Mazda CX-3 vs. Seat Arona - Vergelijkende Test

Seat was er in het SUV-segment misschien laat bij, maar het merk is sterk teruggekomen met de komst van de Ateca, die het sinds zijn lancering erg goed doet. En als de productiemachine van de Volkswagen Groep eenmaal loopt, zet die door, dus was daar al snel Seat-SUV nummer twee: de Arona. In deze klasse heeft de Volkswagen Groep enkel nog de Audi Q2, die al wat langer rondrijdt, maar dat is een andere prijsklasse. Om te kijken hoe de Arona het doet in de wereld van compacte cross-overs halen we er een kandidaat uit de gevestigde orde bij: de Mazda CX-3.

Die keuze zorgt voor een saillant verschil. De Arona heeft namelijk Volkswagens 1.0 TSI-motor met 115 pk. De Mazda heeft een SkyActiv-motor met 120 pk, een goede tegenstrever. Maar dit is een 2,0-liter. Twee keer het slagvolume en slechts 5 pk extra! Uiteraard is dit geen diskwalificatie van Mazda’s motorenafdeling, want het merk maakt simpelweg andere technische keuzes. Niet alleen is dezelfde motor ook met 165 pk verkrijgbaar (alleen niet voor de CX-3), maar ook houdt Mazda als één van de weinige autofabrikanten vast aan natuurlijk ademende motoren in plaats van turbotechniek. De Japanners hebben met andere compressieverhoudingen en technieken om wrijvingsverliezen omlaag te brengen, het rendement van atmosferische motoren flink opgehaald.

Het einddoel was daarbij niet zozeer meer vermogen per liter, maar vooral minder CO2 per pk. De ervaring leert dat het papieren verbruik van deze blokken nog steeds iets hoger is dan dat van kleine turbomotoren, maar dat het praktijkverbruik zo goed als gelijk daaraan is. We zoeken uit of dat in dit geval ook aan de orde is. De 1.0 TSI in de Arona is een driecilindermotor met turbo. Hij bestaat met verschillende vermogens, maar heeft in de rode testauto zoals gemeld 115 pk. Hij is gekoppeld aan een zevenstraps DSG, de Mazda heeft een zestraps volautomaat. De meeste kopers van deze auto zullen dat waarderen, maar beide modellen zijn ook met een handbak verkrijgbaar.

ANDERE TECHNIEK

De verschillen in techniek uiten zich bij het rijden. De harde cijfers verklappen nog niet alles. Het koppel is zo goed als gelijk, maar in de TSI heb je de maximale trekkracht al bij 2.000 tpm, bij de Mazda-motor bij 800 toeren hoger. Dat is nog steeds vrij vroeg, overigens. Je kunt merken dat Mazda de motor wat heeft aangepast: dezelfde motor met 165 pk heeft vrijwel evenveel koppel, maar dan pas bij 5.000 tpm. Je zult evengoed voor een inhaalactie in de CX-3 toch vaker moeten terugschakelen (of liever de automaat dat laten doen) dan in de Arona. De manier waarop de motor toeren maakt en op je gaspedaal reageert, geeft echter een comfortabel gevoel dat een klein turboblok nooit kan bieden, zeker als dat een driecilinder is. Natuurlijk, de 1.0 TSI behoort samen met de blokken van Opel en PSA tot de betere kleine driecilinders, maar de onbalans is nooit helemaal weg.

De automaten zijn ook merkbaar anders. De DSG in de Seat schakelt sneller dan in de Mazda; hij zoeft werkelijk door de versnellingen heen. De Mazda-automaat is daarentegen weer fijner in de file of met parkeren, omdat zijn kruipstand meer lineair werkt. In modellen met deze DSG is het lastiger om in de richting van een muurtje te parkeren vanwege het onvoorspelbare aangrijpen van de koppeling. En als je vlot wilt wegrijden bij een verkeerslicht creëer je soms ongewild een soort clutch drop, waardoor je met spinnende banden wegrijdt. Zo’n probleem zul je in de Mazda niet snel hebben. Omdat we de pure snelheid van de DSG in de CX-3 niet echt missen, prefereren we daarom de Mazda-automaat, maar de TSI geeft op zijn beurt wat meer (vermogens)comfort dan de SkyActivmotor.

