Hoe het begon: Land Rover Discovery
Land Rover pakt het in de nabije toekomst helemaal anders aan: 'Discovery' wordt in plaats van de typeaanduiding van één model een sub-label, waaronder verschillende modellen komen te vallen. Wat men eerder bij Range Rover deed dus, want ook die auto is er in drie smaken: de Evoque, de Sport en het 'gewone', grootste exemplaar.
In 1989 was het leven heel wat simpeler: toen was er een Defender voor de het hard-core terreinwerk, een Range Rover voor wie het graag wat luxer had en een Discovery voor wie de twee werelden wilde combineren. Bovendien was de 'Disco' wat minder duur dan de prestigieuze Range Rover. Hoewel een Defender naar verluidt in het terrein nog net iets verder komt was ook de nieuweling een echte terreinauto.
Net als de Range rover was de Discovery er in eerste instantie alleen als driedeurs. Die uitvoering zal bij de meesten inmiddels uit het geheugen zijn gewist: sinds een jaar na de introductie de vijfdeurs op de markt kwam verdween de minder praktische variant steeds meer naar de achtergrond. Het motorenaanbod was behoorlijk overzichtelijk: er was keuze uit een 2.5 Tdi-dieselmotor en Rovers fameuze 3.5 V8. In Europa was de dieselvariant natuurlijk de meest verstandige keus, Amerikanen gingen liever voor de achtpitter.
De Britten laten zich meestal niet gek maken door allerlei modegrillen. Zo volhardend als de Defender is de Discovery niet, maar het komt in de buurt: de Discovery 2 was niet eens volledig nieuw, maar hield het toch tot 1998 vol. In dat jaar kwam de Discovery 3, en die auto staat in licht gewijzigde vorm vandaag de dag nog steeds in de showroom te glimmen.