Mercedes-Benz 190 E - A 200 - Reportage

Baby's worden groot

Mercedes-Benz Limousine sedan
AutoWeek 25 2019
AutoWeek 25 2019

Je leest het in AutoWeek 25 2019

Ruim 36 jaar geleden verraste Mercedes-Benz met een compact alternatief voor de degelijke luxeauto’s waar ze die dagen in grossierden. De kleine Benz, de 190, werd een groot succes en is tegenwoordig een gewilde youngtimer. We zetten hem naast de kleinste sedan die nu op de MB-prijslijst staat: de A-klasse Limousine.

Je kunt op zoek gaan naar de heilige graal, een winnend staatslot of iemand die de Mercedes-Benz 190 lelijk vindt. Welke van de drie missies het moeilijkst is? Dat is lastig met zekerheid te zeggen. Wel zeker is dat de 190 tot de meest iconische en gezichtsbepalende modellen van de jaren 80 behoort en tegenwoordig een fel begeerde youngtimer is. Het is maar zeer de vraag of de A200 Limousine, die we er vandaag hebben bijgehaald, ooit diezelfde status ten deel zal vallen. Daarnaast is het eigenlijk de huidige C-klasse die als opvolger van de 190 geldt, maar omdat de 190 destijds de kleinste sedan van Mercedes-Benz was en de A-klasse Limousine dat nu is, kiezen we ervoor de A naast de 190 te zetten.

GEEN VOORGANGER

Laten we dit prachtige setje chronologisch behandelen en beginnen met de azuurblauwe 190. Dit is een E, wat staat voor Einspritzung (injectie) en hem onderscheidt van de gewone 190 die het met een carburateur moet stellen. De W201, zoals de fabriekscode luidt, was bij zijn aantreden in december 1982 bijzonder nieuws van Mercedes-Benz, want hij had geen voorganger. De 190 werd onder de E-klasse gepositioneerd (destijds de W123) en was daarmee een stap omlaag in een nieuw, kleiner segment. De bijnaam Baby Benz was dan ook al snel geboren. Die naam was amper van toepassing op de techniek, want die was voor die tijd heel vooruitstrevend, met onder meer een multilink-ophanging, ABS, airbags en gordelspanners.

Deze baby was een kind van de oliecrisis, want toen in 1973 de Arabische landen de olieslang dichtknepen, ging de benzineprijs door het plafond en schreeuwde de wereld ineens om compactere en zuiniger auto’s. Mercedes-Benz had op dat moment geen antwoord paraat, maar begon voortvarend aan de ontwikkeling ervan. Heel voortvarend, want de W201 mocht alleen in afmetingen andere Mercedessen boven zich dulden.

De 190 E die wij vandaag te leen hebben van verzamelaar Klaas de Poel uit het Friese Surhuisterveen is een vrij zeldzaam exemplaar, niet alleen dankzij de prachtige staat waarin de auto zich bevindt. Mercedes bouwde in 1993, het laatste productiejaar van de W201, een paar gelimiteerde oplages onder de (nu veel minder exclusieve) naam Avantgarde. De Avantgarde Rosso was een 190 E 1.8 en liep (rood uiteraard) 2.200 keer van de band. De (natuurlijk groene) Avantgarde Verde was een 190 D 2.5 en verscheen in een oplage van 890 stuks, de 190 E 2.3 Avantgarde Azzurro werd 950 keer gebouwd. Deze kleur werd uitsluitend op deze uitvoering gebruikt en alleen dat al maakt hem daarom nogal zeldzaam. In combinatie met het Sportline-pakket kreeg hij bovendien het opvallende interieur met de felgekleurde banen, voor elke zitplaats een andere kleur.

BLOK RUBBER

Zo herkenbaar en typisch als het uiterlijk van de 190 is, zo is ook het dashboard. Rechte, strakke lijnen en een duidelijke, logische opbouw. Alleen de ruitbediening zit rond de pook, wat weinig logisch lijkt, maar dat was in die tijd dan ook eerder uitzondering. Het hart van het stuur is een enorm blok rubber, waar je destijds het nog prille verschijnsel airbag aan herkende. Anders dan bij Mercedes gebruikelijk, was de parkeerrem een conventionele hendel tussen de voorstoelen, en geen pedaaltje linksonder.

Een Azzurro bestellen was in 1993 al een uiting van zelfverwennerij. Degene die dit exemplaar kocht, vond dat blijkbaar nog niet genoeg. Hij of zij vinkte nog een indrukwekkende reeks opties aan, waaronder een buitentemperatuurmeter, een elektrisch schuif-kanteldak, centrale vergrendeling, elektrische raambediening voor en achter, hoofdsteunen achterin, stoelverwarming, Becker Grand Prixaudio en een cassettevak. Veel van die zaken zijn tegenwoordig dood gewoon (op dat cassettevak na), maar in 1993 stond hier een waar rijdend paleis(je).

Tegenwoordig moet je beter beslagen ten ijs komen om op dat gebied indruk te maken en toegegeven, met onze A 200 Limousine doet Mercedes een aardige poging. Hoe leuk zou het zijn de koper van deze 190 met een tijdmachine uit 1993 over te brengen en hem in de A200 te zetten? En hem dan te vertellen dat dit feitelijk niet de opvolger van zijn nieuwe aanwinst is, maar een klasse lager? Wat zou hij onder de indruk zijn van het brede lcd-scherm dat de klokken vervangt en de navigatie (navi-wát?) huisvest. Een instrumentenpaneel dat naar eigen smaak of stemming kan worden ingericht. Pianolak, alcantara, aluminium. We klagen met z’n allen wat af dat het leven steeds duurder wordt, maar laten we eerlijk zijn: het is allemaal ook een stuk rijker geworden.

