stevig sturen een wat deinerig karakter heeft. Dat hij ‘slechts’ op 17 inch staat, zal daar voor een deel debet aan zijn, net als aan het feit dat de GLA wat over zijn neus naar buiten neigt in snelle bochten.

Toegegeven: in deze vergelijking neemt hij het op tegen twee vierwielaandrijvers, dus enige coulance verdient hij met zijn voorwielaandrijving wel. De besturing is ook aan de lichte kant en biedt niet zo veel beleving. De keerzijde van deze medaille, dat zal weinigen verbazen, is dat de GLA bij rustig gebruik heerlijk comfortabel is. Zeker op glad wegdek, maar ook die onuitstaanbare Nederlandse verkeersdrempels weet hij bovengemiddeld goed te trotseren. De motor houdt zich goed op de achtergrond; alleen wanneer je het uiterste van hem vergt, komt het wat rauwe geluid van de bescheiden 1,3-liter machine wat al te nadrukkelijk naar boven. Bij weinig last worden twee cilinders uitgeschakeld, maar dat moet je maar net weten, want merken doe je het amper. De zeventraps automaat doet zijn werk eveneens bijna ongemerkt, jammer is alleen dat hij bij de omschakeling van D naar R nogal wat bedenktijd nodig heeft. Geen dealbreaker misschien, maar bij manoeuvreren irriteert dat.

Heel anders is dat in de Audi Q3. Ons exemplaar heeft een optioneel sportonderstel en ook nog eens enorme 20-inch wielen met lage banden en die combinatie maakt deze Q3 een stevige jongen van het type ‘comfort is voor watjes’. Op de snelweg merk je dat niet zozeer, mede doordat de besturing in het midden rustig is, maar op kwalitatief minder bedeeld asfalt voel je wel erg goed wat het onderstel te verduren heeft. Maar ook hier heeft de medaille een keerzijde en ook hier zal die niet verrassen. Je stuurt de Q3 lekker scherp de bocht door, waarbij hij bakken grip heeft en, mede dankzij de vierwielaandrijving, erg neutraal blijft. Tel daar een krachtige tweeliter bij op en je hebt een cross-over die trots aan de rand van de sportieve kant van het segment staat. De motor blinkt vooral uit in koppel, wat hij bovendien over een breed toerenspectrum kan opbrengen. Het levert deze Q3 in combinatie met de razendsnelle zeventraps DSG een erg prettige, soepele aandrijflijn op.

SPORTIEVE INBORST

Dat een sportieve inborst niet per se betekent dat je inboet aan comfort, bewijst BMW met de X1. Hij is wat minder hard dan de Q3, maar biedt zelfs nog wat meer beleving. Behalve dat het kleine, dikke stuur bijzonder prettig in de hand ligt, geeft het veel feedback en de nodige weerstand. Net als de Q3 gaat de X1 erg mooi neutraal de hoek om, zonder veel te hellen, maar anders dan de Q3 weet hij goed raad met slechter wegdek, en dat terwijl de onze met zijn 225/45R19 toch ook op stevige stappers staat. De X1 mag dan in de basis een voorwielaangedreven auto zijn en daarmee een vloek in de kathedraal der BMW-gelovigen, ze hebben er desondanks een uitstekend sturende cross-over van weten te maken.

Dat is hij als sDrive al, maar de xDrive doet daar nog een schepje bovenop. Ook de aandrijflijn is dik in orde. Ondanks wat minder koppel en een bijna gelijk vermogen is de X1 een stuk sneller dan de Q3. Met name in de hogere toerentallen loopt hij van de Audi weg. Op de achterbank zit je lekker ruim. Dat de hoofdruimte de minste is in deze test, zegt meer over de twee andere auto’s dan over de Q3. Met zijn 530 liter (uit te breiden tot 1.525) kofferruimte steekt de Q3 ruim boven beide concurrenten uit.

AFGELADEN

De Audi Q3 in de test is werkelijk afgeladen met extra’s en heeft dan ook een navenant prijskaartje. Met zijn € 56.790 is de basic 40 TFSI quattro al de duurste van dit trio en als S edition gaat de prijs verder omhoog naar € 60.590. Mocht je echter met dat pak duiten naar de dealer stappen en om deze Q3 vragen, bereid je er dan op voor dat je wordt uitgelachen. De onze gaat pas voor € 71.680 mee en dat komt mede door de 20-inch wielen, elektrische stoelverstelling voor, progressieve besturing, het sportonderstel, donker glas achter en Audi Drive Select. Daar zitten toch wat zaken tussen die je in deze prijsklasse bij het pakket inbegrepen zou verwachten.

Ook onze BMW X1 werd aangekleed door iemand voor wie geld geen rol speelt. Het basismodel van de X1 kost met deze motor, automaat en vierwielaandrijving € 54.283, maar ons exemplaar gaat voor een lieve € 70.936 de toonbank over. Hoe krijg je dat voor elkaar? Nou, vooral met een reeks pakketten, waaronder Executive Edition, High Executive, Model M Sport en Safety Pack. Tezamen verklaren die al 8,5 mille van het gat tussen instap en compleet. De rest zit in zaken als het briljant klinkende Harman Kardon-geluidsysteem, verlengde garantie, het glazen panoramadak, 19-inch wielen en – jawel – de M GmbH-kleurtjes in de gordels.

Onze Mercedes-Benz GLA is dan een stuk bescheidener. Daar moeten we natuurlijk wel bij aantekenen dat hij een minder krachtige motor heeft en bovendien slechts voorwielaandrijving. Desondanks is het verschil in basisprijs met de BMW wel erg groot. Voor de GLA 200 is die € 49.245 en ons exemplaar is bescheiden aangekleed, wat leidt tot een totaalprijs van € 55.147. Ook hier wat pakketten (Advantage Pack en Style Plus), met daarbovenop donker glas achter, een verschuifbare achterbank en nog wat klein grut.

Verder lezen?

Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.

Inloggen of Registreren

Oordeel

De prachtige balans in het onderstel, die hem de best sturende auto van dit trio maakt, bezorgt de BMW X1 de winst. Nou gaat het bij cross-overs natuurlijk vooral om ruimte en praktisch gebruiksgemak, maar ook op dat gebied scoort hij erg goed. De nieuwe Mercedes-Benz GLA doet het daarin zelfs nog wat beter, maar zijn rijeigenschappen stellen wat teleur. Dat doet hij allerminst met zijn interieur, dat naast veel ruimte ook nog eens een erg luxe gevoel geeft, dankzij het uit de S-klasse omlaag gedruppelde scherm. De Audi doet het op al die punten ook prima, maar blinkt net iets minder uit. Behalve dan met zijn looks, maar dat is onze mening en smaak is uiteraard subjectief.

    Praat verder op het forum