Toyota Yaris 1.8 TS (2007) - Test
Politiek correct
- Albert-Jan Cornelissen
- Eerste rijtest
De autowereld is weer een afkorting rijker: TS. Het staat voor 'Toyota Sport', en hoort thuis op de snelste Yaris. De Japanners willen met de nieuwe benaming duidelijk maken dat de top-Yaris vooral géén GTI-achtige is, maar een mix van sportiviteit en comfort. Is dat gelukt, of is deze TS een halfbakken compromis?
Als je oog in oog staat met de nieuwe Yaris TS, zie je een lekker dik ogend karretje dat gemaakt lijkt te zijn voor gooi-en-smijtwerk. Stevige bumpers, een sportief ogend grilletje met honingraatstructuur, dikke skirts, forse 17-inchwielen: deze auto straalt dynamiek uit. Of de uit de kluiten gewassen bumpers echt goed passen bij het iets te 'lieve' gezicht van de Yaris, is een tweede. Met z'n guitig de wereld in blikkende koplampen lijkt de compacte Jap zelf ook verbaasd te zijn over het feit dat hij opeens zulke biceps heeft. In de grille prijkt het logootje dat we kennen van de vorige T Sport-modellen, waarmee de verwarring compleet is. Waarom hebben de Japanners die term ineens ingeruild voor een anonieme afkorting? Gezien de (tot op heden overigens niet bijster succesvolle) deelname aan de Formule 1 zou je verwachten dat Toyota dat racy imago tot op het bot uitbuit door sportieve modellen op de markt te brengen, maar blijkbaar is dat geen logische consequentie. De Japanners zijn veel te bezorgd dat hun milieuvriendelijke imago erdoor beschadigd raakt. Dat is dan ook de reden waarom sportmodellen als de Celica en de MR2 inmiddels van de markt verdwenen zijn, omdat ze 'te vervuilend' zouden zijn. Onzin natuurlijk, want tegelijkertijd hangt het concern een dikke V8 in de Lexus IS… Om nog maar te zwijgen over de enorme pick-ups en SUV's die in de VS met Toyota-logo rondrijden. Maar goed, de benaming 'sport' is blijkbaar tegenwoordig not done bij het merk. TS dus, en die is nadrukkelijk níet bedoeld voor boyracers. Maar voor wie dan wel?
Heilige graal
Onder de motorkap van de TS ligt een compleet nieuw ontwikkelde 1,8-liter viercilinder die net als de overige Yaris-benzinemotoren voorzien is van variabele kleptiming. Dat zou moeten bijdragen aan een lagere emissie en meer koppel in het middelste toerengebied. We zijn het met u eens: dat zijn geen zaken die bijster opwindend klinken en je hart sneller doen kloppen. Ook het vermogen van 133 pk is best netjes, maar zeker niet wereldschokkend voor een 1,8-liter. Bij concurrerende merken als Opel leveren motoren met een vergelijkbare inhoud meer pk's. Sterker nog: de oude 1,8-liter van de Japanners zelf had ook 10 pk meer te bieden. Ook hier wordt Het Milieu weer als de heilige graal aangevoerd: deze motor zou met een CO2-uitstoot van 170 gram per kilometer een lage emissiewaarde hebben. Maar het gemiddelde is tegenwoordig 160 g/km…
Nou goed, wat er ook achter zit, we laten dit maar rusten. We zijn vooral benieuwd of hij ook nog voor wat rijplezier kan zorgen! Om maar gelijk met de deur in huis te vallen: ja, dat kan hij wel degelijk. Op de kronkelende bergweggetjes van Mallorca, waar we nader kennis maken met de nieuwe Yaris-telg, hangt de motor goed aan het gas en zorgt voor levendige prestaties. Een acceleratietijd van 0 naar 100 km/h is niet supersnel, maar je hebt niet vaak het gevoel te weinig vermogen te hebben. Voor het maximumvermogen moet je overigens doorhalen naar 6.000 tpm, maar da's geen probleem, want boven de 4.000 toeren produceert de vierpitter een lekker brommetje. Het meest pleziert de motor op de steile hellingen nog met zijn koppel, waarvan hij lekker veel in huis heeft bij relatief lage toerentallen. Dat verwacht je toch niet direct van een dergelijk toerenmachientje.