HÉ MERCEDES!

Toch kun je in die vooruitstrevende technologie wel aardig doorslaan, bewijst ook Mercedes-Benz. Het stemcommando van MBux werkt verre van perfect. Het begrijpt commando’s vaak verkeerd. We hebben dezelfde orders uitgeprobeerd met verschillende stemmen van mannen, vrouwen en enkele kinderen in diverse leeftijden, maar dat ging erg vaak fout. Bovendien meent het systeem regelmatig onterecht het openingscommando ‘Hé Mercedes!’ te horen, en mengt het zich ongevraagd in boordgesprekken met de woorden ‘Zegt u het maar’. We vrezen dat de koper uit 1993 ons daarmee smakelijk zou hebben uitgelachen, alvorens hij een niet mis te verstane draai zou hebben gegeven aan de mechanische knop van zijn 190 om de temperatuur wat hoger te zetten.

Ook de rijbaanhulp mag wat ons betreft terug naar de makers. De ene auto geeft een piepje als je de streep overschrijdt, van de andere trilt het stuur. Mercedes trapt uit zichzelf spontaan op de rem, soms ook als je keurig richting aangevend uitvoegt. Je schrikt je een ongeluk. Dit werkt eerder averechts.

Enfin, terwijl onze tijdreiziger zich vergaapt aan de auto van de toekomst dompelen wij ons onder in nostalgische gevoelens. 180.000 kilometers en ruim 25 jaar lijken op de 2,3-liter viercilinder amper vat te hebben gekregen. De motor slaat meteen aan en loopt als een zonnetje. Hij pakt vlot op en klinkt kerngezond. We schuiven, gniffelend over die lege carpoolstrook, een cassette van Kim Wilde in de Becker; Radio Caroline of dat gezeur op andere zenders over het Verdrag van Maastricht is nou wel mooi geweest. De conventionele viertraps automaat kan qua verfijndheid natuurlijk niet tippen aan de snelheid en directheid van een moderne automaat met dubbele koppeling, maar juist dat afstandelijke en trage geeft het rijden iets sereens. Het onderstel is voor een Mercedes uit die tijd tamelijk stevig, maar toch is onder de oppervlakte duidelijk dat ietwat lome, deinerige karakter te bespeuren dat Benzen destijds dat eigenzinnige gaf.

Een oude Mercedes stuur je niet, die navigeer je als een schip, waarbij de ster op de neus je kompas is. Mercedes’ claim uit die tijd dat de 190 alleen in maten klein was, staat vandaag de dag nog steeds als een huis. Dat maakt rijden in deze parel tot zo’n fantastische trip down memory lane. Ondanks dat klassieke karakter is het nog steeds – of wellicht meer dan ooit – een geweldige manier om je door het verkeer te bewegen. Een 190 als dagelijks vervoer in 2019? We zouden ervoor tekenen.

GROTE AUTO

Toch is er de afgelopen decennia veel veranderd, ook op dat gebied. Natuurlijk, de A is veel luxueuzer dan de C-oervader ooit was, maar hij moet het wel stellen met voorwielaandrijving. Alleen dat al is genoeg voor het ontbreken van dat Mercedes-gevoel van weleer. De A Limousine voelt in zijn rijkarakteristiek veel minder uitgesproken, veel neutraler aan dan zijn voorvaderen, maar dat neemt niet weg dat het een erg fijn sturende auto is die – zij het op een heel andere manier – net als zijn verre voorouder aanvoelt als een grotere auto, in de positieve betekenis. Dat zit hem niet alleen in het afwerkingsniveau en de eerder genoemde uitrusting, maar ook in zaken als de aandrijflijn. De bescheiden 1.3 voelt erg soepel en krachtig aan, wat nog wordt versterkt door de zeven bijna naadloos in elkaar overgaande verzetten. Hij is bovendien behoorlijk stil. Alleen als je echt het onderste uit de kan gaat halen, zul je merken dat hij wat rumoerig wordt.

Dat onze normen rond afmetingen flink zijn veranderd, blijkt als we de A Limousine en de 190 naast elkaar zetten. De huidige A is maar liefst 22 centimeter langer dan de C-voorloper uit de jaren 80, bijna 10 centimeter breder en 7 centimeter hoger. Dat verklaart waarom je op de achterbank van de 190 meer moet inschikken dan achter in de A Limousine, terwijl de 190 juist veel hoekiger is en de Limousine aardig richting vierdeurscoupé schurkt (alsof er geen CLA meer is).

INDRUKWEKKEND

Natuurlijk is op rationele gronden gemeten de A Limousine stukken beter dan de 190 van weleer, maar desalniettemin laat de oude Mercedes ons hart sneller kloppen. En het is nog maar de vraag of deze A, wanneer wij hem ooit in 2045 vergelijken met een klasse kleiner dan zijn opvolger, zich net zo sterk en indrukwekkend weet te profileren als deze schitterende 190E dat vandaag deed. Alle baby’s worden groot, maar deze werd groot geboren.

Verder lezen?

Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.

Inloggen of Registreren

Praat verder op het forum