Test: Skoda Superb Combi (2010)

Skoda Superb Combi
Waarom zou je nog een hotelkamer boeken als je ook de beschikking hebt over de nieuwe Skoda Superb Combi? Met maximaal 1.865 liter bagageruimte is het immers in één klap één van de ruimste stationcars op de markt. Maar zit er om al die ruimte eigenlijk nog wel een fijne auto? Dat zoeken we uit in de buurt van Milaan.

Werkelijk kolossaal is-ie, de stationwagonversie van de Skoda Superb. Van voorbumper tot kont meet de nieuwe Combi vier meter en 84 centimeter, al zou je dat aan de hand van z'n strakke uiterlijk niet direct zeggen. Maar wie de achterklep open trekt, belandt meteen bij het – letterlijk en figuurlijk – grootste pluspunt van deze auto. Met de achterbank in gebruik kun je 633 liter kwijt in de flinke bagagebak, maar met de banken neer stijgt dat laadvolume naar een enorme 1.865 liter. Daarmee nestelt de Skoda Superb Combi zich in een handomdraai tussen de grootste jongens in de markt. Wanneer we niet verder kijken dan reguliere stationcars, dan wordt de Superb alleen nog overklast door de Mercedes E-klasse Estate, die maximaal 1.950 liter weet te verstouwen.
Skoda heeft duidelijk aandacht besteed aan de bagageruimte, want het aantal haakjes, ogen en klepjes is niet op één hand te tellen. Vastsnoeren, ophangen of uit het zicht wegbergen; het is kinderspel. Opvallend is de uitneembare verlichting in de bagageruimte; omdat die is voorzien van een magneetje, kun je hem bijvoorbeeld handig gebruiken om bij te schijnen als je in het donker een band moet verwisselen. Leuk gevonden. Op de optielijst staat trouwens een uitschuifbare vloer die het laden vergemakkelijkt, en een elektrisch werkende achterklep behoort ook tot de mogelijkheden.
Wie vaak enorme bakken bagage van hot naar her moet rijden, heeft aan de Superb Combi dus een goede metgezel. Laden gaat eenvoudig door een ruime opening en omdat de bak mooi rechthoekig van vorm is, hoef je ook niet overdreven veel rekening te houden met uitstekende delen die in de weg zitten. Wel is het jammer dat Skoda voor een goedkope achterbankconstructie heeft gekozen; in tegenstelling tot systemen in diverse concurrenten, moet je in de Superb de zitting en leuning nog afzonderlijk van elkaar omklappen. Dat is niet alleen onnodig omslachtig, maar het past ook niet langer in de klasse waar Skoda's vlaggenschip meevecht. Aan de andere kant moet het uit de lengte óf de breedte komen, en hier is duidelijk op bespaard.

Blauwe platen
Dat het bij de Superb vooral uit de lengte komt, merk je wel zodra je de achterbank in gebruik hebt. Want wat heb je daar toch een zeeën van ruimte! U weet wellicht dat ik niet één van de kleinsten ben (zo niet, dan kunt u dat zien in het filmpje op AutoWeek.nl dat we van de Superb Combi maakten), maar zelfs met 2.04 meter lengte is het uitstekend uit te houden op de achterzetels in deze nieuwe Skoda. Een Mondeo is er krap bij. Het is al niet verwonderlijk dat we de Superb hatchback (al spreekt Skoda zelf liever van 'Twindoor') vaak als taxi zien, maar gezien de enorme bagageruimte én dit riante zitcomfort zal het ons niet verbazen als ook de Combi vaak blauwe platen krijgt opgespeld.
Een taxichauffeur wil zijn klanten natuurlijk graag een comfortabele reis aanbieden, en ook dat biedt de Superb met overtuiging. Al is dat natuurlijk net zo prettig voor jou en je gezin ... Want comfort wordt in deze auto met grote letters geschreven. Het meubilair is ten eerste aangenaam zacht en groot, het bedienen van de diverse systemen gaat eenvoudig en intuïtief, en het geluidsniveau is mooi laag gehouden; eigenlijk merk je in alles dat de Superb Combi zijn inzittenden zo rustig mogelijk naar hun bestemming wil begeleiden.

