Designreview Corvette C4: ‘Knappe vertaling van Corvette-styling naar jaren 80’

Chevrolet Corvette C4

Aan het einde van een serie designreviews van iconen uit het verleden kijkt autodesigner Niels van Roij voor de laatste keer in de achteruitkijkspiegel. Daarin dient zich een grote, iconische Amerikaan aan: de Chevrolet Corvette C4, de generatie die de jaren 80 voor zijn rekening nam namens the American Dream.

Auto-ontwerper Jerry Palmer werd in 1974 gepromoveerd tot hoofd van Chevrolet Studio III en nam in 1977 de verantwoordelijkheid voor het exterieurontwerp over toen Bill Mitchell aftrad. Palmer maakte onderstaande potloodschets in juli 1978. Kort erna werd het eerste kleimodel gemaakt.

Toen in 1984 de geheel nieuwe Chevrolet Corvette uitkwam, werd hij enthousiast ontvangen door pers en publiek. Wellicht kwam dat doordat de twintigjarige productierun van het C3-platform in dat model nogal zichtbaar werd. Men was in ‘Murica nodig toe aan een nieuwe Vette! In het eerste C4-productiejaar werden er ruim 51.000 afgerekend, een verdubbeling ten opzichte van de uitgaande C3-sales het jaar ervoor.

De C4 Corvette vertegenwoordigde een nieuw tijdperk: een radicale koersverandering ten opzichte van zijn voorganger. Het zo typerende coke bottle design van de C3 – een elegante exterieurdesign-toepassing die de binnenruimte behoorlijk beperkte – was verdwenen. Bovendien werd de daklijn van de C4 lager, waardoor de algehele verhoudingen verbeterden. Wel was in de neus wederom een set klapkoplampen aangebracht en natuurlijk aan de andere kant vier ronde achterlichten getekend. Toen begreep iedereen nog dat dit merk-dna was, waaraan niet mocht worden getornd ...

De Corvette C3 met zijn coke bottle design.

De C4 kent een sterk cab rearward-ontwerp, dat was – tot het huidige C8-model – typisch voor de Corvette. De lange C4-neus strekt ver door naar achteren en de chauffeur zit bijna op de achteras. Een fraaie – toen – moderne interpretatie van dit klassieke muscle car-principe.

Zoals een echte Amerikaan betaamt kent ook dit jaren-80 design een forse powerdome op de motorkap. Hij maakt de spierkracht eronder goed visueel. De rake van de voorruit is fors, met een relatief klein glasoppervlak rondom. De greenhouse-graphics zijn hard en hoekig. Ze definiëren de C4-identiteit en doorbreken de hoofdvorm van de carrosserie in een trefzekere hardheid en rechtlijnigheid: van voorzijde tot de wrap-around-achterruit. Enkel de contrasterende B-stijl breekt deze outline. Volledig anders dan de theatrale C3-heupen.

 In 1986 kwam de C4 Convertible op de markt. Zoals veel Amerikaanse merken in die tijd deden werden er om de paar jaar kleine veranderingen aan ontwerp, kleuren en materialen doorgevoerd, van wielen tot aan emblemen en side vents. De snelle ZR1 werd in 1990 geïntroduceerd en het jaar erna kwam de sterk vernieuwde C4 uit, de eerste belangrijke stijlwijzigingen sinds het introductiemodel. Onder meer geïntegreerde richtingaanwijzers aan de voorkant en een opnieuw vormgegeven achterkant met meer vierkante achterlichten maken deze iteratie anders. Ook werd een nieuw wiel in turbine-stijl aangeboden. De facelift werd gekenmerkt door een zachtere, meer jaren 90-stijl, de zogenaamde jelly bean-styling. Dat was rondom te zien, maar met name vanbinnen.

Het C4-model werd tot 1996 gebouwd. Gedurende de veertien jaar dat de C4 in productie was, heeft hij grote evolutionaire veranderingen ondergaan, met name onderhuids.

Ondanks de grote verschillen met de C3 was de C4 Corvette onmiddellijk als Chevrolet Corvette herkenbaar. Proportioneel was de auto bovendien uiterst geslaagd, met zijn lange, strekkende lijnvoering een typisch kind van de jaren 80. Job well done, team USA!

Gerelateerde forum topics

Lezersreacties (31)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.