Hoe de geest van de Stinger voortleeft in de Kia EV6 GT
Zoete herinneringen
23
De Stinger bezet de voorlaatste plaats in de Nederlandse verkoopranglijst van Kia, waar hij zich heeft genesteld tussen de Opirus en de Mentor. Mocht dat allemaal totaal onbekend klinken, wees dan gerust: je hoeft alleen de naam Stinger te onthouden.
Tweehonderdvijftien stuks, verder gaat de teller van het aantal nieuw in ons land verkochte Stingers niet. En dat vinden wij van AutoWeek hartstikke jammer, want we zouden ze graag veel meer op de weg willen zien, al was het maar vanwege de zoete herinneringen. Zoals die keer op een verregend, glibberig Zandvoort, toen de Stinger in de uitvoering met vierwielaandrijving en de 3.3-turbo-V6 zijn rode achterzijde toonde aan de toch zeer capabele BMW 440i xDrive Gran Coupé. De collega van dienst was er duidelijk over: opeens sprak Kia een stevig mondje mee in de ereklasse waar de Duitse merken zich comfortabel oppermachtig waanden.
Stinger met dank aan Duitsers Biermann en Schreyer
Ja, die Stinger was een waar kunststukje van de Koreanen. Pardon, van in de eerste plaats twee Duitse giganten: Albert Biermann en Peter Schreyer. De eerste kwam over van BMW M en tekende voor het fenomenale onderstel, terwijl de tweede zich toen allang had bewezen als geslepen designer van het merk. De Stinger mocht misschien in de eerste plaats zijn ontwikkeld als reclamezuil voor het nieuwe vakmanschap, het werd onder de streep vooral een formidabele liefhebbersauto. Maar ja, het topmodel kostte een ton. Voor zoveel geld zou elk zinnig mens minstens drie andere gloednieuwe Kia’s kopen: zelfs met een Stonic, een Pro-Ceed en een Sportage in je winkelmand zou je nog zwemmen in het wisselgeld.
Als 2.0 Turbo en als diesel
Veel gunstiger was de 2.0 Turbo met achterwielaandrijving en anders was er nog een dikke diesel. Voor alle Stingers gold dat we er destijds hoge verkoopaantallen van wensten, met het oog op uiteindelijk betaalbare occasions. Dat was namelijk de grote makke van de Stinger: het verwachte waardeverlies, waardoor de auto al vanaf het verlaten van de showroom een spoor van rinkelende euro’s achter zich aan trok. Het wekte geen verbazing dat het in 2022 over en uit was met het model. Daarmee eindigden jammer genoeg ook de ambities van het merk om zich in de premiumhoek te manifesteren. Maar wacht, klopt dat wel? Benzinemotoren hebben daar weliswaar geen kans meer, maar elektrische des te meer. Wat ons betreft leeft de geest van de Stinger voort in de EV6. Ken je GT-versie daarvan? Ja, dat geinige driftkanon.
