Update: Rover 800
Al in de eerste dagen na de aanschaf van de Rover vormt zich een serieuze lijst met aandachtspunten, klussen in soorten en maten, en in de meest uiteenlopende disciplines. Voor het overzicht heb ik de lijst in tweeën gesplitst: urgente versus minder nijpende zaken. Op dat tweede deel van de lijst staan naast een aantal cosmetische ingrepen ook zaken als het weer aan de praat krijgen van de airco en de stoelverwarming, leuk maar niet direct noodzakelijk.
De distributieriem mag ook nog even wachten, die blijkt volgens de onderhoudsfacturen van één van de vorige eigenaren nog keurig binnen de vervangingstermijn te zitten. Hoewel ik eigenlijk best zin in zo'n klus heb, noodzakelijk is het dus nog niet. Wel laten de klepstoters bij het starten van de motor even van zich horen. Maar al voor het eind van de straat zijn ze stil en loopt de Honda V6 als een zonnetje. Afgaand op een paar gerenommeerde Engelse specialisten is dat van die klepstoters eigen aan deze motor, je schijnt je pas zorgen te moeten maken wanneer je ze juist niet zou horen bij een koude start. Omdat de zescilinder zich verder voorbeeldig gedraagt en totaal niet de indruk wekt al meer dan twintig jaar oud te zijn besluit ik voorlopig zo min mogelijk aan de motor te doen, geheel volgens het aloude adagium: If it ain't broke, don't fix it. Maar eerlijk is eerlijk, het kost wel de nodige zelfbeheersing om niet uit pure nieuwsgierigheid de boel open te schroeven en te kijken hoe het er allemaal uitziet vanbinnen. Ik beperk me vooralsnog tot verse olie, een nieuw oliefilter plus een nieuw luchtfilter.
So far so good. Of toch niet? Wanneer olie en filters vervangen zijn blijkt de motorkapvergrendeling er geen zin meer in te hebben. Een kabelbreuk? Nee, het is 'gelukkig' een veer met een eigen wil gecombineerd met een ophoping van vuil. Met het nodige gepiel en een rondje met de bus kruipolie lukt het uiteindelijk de boel weer gangbaar te maken. Het is van dat oponthoud dat nooit gelegen komt en je bij Japanners of Duitsers vast niet hebt. Of wel?
Bij een blik onder de vloer van de kofferbak blijkt er een laag water in de reservewielkuip te staan. Het is dat het reservewiel vast zit, anders was-ie weggedreven. De oorzaak ligt bij de zwarte randen rond de achterlichtunits. Die randen schijnen door de jaren heen iets te krimpen, waardoor ze niet altijd even goed meer afdichten. Op de diverse Rover-fora (ik kan inmiddels niet meer zonder) circuleren twee oplossingen voor dit probleem. De eerste is de achterlichtunits vervangen. Alleen de kans is aanzienlijk dat ook bij die nieuwe units de randen niet meer afdichten. Zo nieuw zijn nieuwe units namelijk ook niet meer. De andere oplossing is met de kleinste boor uit de collectie een gaatje boren op het laagste punt van de reservewielkuip en alles dik in de antiroest zetten; het is namelijk ook weer niet zo dat het water in stralen langs de achterlichten naar binnen stroomt. Ik opteer voor de laatste oplossing. En die blijkt vooralsnog succesvol. We zijn ruim een jaar verder en er heeft nimmer meer water in de kuip gestaan. Zo loop ik steeds tegen nieuwe onhebbelijkheden aan. Een paar weken geleden viel een deel van de hemelbekleding rechtsachter naar beneden. Storend in de achteruitkijkspiegel en ronduit irritant voor eventuele achterpassagiers. Gelukkig biedt de bus met spuitlijm soelaas. Het plafond ziet er weer uit als nieuw. Wat zal het volgende zijn?

Cornelis Kit
Autojournalist
Cornelis Kit (1971) behaalde in 1996 z’n diploma aan de HTS Autotechniek na het met succes afronden van een afstudeerproject bij NedCar in Born. Na z’n studie kwam hij al snel in de journalistiek terecht. Sinds 1999 is hij full-time autojournalist. Naast de praktische inzetbaarheid van auto’s gaat z’n aandacht vooral uit naar nieuwe technologieën en in het bijzonder naar alternatieve aandrijving. Brandstofcellen, hybride aandrijflijnen, eind vorige eeuw reed hij al met prototypes en nog steeds volgt hij de ontwikkelingen kritisch, sinds 2004 voor de tijdschriften AutoWeek en GTO. Misschien tegenstrijdig, maar z’n warme belangstelling hebben ook klassieke auto’s (veel ‘moderne’ techniek stamt vaak al uit vervlogen tijden) en de autosport (met name de techniek om zoveel mogelijk prestaties uit een druppel brandstof te halen, in wezen hetzelfde wat gebeurt bij het zuiniger maken van auto’s).