Sowieso heeft de Seat meer comfort in huis dan de Mazda. Beide auto’s hebben een licht dynamische grondslag, maar het is duidelijk dat de Seat daarin een veel betere balans vindt dan de Mazda. Ja, de Japanner ligt strak in bochten en stuurt uitstekend, maar over drempels of andere oneffenheden dreunt alles de auto binnen op een manier die weinig volwassen aanvoelt. Hoe anders is dat in de Arona. Neem dezelfde hindernissen en het onderstel filtert zaken uitstekend weg. Wellicht lever je enige scherpte in, maar toch is de Arona een leuke auto om te rijden, waarbij een snel genomen bocht absoluut niet leidt tot enge situaties of zelfs maar chagrijnige gezichten.

LITERS LIEGEN NIET

Vanbuiten zijn het allebei auto’s die best wat te pronken hebben. We zien bij beide cross-overs mooie wielen en een aardig getekende koets. In zijn FR-trim heeft de Arona nog meer glimmers dan de CX-3. Kijk bijvoorbeeld naar de drukke grille en de zilveren X in de C-stijl. De Mazda oogt op zijn beurt in eerste instantie wat groter dan hij is. De naam zorgt soms ook voor verwarring over zijn segment: de CX-3 is in de basis een Mazda 2, geen Mazda 3. Daar komt bij dat de auto zelfs voor zijn segment niet bijzonder ruim is. De kofferbak biedt met 350 liter niet overdadig veel ruimte en vooral de beenruimte op de achterbank is beneden peil. Dit maakt de CX-3 als gezins - auto beduidend minder goed inzetbaar dan de Seat, waarin je ook achterin best redelijk kunt plaatsnemen. De bagageruimte van de Arona is bovendien 50 liter groter. Klappen we de banken om, dan krimpt dat voordeel en heeft de Spanjaard 20 liter meer.

CONNECTIVITEIT EN VEILIGHEID

Achter het stuur merk je dat je in de Mazda iets hoger zit dan in de Seat, al valt het alleen op als je overstapt. Het stuur zou meer naar je toe moeten kunnen voor een betere zitpositie. De ergonomie is wel dik in orde. De klimaatbediening is simpel en overzichtelijk en het multimediasysteem laat zich goed bedienen via een iDriveachtige knop op de middentunnel. Hierdoor kun je je ogen langer op de weg houden als je door de menu’s aan het scrollen bent. Het systeem zelf werkt snel en is overzichtelijk, maar het kan niet op tegen de moderne overdaad in de Seat. Het grote touchscreen in de Arona werkt snel, is superscherp en biedt een verdieping aan connectiviteits - opties waar de Mazda niet tegenop kan.

De afgelopen twee jaar zijn op dit gebied bij verschillende merken echt enorme stappen gemaakt, waardoor een iets ouder model al snel verouderd aanvoelt. Een nadeel waar een auto als de CX-3 tegenop moet boksen. Toch blijven we erbij dat een systeem met touchscreen, hoe goed ook, zich tijdens het rijden van een auto minder makkelijk laat bedienen dan een goed systeem met knopbediening zoals de Mazda dat heeft.

De Seat kan qua veiligheid shoppen in de schappen van het Volkswagen-concern en is voor zijn segment prima bij de tijd met een voorziening als autobrake. De Mazda laat hier echter evenmin steken vallen. Dode - hoekdetectie, city brake en rijstrook - waarschuwing zitten standaard op deze dikke Sky Luxury-versie. Alles wat je in dit segment kunt wensen, zit sowieso standaard op de Japanner. Dit verklaart de hoge prijs van onze uitvoering. De Arona is in aanleg goedkoper, maar kent weer een aardige lijst aan opties. Uiteindelijk is de Seat iets duurder, maar hij scoort op zaken als rijden en ruimte dan ook duidelijk veel beter. Dit is genoeg om hem de overwinning te bezorgen in deze vergelijking.