Tractiecontrole
Een groot deel van die rust is afkomstig van het onderstel. Ten eerste is de wielbasis van de Combi enorm (2.76 meter), en die lengte uit zich tijdens het rijden in een comfortabel, maar ook ietwat deinerig karakter. Dat is niet verwonderlijk voor een auto van dit formaat, maar je merkt tijdens het rijden gewoon duidelijk dat je met een hoop gewicht onderweg bent. De vering en demping filteren veel oneffenheden in het wegdek wel mooi weg en de relatief lange veerwegen laten de Superb Combi soepel over drempels vleien, al is-ie op korte hobbels soms wat stoterig. Van een potje raggen heeft de Superb niet veel kaas gegeten; de besturing is bijvoorbeeld behoorlijk indirect en werkt vrij zwaar, en in bochten zoekt de auto graag de buitenkant van de rijbaan op. Zeker bij het uitaccelereren moet de tractiecontrole vaak in actie komen om de Combi op koers te houden, en dan hoef je niet eens zo ruw te rijden. Wat dat betreft is het wijs om een versie met 4x4 te overwegen, want dan kan de Superb z'n krachten veel beter kwijt.
Die vierwielaandrijving is leverbaar op de 3.6 V6, de sterkste diesel én op de 1.8 TSI met 160 pk. Met die laatste versie hebben wij de meeste kilometers gemaakt, en de direct ingespoten viercilinder is een prima keuze voor deze reus. Hij is mooi soepel, klimt snel in de toeren en is op kruissnelheid aangenaam stil. Zeker wanneer je soepel schakelende pook een versnelling terug zet, wil de Superb graag vooruit. De instapper voor benzinerijders is de 1.4 TSI, en we kunnen ons voorstellen dat die motor een flinke kluif heeft aan dit slagschip. Voor kilometervreters die op de centen willen letten volgt er in de loop van volgend jaar nog een diesel die onder de twee 2.0 TDI's in de prijslijst komt; de Superb Combi Greenline krijgt de nieuwe 105 pk sterke 1.6 TDI met common-railinspuiting onder de kap.

Broedermoord
De Superb Combi heeft een hoop kwaliteiten, maar waar moeten we deze auto nu precies plaatsen? Afgaande op z'n verwachte prijs – zo'n 1.500 euro duurder dan de vergelijkbare hatchback, dat mag op z'n minst concurrerend genoemd worden – past-ie keurig tussen de Mondeo's Wagon en Exeo's ST van deze wereld, maar z'n formaat en kwaliteitsindruk stuwen hem toch zomaar tussen de V70's en Audi's A6 Avant. Maar is de auto goed genoeg om kopers van die auto's over de streep te trekken, en dus ook broedermoord te plegen op andere auto's uit de Volkswagen Groep? Rationeel bekeken is ons antwoord op die vraag een duidelijk 'ja'.
Want waarom zou je doorsparen voor (bijvoorbeeld) een A6 Avant die tientallen duizenden euro's duurder is, terwijl-ie minder ruim en praktisch is? Uiteraard, zo'n Audi is fraaier afgewerkt, rijdt evenwichtiger en heeft een sterker imago, maar wie voorbij de mening van de buurman durft te kijken, ziet dat de Superb Combi op veel gebieden gewoon hele nette voldoendes scoort. De materialen en afwerking zijn gewoon goed, de techniek kan prima mee (al zijn hypermoderne opties als actieve cruise controle niet leverbaar) en er zijn niet veel auto's die de verhouding tussen prijs en kwaliteit van deze kannibaliserende kolos kunnen evenaren. Veel ruimte in een nette verpakking voor een prima prijs; Skoda heeft met de Superb Combi een broodnuchtere auto op de weg gezet, en dan in de goede zin van het woord. Begin 2010 staat-ie bij de dealer.

Lezersreacties (80) (gesloten)

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.

De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.