Weblog Jan: Scout bewijst dat Volkswagen het wel kan
Met een schone lei
Met stijgende verbazing bekeek ik onlangs de eerste foto’s van de Scouts Traveler en Terra. Omdat het zulke indrukwekkend ogende auto’s zijn? Ja, maar vooral omdat deze indrukwekkende auto’s uit de koker van Volkswagen komen. Kan Volkswagen dan geen indrukwekkende auto’s meer maken? Natuurlijk wel. De ID7 Tourer won bijvoorbeeld onlangs nog een test van de BMW i5 Touring. Toch is zelfs aan de hand van deze goede EV wel te verklaren waarom het niet zo wil vlotten met Volkswagen – en veel andere traditionele fabrikanten – in een steeds sterker op EV's en software leunende wereld. De indeling van de auto is vrij traditioneel, de digitale omgeving oogt hip maar is niet revolutionair en onderdelen worden waar mogelijk gedeeld met andere modellen, of dat nu onderhuids is of vol in het zicht. Bot gezegd ontbreekt het gevoelsmatig aan zowel lef als geld en dat is precies het gevoel dat bij de Scouts ontbreekt.
Voor wie het heeft gemist: Scout is het nieuwe Amerikaanse speeltje van de Volkswagen Groep. Feitelijk is het een soort in-house startup, onder het credo ‘if you can’t beat them, join them’. Toen dat werd aangekondigd, dacht ik dat Volkswagen te werk zou gaan op de wijze die we al zo goed kennen van de grote concerns. We kennen het allemaal wel: neem een bestaand platform en bestaande techniek, gooi daar wat design en een heleboel marketing tegenaan en hoop er het beste van. Die toch wat halfbakken methode levert vaak best aardige resultaten op, maar zal nooit voor een échte doorbraak zorgen. Dat lukt met Scout mogelijk wel. Waar ik namelijk ook kijk op de foto’s, nergens kan ik ook maar één zichtbaar Volkswagen-onderdeel herkennen. Ook onderhuids is daar geen sprake van, want de body-on-frame-Scouts staan op een uniek en speciaal voor dit merk ontwikkeld platform en hebben een unieke elektrische aandrijflijn met een range extender als interessante optie. De 'packaging' van de auto's is zichtbaar het resultaat van een ontwerpproces dat met een schone lei begon, met een gigantische bagageruimte voorin als een van de gevolgen. Zichtbare kostenbesparing is al helemaal nergens te herkennen, met prachtige interieurs die zijn opgebouwd uit allerlei fraaie materialen, aangevuld met tijdloze fysieke bedieningselementen, een fijne retro-sfeer en natuurlijk moderne touchscreens.

Nergens sporen van Volkswagen-bemoeienis in de Scouts
Ongetwijfeld kost dat allemaal bakken met geld, maar het levert ook auto’s op waar kopers helemaal verliefd op kunnen worden. Bovendien bespaart Scout op andere vlakken. Als ‘startup’ is het immers niet gebonden aan de beloftes van traditionelere Volkswagen-merken, dus kan het auto’s direct aan klanten verkopen zonder tussenkomst van dealers en de markt op Tesla-achtige wijze aanvallen. Scout laat daarom wat mij betreft zien dat er nog hoop is voor een traditionele autofabrikant, mits die fabrikant bereid is om (eindelijk) over zijn schaduw heen te springen, rigoureus te breken met traditionele werkwijzen en de boel écht revolutionair anders aan te pakken. Scout geeft deze bezorgde burger daarmee weer wat moed, al is het wel jammer dat de hoop zoals zo vaak niet uit Europa, maar uit Amerika moet komen. Zelfs bij Volkswagen.

Jan Lemkes
Autojournalist
Jan studeerde met enige moeite af in de communicatie maar houdt zich sindsdien vooral bezig met auto's. Wat in 2012 begon als één enkel dagje per week op de nieuwsredactie, is nu uitgegroeid tot een combinatie van nieuwsredactie en testredactie, afgewisseld met reportages. Vaak betekent dat kilometers vreten, want behalve aan autonieuws is Jan ook verslaafd aan autorijden. Ook privé wisselt Jan geregeld van auto. De afwisseling is groot, maar Japanse merken, BMW en cabriolets zijn terugkerende thema's. In het verleden reed hij onder meer een E38 7-serie en een Lexus SC430, maar ook meerdere Daihatsu's Charade en allerlei Honda's.