Emotieloos
Rap genoeg dus, die TS. Maar waar het aan ontbreekt, is sensatie. Het gaat allemaal op een net iets te makkelijke manier, wat emotieloos. En dat geldt eigenlijk voor de hele rijervaring van de TS. De elektrische stuurbekrachtiging reageert voorspelbaar en is met 2,3 omwentelingen van uiterst links naar uiterst rechts behoorlijk direct, maar het ontbreekt hem aan communicatieve vaardigheden. Je voelt bar weinig van wat de voorwielen doen, en in een pk-rijk karretje wil je dat dus wel. Daar komt bij dat de Yaris een hoge carrosserie heeft en een redelijk soft afgestelde vering. Hoewel de koets 8 mm dichter op de weg ligt dan bij de gewone modellen, is overhellen de TS niet vreemd.
Om misverstanden te voorkomen: het weggedrag van de TS is beslist veilig. Maar domweg niet spannend. Daar komt bij dat de Yaris bij hogere bochtsnelheden behoorlijk te kampen heeft met onderstuur, een gevolg van de relatief grote en zware motor in het vooronder. De Yaris heeft meer een GT- dan een GTI-karakter: hij rijdt namelijk op een comfortabele manier, en het vermogen van de grote motor is dan mooi meegenomen als 'stille reserve'. Zo moet je deze auto een beetje zien, dan ga je hem ook meer waarderen. Een voordeel van die niet al te straffe vering is bijvoorbeeld wel dat de Yaris opvallend welgemanierd afrekent met hobbels en kuilen, waar de GTI-brigade zijn best doet om je kiezen los te rammelen.
Ruim
Het comfortabele gevoel wordt versterkt door sportstoelen waarop het prima uit te houden is, al hadden de zittingen een slagje langer gemogen en het stuur voor langere bestuurders iets hoger. De cabine verschilt nauwelijks van andere Yaris-modellen, en da's een gemiste kans. Oké, hij heeft een sportstuurtje, maar verder blijkt nergens uit dat je in een snelle topversie zit. Rode biesjes of TS-logo's hadden de boel wat kunnen opfleuren, nu is het wel erg zwart en zakelijk.
De afwerking is overigens top, met nette materialen. Het blijft wennen aan de in het midden geplaatste klokken (in de TS analoog), maar het zorgt wel voor een opgeruimd dashboard. De smalle middenconsole is een fraai stukje design en lekker overzichtelijk.
Verder heeft de TS net als zijn lager in de hiërarchie staande broertjes een opvallend ruim interieur, zeker als je wat speelt met de verschuifbare achterbank. De Yaris is zo'n 20 centimeter korter dan concurrenten als de Corsa en Clio, maar heeft een vergelijkbare hoeveelheid ruimte binnenin. Met de bank in de achterste stand kun je met een lengte van 1.90 meter zelfs goed 'achter jezelf' zitten, en dat zou je toch niet zeggen als je de Yaris van buiten bekijkt. Dat de kofferbak van 275 liter in die situatie aardig gereduceerd wordt, zal geen verrassing zijn.
Luis in de pels
De Yaris TS staat per direct in de Toyota-showroom met een prijs van E 19.500 voor de driedeurs en E 20.100 voor de versie met vijf portieren. Gezien het vermogen en de uitrusting is dat best een nette prijs. Standaard zijn namelijk ESP, automatische airco, een knieairbag en een opvallend goed klinkende radio-cd-speler met 6 speakers. Daarmee is hij goedkoper dan vergelijkbaar uitgeruste modellen van de concurrentie. Er is echter een enorme luis in de pels van de TS: de Suzuki Swift Sport. Die is met E 19.899 niet gek veel duurder en met 125 pk nagenoeg even sterk gemotoriseerd, maar hij heeft een veel opzwepender karakter dan de Yaris. In het kwikzilverige Swiftje stap je na elke rit met een enorme grijns op je gezicht uit, en zoals gezegd mis je dat in de TS. Voor mensen met wilde haren is de Yaris TS niet echt een geschikte optie, maar voor wie een volwassen rijdende, luxe aangeklede compacte auto met veel vermogen zoekt, is hij een overweging waard.