'Rijlessen en rijexamens moeten op de schop'
Kosten omhoog
Rijlessen en rijexamens moeten anders, stelt de speciale adviescommissie die in opdracht van de overheid de rijschoolbranche heeft onderzocht. De veranderingen gaan wel leiden tot hogere kosten.
De speciale commissie onderzocht de rijschoolbranche voor het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en heeft het conceptrapport 'Van autorijles naar autorijonderwijs' klaar. RTL Nieuws kreeg het al in handen. Als het aan de commissie onder leiding van voormalig SP-leider Emile Roemer ligt, moeten leerlingen meerdere theorie- en praktijktoetsen afleggen om een autorijbewijs te halen. Rijinstructeurs en rijscholen moeten voldoen aan strengere eisen. Ook moet er een speciale inspectie komen, die toeziet op de kwaliteit van rijlessen. De rijschoolbranche heeft al jaren te kampen met allerlei misstanden, zoals examenfraude, instructeurs die slecht lesgeven en financieel wanbeleid. Daarnaast zijn beginnende bestuurders veel vaker betrokken bij verkeersongelukken dan ervaren bestuurders.
Al deze mogelijke maatregelen gaan er waarschijnlijk voor zorgen dat het halen van een rijbewijs duurder wordt, stelt RTL. Door de hogere kwaliteitseisen zal een deel van de 8.000 rijscholen verdwijnen, en de overblijvers kunnen dan hogere prijzen gaan vragen. Bovendien zullen rijinstructeurs meer opleidingen moeten volgen en dat gaan ze waarschijnlijk doorberekenen in de prijs. Nu ligt de gemiddelde lesprijs op €42 per uur en ben je gemiddeld €2.500 kwijt om een autorijbewijs te halen. Uit berekeningen van de commissie Roemer blijkt dat een rijschoolhouder €60 per uur moet gaan vragen wil hij uit de kosten komen. Daar komen de kosten voor het extra theorie- en praktijkexamen nog bij. Volgens de commissie staat daartegenover dat het nieuwe systeem ervoor zorgt dat kandidaten eerder slagen. Dat zou blijken uit de ervaringen van rijscholen die al met die nieuwe manier van lesgeven en toetsen experimenteren.
Het advies van de commissie wordt woensdag door voorzitter Emile Roemer aangeboden aan minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat.