Audi S4 - Rij-impressie

Heb je het verhaal al af?", grapt redactiechef Vermeulen nog voor ik afreis naar Duitsland. Ik grijns en begrijp precies wat hij bedoelt. Een nieuwe Audi S4 is geen auto waarnaar we heel nieuwsgierig zijn. Let wel, dat betekent niet dat we geen zin hebben om met zo'n fijne snelle jongen te rijden. Alleen verwachten we simpelweg niet verrast te zullen worden door wat de S4 te bieden heeft. Audi heeft heel veel gerechten op de kaart staan, maar het S-sausje is door de jaren heen voor alle modellen hetzelfde geworden. Zie het als goede mosterd: of je deze nu op een hamburger of bockworst smeert, verrassen doet de smaak allang niet meer. In dit geval kennen we de nieuwe A4 al goed en dat geldt ook voor de nieuwste S3 en S6. Dan is het een invuloefening om te ontdekken hoe de nieuwe S4 zal zijn.

Nog voor we gaan rijden, maken we een checklist: snel, luxueus, een stuurgevoel dat beter kan en een strak, maar braaf onderstel. Flauw? Wellicht. Maar besef hoe anders dat is met een nieuwe RS van Audi. Dan hebben een RS3, een RS4 en een RS6 ineens alle drie een heel eigen karakter en kijken we juist uit naar wat voor product de techneuten van Quattro GmbH in elkaar hebben gedraaid. Dan kan een auto ons echt verrassen. Bij een S is dat anders.

WAT IS NIEUW?

Het uiterlijk van de nieuwe S4 helpt natuurlijk om ons statement te verdedigen. Audi is al nooit zo van het heftig veranderen van de auto's, maar met de nieuwe A4 probeert het merk duidelijk de Porsche 911 te verslaan op het gebied van de voorzichtige designevolutie. We reden een dag door Duitsland met de S4 en niemand keek op of om, terwijl de auto toch echt gloednieuw is. Zo staat de S4 op een compleet nieuw platform, dat de auto 75 kilo lichter maakt dan zijn voorganger. De bekende S-kenmerken zijn aanwezig: vier uitlaten achter, verchroomde buitenspiegels en een iets andere grille en voorbumper. De auto is bovendien 23 mm verlaagd. Het totaalplaatje ziet er, zeker bij de Avant, snaarstrak uit.

Hetzelfde geldt voor het interieur. Uiteraard zit onze demo vol dure opties en dat maakt het interieur helemaal overweldigend mooi. Alcantra, aluminium, het nieuwe digitale dashboard, de leerstikels in het stuur en in de sportstoelen: Audi weet waar zijn kracht zit en dat draagt ook een S-model uit.

TURBO ERBIJ

Het meest interessante technische nieuws vinden we onder de motorkap. Nog altijd is er een V6 met een inhoud van 2.995 cc, waarvan echter vrijwel elke component is vervangen. De belangrijkste wijziging is dat de supercharger is vervangen door een forse twinscrollturbo. Als gevolg hiervan steeg het vermogen van 333 naar 354 pk en daalde het verbruik. Het koppel klom naar 500 Nm, een waarde van dieselproporties. Bovendien is al die trekkracht al beschikbaar vanaf 1.370 tpm; bijna stationair toerental. Als gevolg daarvan duwt de S4 je voorwaarts, ongeacht welke versnelling is ingeschakeld. In 2005 reed ik met de toenmalige S4 met V8-motor de autobahn op, met in mijn kielzog een A4 3.0 TDI. Pas boven de 220 km/h kwam er wat afstand, maar het hoge koppel van de dieselversie maakte die auto op de tussensprint niet veel langzamer dan de dikke V8, die zijn vermogenspiek bij 7.000 tpm heeft. De nieuwe S4 is véél sneller, omdat nu over het hele toerenbereik meer trekkracht beschikbaar is. De manier waarop je met de auto naar de 250 km/h snelt, doet denken aan 400 pkauto's. De nieuwe motor is bijzonder fijn en werkt bovendien goed samen met de achttrapsautomaat van ZF, die bijvoorbeeld ook in de RS6 ligt. Audi laat daarmee de S-tronic voor wat deze is. Onderin zijn de verzetten korter dan bovenin, zodat je de motor wanneer nodig vlot in de toeren jaagt en zuinig rijdt op lange afstanden. De automaat reageert op elk commando en je kunt ook prettig de linkerflipper vasthouden bij het afremmen, zodat de bak zelf het beste moment kiest om terug te schakelen. Zoals het een S4 betaamt, heeft de auto quattro-aandrijving, met een standaardverdeling voor/achter van 40/60 procent van het vermogen. Uiteraard kun je hiermee variëren; met een optioneel sportdifferentieel tussen de achterwielen worden de aandrijfkrachten bovendien zo verdeeld, dat er torque vectoring wordt toegepast dat onderstuur neutraliseert. Dit werkt in de praktijk zelfs zo goed, dat in krappe bochten met een gladde ondergrond de kont naar wens een kleine stap opzij zet.

Tot voor kort niet echt een kenmerk van snelle Audi's, maar wel iets dat het rijplezier ten goede komt omdat je zo de neus beter de goede kant op kunt dirigeren. Wel merk je dat je op deze manier slechts onderstuur neutraliseert. Het rijdt niet zo goed als een auto waar dat onderstuur sowieso niet aanwezig is. De kracht van de S4 is de manier waarop je tamelijk onopvallend baadt in luxe, terwijl de snelheidscapaciteiten zowel rechtuit als op een bochtig terrein enorm zijn. De Audi zet echt enorme stappen en je moet loeihard gaan om tegen zijn beperkingen, zoals de nog altijd iets te zware neus, aan te lopen. Je rijdt op turboboost en de S4 doet altijd wat je wil. Sterker nog: dit is eigenlijk de A4 zoals je hem wilt hebben. Neem de allerkaalste en langzaamste BMW 3-serie en je rijdt nog altijd in een fijne auto. Een A4 klopt daarentegen pas wanneer je hem vollaadt met techniek. De S4 is op dat gebied het summum. De afstand die hij qua rijplezier heeft tot concurenten als de BMW 340i, is nog altijd aanwezig, maar Audi is de achterstand wel degelijk aan het dichtrijden. Het merk heeft bovendien zijn uitstraling en imago mee; een S-model is bijna lange na niet zo fout als veel concurrenten. Wel missen we de frivoliteit en brutaliteit. Toch: wanneer je de komende tien jaar zou zijn veroordeeld tot het rijden van een nieuwe S4 Avant, ga je een erg fijne tijd tegemoet.