In dit museum besef je hoe bijzonder Saab was

Hoogtepunten Saab Car Museum

Saab-museum

Het merk mag dan officieel niet meer bestaan, het erfgoed van Saab wordt met liefde gekoesterd in een oude remise in de voormalige thuishaven Trollhättan. Omdat we toch in de buurt waren, namen we er een kijkje.

Wie het autonieuws het afgelopen decennium een klein beetje heeft gevolgd, kent het verhaal achter de tragische ondergang van Saab. Nadat eerst de klandizie het liet afweten omdat de auto’s niet eigenwijs genoeg meer waren na de overname van Saab door General Motors, gooide het Amerikaanse concern in 2009 zelf ook de handdoek in de ring. Wat volgde, was een hoop onduidelijkheid en juridisch getouwtrek, waarbij onze eigen Victor Muller zich in 2010 met Spyker nog opwierp als reddende engel. Toen ook deze reanimatiepoging mislukte, was Saab officieel failliet en werden de brokstukken overgenomen door een Zweeds-Chinese investeringsgroep genaamd NEVS (Nationale Electric Vehicle Sweden). Nog altijd verschijnen er zo nu en dan enigszins hoopvolle berichten maar Saab ‘as we knew it’ zal nooit terugkomen. De rijke historie van Saab is gelukkig niet te grabbel gegooid. In de Zweedse plaats Trollhättan, iets boven Göteborg, vind je een eenvoudig ingericht, maar daarom niet minder interessant museum. We nemen je mee langs de hoogtepunten.

In 1945 besloot Saab om zijn vliegtuigtak uit te breiden met auto’s. Het eerste productiemodel was deze 92 uit 1950, een voor die tijd zeer gestroomlijnd model – ziehier de link met de vliegtuigen. Voor de aandrijving zorgt een 25 pk sterke, in lengterichting geplaatste tweecilinder tweetaktmotor van 764 cc. Via een handgeschakelde drieversnellingsbak drijft deze de voorwielen aan. Je herkent overduidelijk de druppelvorm van de ‘Exp vagn 001’ of 92001 uit 1947, het ‘oer-Saab’-prototype met DKW-motor dat model stond voor de 92. Er zijn vier prototypes gebouwd voordat de productie-92 het levenslicht zag.

Saab is misschien niet het eerste merk waaraan je denkt bij de racerij, maar in 1960 waagden Saab-technici een poging in het Formule Junior-kampioenschap. Eigenwijs als ze waren, kozen ze niet alleen voor een spaceframe in plaats van het gebruikelijke buizenchassis, maar ook voor voorwielaandrijving. De 940 cc driecilinder (86 pk) lag dus voorin, wat een gewichtsverdeling van 70/30 tussen voor- en achteras opleverde. Niet ideaal, en de auto – waarin onder andere Saab-legende Erik Carlsson reed – was dan ook enorm onderstuurd. Er werden slechts twee auto’s gebouwd.

Niet alle Saabs hebben cijfers als typeaanduiding. De Sonett bijvoorbeeld, waarvan je twee verschillende dichte versies hebt en één open, de Super Sport. Laatstgenoemde, ook wel bekend als Sonett I of 94 (dus tóch een getal!) heeft een kunststof carrosserie, er zijn er tussen 1955 en 1957 slechts zes gebouwd omdat serieproductie er nooit van kwam. Deze witte is de allereerste. Van de eveneens uit plastic opgetrokken Sonett II  werden er vanaf 1966 258 gebouwd met driecilinder tweetaktmotor voordat werd overgestapt op de V4 van Ford. Die motor kwam vanaf 1970 ook terecht in de modernere Sonett III met klapkoplampen, die vooral was gericht op de Amerikaanse markt.    

Hieronder zie je de evolutie van de 92 (1950) naar de 96, die tot 1980 in productie bleef. Er bestond ook een stationwagon: de 95. In totaal werden er van de 92, 93, 95 en 96 iets meer dan 730.000 exemplaren gebouwd.

Saab was pionier op turbogebied, waarbij de in 2016 overleden ingenieur Per Gillbrand (‘Mr. Turbo’) in Trollhättan als halfgod wordt gezien. De 99 was in 1978 de eerste Saab met turbomotor. Zijn 2,0-liter viercilinder leverde dankzij de extra drukvulling 145 pk, wat hem serieus snel maakte voor die tijd. Fraai detail zijn de lichtmetalen ‘Inca’ wielen, een grafische voorstelling van turbineschoepen. Voor meer 99 Turbo moet je hier kijken, want we kregen bij ons bezoek aan het museum een exemplaar van de museumcollectie mee. 

De in 2015 overleden Saab-icoon Erik Carlsson won met deze 96 in 1962 én 1963 de rally van Monte Carlo. 

In 1985 bouwde Saab deze EV-1 concept-car, die – in tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden – géén elektrische aandrijflijn heeft. Het is eigenlijk een 900 Turbo 16V met een ander koetswerk. De motor is opgepept tot 290 pk en geeft hem een topsnelheid van 270 km/h. De auto heeft een hele kleine rol in de film Back to the Future 2. In het dak zitten zonnecellen, die de stroom verzorgen voor de koeling van het interieur. Een detail dat later zou terugkeren in productie-Saabs is de uitschakelbare verlichting van het instrumentarium (‘Night panel’), waarbij alleen het relevante deel van de snelheidsmeter zichtbaar blijft.  

Bij Saab waren ze altijd wel in voor een experimentje, zoals deze ‘Monster’ uit 1959 met zijn twee driecilinder tweetaktmotoren dwarsgeplaatst voorin. Samen goed voor 140 pk en een topsnelheid van 196 km/h. De reglementen bepaalden dat dit soort constructies niet is toegestaan, waardoor dit monster nooit in wedstrijdverband heeft gereden.

Keuze uit 120 auto’s

Het Saab Car Museum in Trollhättan heeft ongeveer 120 auto’s in de collectie, waarvan er zo’n 70 staan opgesteld in het museum. Er worden regelmatig wisselende thema-exposities gehouden. Tijdens ons bezoek waren dat ‘Vorm volgt functie’ met een aantal concept-cars en een overzicht van de 100.000 kilometer endurance tests die Saab met de 9000 Turbo deed op de Talladega Superspeedway in Alabama in de VS. Kijk voor meer info over de tentoonstellingen, openingstijden en prijzen op saabcarmuseum.se.

Lezersreacties (26)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.