De Vluchtstrook: de ongekroonde pk-koning van Peugeot

Het contrast tussen de Duitse spierbundels en de Franse concurrentie is dan ook groot, want daar blies men eerder deze maand hoog van de toren met 360 pk voor de nieuwe Peugeot 508 PSE, het sterkste productiemodel van de Fransen ooit. En dan ging het ook nog eens om systeemvermogen, aangezien het hier een plug-in betreft. Met andere woorden, Peugeot heeft geen naam hoog te houden als het op pk’s aankomt.

Twintig jaar lang was 200 pk voor sportieve modellen wel zo’n beetje het maximum. Dat begon ooit bij de exclusieve en afgetrainde 405 T16 (de overboost niet meegerekend) en eindigde met de vadsige 308 GTI. Pas in 2013 werd met de 270 pk sterke RCZ R een flinke stap richting hogere motorvermogens gezet. Daar kwamen later de 205, 250 en 270 pk sterke versies van de inmiddels 200 kilo lichtere 308 bij.

Dat betekent echter niet dat er gedurende twee decennia geen ware pk-koning op is gestaan. Die was er zeker, alleen zat hij in een onverwachte hoek. Sterker nog, de auto in kwestie is nooit officieel in Nederland geleverd. Het betreft de 241 pk Peugeot 407 Coupé 3.0 HDiF. Inderdaad, een diesel. Deze motorisering werd in 2009 leverbaar, kort nadat het besluit was genomen de 407 Coupé überhaupt niet meer in Nederland te voeren.

De krachtbron was het resultaat van de samenwerking met Ford en een doorontwikkeling van de 204 pk sterke 2.7 HDiF. In de basis leverde de 3,0-liter V6 diesel 241 pk, maar in auto’s als de Jaguar XF schopte het blok het tot 275 pk. Zo ver gingen de Fransen niet, waardoor auto’s als de Citroën C5 en C6, die in Nederland wel met de 3.0 HDiF leverbaar waren, het met 241 pk moesten doen.

De Peugeot 407 Coupé 3.0 HDiF had de beschikking over hetzelfde vermogen, waarmee het model in 7,7 seconden naar de 100 kilometer per uur sprintte. Geen wereldtijd, maar gezien het wagengewicht van bijna 1.800 kilo is dat ook niet geheel verassend. Eenmaal op snelheid liep de de grote coupé door naar een autobahn-waardige topsnelheid van 245 kilometer per uur.

In 2009 wees vrijwel niets erop dat je met de destijds sterkste productie-Peugeot ooit te maken had. Alleen recht van achteren zou het de geoefende autospotter op kunnen vallen dat er geen dubbele uitlaat aan de rechterkant zit, maar dat opper-407 twee ovale uitlaten aan weerszijde van de nummerplaat heeft. Die zijn niet zo prominent als bij de RS-modellen van Audi, maar voor een Peugeot in die tijd was het heel wat.

Uiteindelijk was de Peugeot 407 Coupé krap vijf jaar in productie, waardoor de auto van zichzelf al relatief zeldzaam is. De 3.0 HDiF-versie kwam pas in de herfst van de productieperiode van de band, waardoor dit model nog lastiger te vinden is. Een exemplaar met dik twee ton op de klok heb je in Duitsland al voor minder dan 4.000 euro.

Overigens is het niet alleen Peugeot dat aan Franse zijde lang gewacht heeft om aan de meer extreme motorvermogens te beginnen. Sterker nog, de 300 pk-grens voor productiemodellen werd vanuit Frankrijk pas vorig jaar gehaald met de Mégane R.S. Trophy en Trophy R, met de Alpine A110S kort daarachter. Het spreekt voor zich dat we auto’s als de Venturi 400GT en Atlantique 300 buiten beschouwing laten, net als de modellen van dat ene merk uit Molsheim…