Jaguar XJ 3.2 - Op de Rollenbank

Oud Engels spul en de rollenbank – het is geen gelukkige combinatie. Het is hierbij niet de vraag óf de auto minder vermogen levert dan beloofd, maar hoeveel minder dan beloofd. Ghisbert van Ginhoven snoert de fraaie, 24 jaar oude Jaguar XJ6 3.2 van Michiel Willebrands, verantwoordelijk voor AutoWeek Classics, daarom met satanisch genoegen vast op de rollenbank.

Voordat de sfeer definitief wordt verziekt, eerst maar eens een praatje met Michiel. Die Jaguar; hoe komt dat zo? “Deze specifieke XJ40, de meest hoekige van alle XJ’s, stond op mijn bucketlist. Ik vind het een gaaf model. Stoerder ook dan de XJ die hierna kwam, want die is mij te rond.”

Als Michiel een auto koopt, gaat hij het liefst over één nacht ijs. “Ik zie een auto en dan moet dat hem worden. In dit geval kwam ik eind vorig jaar terecht bij een bedrijf vlak naast een woonwagenkamp.” Lachend: “Dat gaf wel vertrouwen!” Hoe het ook zij: de Jag beviel hem en Michiel nam de Brit voor een zacht prijsje mee. “In het begin was de motor wat nukkig, maar met nieuwe bougies en bougiekabels liep hij al een stuk beter. Het onderhoud dat ik er verder aan pleeg, bestaat vooral uit wassen.”

Op het moment is er een zoektocht gaande naar een nieuwe antenne. “Een oude auto hoeft voor mij helemaal niet in een supermooie staat te verkeren, maar dat gat op het achterspatbord is natuurlijk geen gezicht.” Verder gedraagt de Jaguar zich op een voor Engelse auto’s typerende wijze. “Het hangt nog wel eens van de dag af hoe hij functioneert. Gisteren kneep ik hem toch wel even, omdat hij niet zo lekker liep. Maar toen ik hem vanochtend startte, was alles weer prima in orde.”

Durft hij een inschatting te maken van het vermogen? “Het zal best wat minder zijn dan 200 pk. Maar 180 tot 190 moet hij er toch nog wel kunnen leveren?” Ghisbert heeft zo zijn twijfels en vindt het een optimistische schatting. De rollenbanktest gaat ook wat moeizaam van start. “Ik heb een beetje ruzie met de koppelomvormer van de automaat”, verklaart Ghisbert. “Hij heeft de neiging om zelf op te schakelen, zodat de motor niet goed op toeren komt.”

Maar als dat probleem is opgelost, en alle ogen zijn gericht op de monitors, maakt de scepsis snel plaats voor een hoera-stemming: die Jaguar presteert helemaal niet beroerd! Sterker nog: hij komt iets boven de fabrieksopgave uit. Dat is een fijne opsteker voor Michiel, die met een blik van ‘zieje-nou-wel’ afscheid neemt. En Ghisbert? Die blijft in verbazing achter. Ja joh, daar sta je dan met je vooroordelen.