Daihatsu Copen 0.7 turbo - Op de Rollenbank

Als Daniël van Koutrik in zijn Daihatsu Copen komt voorrijden, moet hij eerst maar eens ons geheugen opfrissen, want hoe zat dat ook alweer met deze rechtsgestuurde variant? “Deze auto is officieel zo in Nederland geleverd, maar het is eigenlijk een Japanse Kei-car met een 0,7-liter turbomotor. De Europese versie is wel gewoon linksgestuurd en heeft de 1,3-liter viercilinder die in veel meer Daihatsu’s ligt.”

Natuurlijk rijd je niet zomaar in een Copen. Daniël is dan ook een echte liefhebber van het Japanse spul. Hij weet dat de rollenbankmeting bij zo’n auto niet zonder risico is. “Het is mij bekend dat Japanners altijd netjes hun vermogen leveren, maar of dat bij mijn auto ook is gedaan, vraag ik me af. De motor in deze auto is berucht omdat hij zo slecht is te koelen, dus dan komt het algauw voor dat hij minder vermogen gaat leveren.

Maar als hij minder dan 60 pk levert, zou ik echt teleurgesteld zijn. Dan is er technisch iets mis met de auto.” Overigens sleutelen Daniël en zijn vrienden zelf aan de Daihatsu. “Als dus straks het oliefilter eraf klapt, is dat onze eigen schuld”, lachen ze.

Ondanks de verwachtingen doet de Copen het prima op de rollenbank. Een beetje zoals het een Japanner betaamt, zit hij zeer dicht bij de fabrieksopgave. Het is alleen jammer dat hij net een handvol newtonmeters mist om de uitslag werkelijk feestelijk te maken. Ghisbert: “Op de grafiek is te zien dat de auto wat turbodruk tekortkomt. Dat heeft ermee te maken dat de turbo bij deze auto echt op een rotplek zit. Hij pakt een heleboel zand en vuil op. Ook de leeftijd van het onderdeel gaat natuurlijk meespelen.” De suggestie om er ‘dan maar een grotere föhn op te zetten’, wordt al vlug weggewuifd. “Dan wordt het turbogat nog groter dan nu al het geval is. Hij moet natuurlijk wel goed te besturen blijven …”