Benzineprijs per 2026 dik 25 cent omhoog: kabinet maakt zich zorgen
Zonder ingrijpen enorme prijsverhoging
Tanken dreigt fors duurder te worden. Nieuwe berekeningen zorgen voor grote schrik in de coalitie. Zonder ingrijpen wordt een liter benzine op 1 januari 25,8 cent duurder. In de jaren daarna komt daar nog eens 18,6 cent bovenop. Terugdraaien kost echter miljarden.
De brandstofprijzen brengen de coalitiepartijen PVV, VVD, NSC en BBB in een lastig parket. Juist nu de roep klinkt om burgers meer koopkracht te geven, dreigen de kosten vanaf komend jaar flink op te lopen. De prijsstijging komt grotendeels doordat de overheid sinds 2022 de belasting op brandstof heeft verlaagd.
Als het kabinet de regeling niet verlengt, schiet de literprijs benzine op 1 januari met 25,8 cent omhoog, meldde minister Barry Madlener (PVV, Verkeer) deze week. Die nieuwe berekeningen zorgen voor kopzorgen in de coalitie: terugdraaien kost namelijk 1,6 miljard euro.
De minister schetste een nog somberder vergezicht: in 2027 en 2030 gaan de prijzen nóg twee sprongen maken, omdat er dan Europese regels veranderen waardoor oliebedrijven de prijzen nog verder omhoog zullen doen. Dit alles bij elkaar opgeteld betekent dat een liter benzine de komende jaren met bijna vijftig cent duurder kan worden, alleen maar door stijgende belastingen.
Die mogelijke prijsexplosie bezorgt de rechtse coalitie de rillingen. Ook minister Madlener zelf zit ermee in de maag. "Mobiliteit moet betaalbaar blijven, voor iedereen. We zien dat onder druk staan, die zorgen delen we zeker. Ik hoop dat het kabinet er wat aan kan doen, met de schaarse middelen die we hebben.”
Het lastige is wel dat de regeringspartijen heel veel wensen hebben om de portemonnee van Nederlanders te spekken. Geen enkele coalitiepartij heeft de verlaging van de prijzen aan de pomp als speerpunt genoemd. Achter de schermen noemen PVV, VVD, NSC en BBB de brandstofprijzen weliswaar ‘erg belangrijk’, maar het is maar één deel van wat de partijen geregeld willen hebben.
In de coalitie is het de verwachting dat er pas kort voor Prinsjesdag een besluit valt over wat er met de brandstofaccijnzen wordt gedaan. Al benadrukken coalitiepartijen wel dat de brandstofprijs een belangrijk onderwerp is. Tweede Kamerlid Olger van Dijk (NSC) noemt daarnaast het openbaar vervoer. Het kabinet hielp eerder voorkomen dat treinkaartjes duurder werden. "Betaalbare mobiliteit is voor ons heel belangrijk. Mensen met een kleinere beurs zijn bovendien niet zelden afhankelijk van een brandstofauto. Dat moeten we goed in de gaten houden.”
Overigens is de brandstofprijs de afgelopen weken gedaald. Dit heeft echter te maken met de dollar, die zwakker is geworden. Maar de lagere prijzen zijn waarschijnlijk tijdelijk.