Test: BMW X4 (2014)

Bij BMW zien ze zich zelf als de uitvinder van de Sports Activivity Vehicle, een term bedacht voor de X6 want dat was volgens de Duitsers de eerste suv met een coupé-achtige daklijn. Daarbij zagen ze dan wel even de Ssang Yong Actyon van de eerste generatie over het hoofd, maar goed, die X6 als vroeg nichemodel heeft het merk bepaald geen windeieren gelegd. Tijd dus om een dergelijke formule los te laten op een lager segment. Vanachter zie je bij de X4 zeker gelijkenis met zijn grote broer, al kunnen we ons goed voorstellen dat de komende maanden, wanneer de eerste exemplaren in het verkeer opduiken, deze zo maar voor een 3-serie GT worden aangezien. Even een paar maanden het autonieuws niet volgen en je kunt de diverse nieuwe modellen van BMW niet meer uit elkaar houden, een gevolg van de enorme expansiedrift van de premium merken. Nog even over de gelijkenis met de X6. Als de X6 Rambo op wielen is, dan zou je de X4 als Yuri van Gelder kunnen betitelen. Minder groot, nog altijd gespierd maar ook wat vriendelijker qua uitstraling. Zie je de nieren van een X4 in je binnenspiegel opdoemen dan komt de boodschap 'ga eens naar rechts' net wat minder dwingend over. Al gaat ook die X4 er als een dolle vandoor als hij vrij baan heeft. De 20i-basisversie misschien wat minder maar hier in Baskenland staat alleen de voorlopig dikste X4 klaar, de 35ixDrive met zescilinder turbo, goed voor 306 pk.

Graantje meepikken
Van dik hout zaagt men planken, maar deze voorlopig krachtigste X4 heeft dan ook de Porsche Macan als concurrent, en bij die suv begint het feest bij de benzinemotoren pas bij 340 pk. Bij de X4 kun je behalve de 184 pk sterke 2.0 turbo in de 20i ook nog een 245 pk sterke variant krijgen en die heet dan 28i. Dat zijn beide viercilinders. Zoals er ook drie diesels zijn, waarvan een met vier cilinders en twee met zescilinder. Hebben we nu meteen het territorium voor de X4 afgebakend? Zeker niet, want de Range Rover Evoque beweegt zich in het zelfde speelveld. Geen millimeter ruimte geven de fabrikanten elkaar in dit steeds lucratiever wordende deel van de markt. Recent nog bleek uit cijfers dat in Europa zulke modellen inmiddels goed zijn voor 1 miljoen verkopen per jaar, dus ja, daar moet je een graantje van meepikken. Dat BMW vanaf nu met de X1, de X3 en de X4.

Déjà vu
Aan boord zie je de verwantschap met de X3. Je zit 20 mm lager maar desondanks geeft de auto dat typische hoge zitgevoel van een suv. Een zeer dik stuur kun je ver naar je toehalen, de keuzehendel van de automatische versnellingsbak is nog altijd dat joystickachtige ding. Qua bediening en uitzicht naar voren is het een grote déjà vu, kijk je echter in de binnenspiegel naar achteren dan valt op hoe klein de achterruit is. Gelukkig hebben de buitenspiegels nog een fors formaat anders zou het zicht naar achteren te beperkt zijn. En over de situatie achterin gesproken, daar vertoeven inzittenden riant. Qua beenruimte zul je ze niet horen klagen, langere personen (1,85 m en langer) zullen hooguit met de kruin tegen de hemelbekleding komen.
Natuurlijk heeft de X4 een hoge tildrempel, en bij het openen van de achterklep verschijnt er zeker geen gigantische laadruimte maar met 500 liter kom je een eind als je met vier personen en wat bagage op pad moet.

Op scherp
Dat de X4 technisch op de X3 leunt blijkt al na de eerste meters. Hij voelt veel lichtvoetiger aan dan de X5. De actieve besturing waarmee de X4 standaard geleverd wordt vraagt wat gewenning, bij hogere snelheden werkt die minder direct, bij lage snelheden directer. Ondanks die laatste eigenschap moet je nog behoorlijk wat stuurbewegingen maken in stadsverkeer. 18 inch wielen met breed rubber zorgen voor veel grip, en nog een typische eigenschap van de BMW X-modellen, ondanks zijn hoogte blijft de carrosserie van de X4 mooi vlak in snelle bochten. Overhellen is er nauwelijks bij en de auto zoekt in bochten meteen de binnenkant op, waardoor je nooit het gevoel krijgt wat andere hoogpotige auto's nog wel eens bieden: die willen als het te hard gaat graag rechtuit in plaats van door de bocht. Hij doet dus altijd wat jij wil. De demping kun je aanpassen, maar zelfs in de sport plus-stand blijft het comfort goed. Je voelt alleen dat wat je als enthousiaste bestuurder wilt voelen. Sport en Sport Plus, functies van het rijprogramma zetten automatische bak, besturing en demping op scherp. Zet je de X4 via de knop in de middenconsole weer terug op Comfort of Eco Pro dan lijkt de hele auto opeens in de relax mode te staan, zeker in Eco Pro. De aandrijflijn is dan minder bij de les, onderin de toerenteller verschijnt een blauw balkje die bij het uitrollen of het afremmen laat zien wanneer er energie wordt teruggewonnen. En als bonus zie je hoeveel kilometer reikwijdte je wint door de rustige rijstijl. Stimulerend? Ja, zulke systemen helpen altijd om je bewust te maken van het verbruik. Nieuw? Nee, alle moderne BMW's hebben het.
Voor viercilinder diesel geeft BMW een CO2-uitstoot op van 138 gram, voor de lichtste benzinemotor is dat 168 gram.
Een briljante toevoeging aan het gamma is de X4 niet. Het concept kennen we al, het is alleen geslonken tot compactere dimensies. Daarmee loopt het modelgamma over van de keuzes. Wordt het een X3 of een X4? Of toch maar een 3-serie GT? Zo lang dit soort vragen maar binnen de BMW-showroom worden gesteld, zijn ze in München tevreden, want het houdt de klanten bij het merk. En da's precies wat ze met die expansiedrift willen bereiken.