Camper en wintersport

Nou, dat doe je wel voor je plezier, hoor! Wanneer je enkele zaken in de gaten houdt, kun je praktisch met elke camper de sneeuw opzoeken. Wintercampings in Oostenrijk, Italië, Duitsland, Zwitserland en Frankrijk zijn doorgaans uitstekend uitgerust om het de kamperende wintersporter goed naar de zin te maken. We lopen langs de aandachtspunten én geven je wat – hopelijk inspirerende – reistips.

RESERVEREN

Hoewel het eigenlijk niet past in de aard van het reizen met een kampeerauto, is het niet onverstandig de wintercamping te bespreken, in elk geval in de vakanties. De kans is anders groot dat je voor een dichte slagboom komt te staan en in de winter is dat ronduit vervelend. De betere wintercampings staan in de sneeuwzekere maanden regelmatig vol. Bij het – op internet – zoeken van een geschikte wintercamping is het goed met een paar zaken rekening te houden. Kijk allereerst of er op loop afstand een winkel is voor de dagelijkse behoeften.

Elke keer je camper uit de sneeuw rijden om boodschappen te doen, is namelijk niet handig. Er zijn genoeg campings met een supermarkt, evenals campings in de buurt van een supermarkt. Vrijwel altijd kun je ook gebruik maken van een skibus of een ‘gewone’ lijndienst om in een stad of winkelcentrum te komen. Vervolgens wil je weten hoe je op de plek komt waar je wilt skiën, langlaufen of sneeuwschoenlopen. Er zijn campings onder aan een piste, maar ook campings die verder van de ski hellingen af liggen. Ook dan biedt de skibus vaak uitkomst.

Dan heb je nog de wintervoorzieningen op de camping, die je wel of niet aanspreken. Een restaurant is fijn als je eens niet wilt koken. Goede drooghokken voor natte spullen: heerlijk. Verwarmd en misschien wel heel luxe sanitair: top. En je kunt nog verder gaan: zwembad, wellness, massage, noem maar op.

De opbouwcamper is in het algemeen het best bestand tegen winterse temperaturen, mits er uiteraard een verwarming in zit. De wanden, het plafond en de bodem zijn in veel gevallen voldoende geïsoleerd om nachten van min 20 graden Celsius te doorstaan, al dan niet met de kachel aan. De gaskachel – denk aan het verhogen van de schoorsteen! – of een elektrisch kacheltje.

WINTERHARD

Ook met een buscamper kun je best de sneeuw opzoeken, want steeds meer fabrikanten besteden aandacht aan de isolatie van dit type camper. Knaus/Weinsberg noemt de eigen buscampers intussen zelfs onomwonden winterhard. Vloerbedekking is altijd prettig: koude voeten moet je te allen tijde voorkomen. Er zijn ook vloerkleedjes met elektrische verwarming! Een wintertent vormt een sluis tussen binnen en buiten. Even een dag weg met de camper wordt dan echter wel ingewikkelder.

Een onvermijdelijke kostenpost voor een winterse kampeertrip is de noodzaak om op winterbanden te rijden. Winterbanden houden ook bij lage temperaturen vol doende grip op de weg. Bovendien zijn de lamellen van de winterband berekend op sneeuw. De term allseasonbanden klinkt als een belofte, maar een dubbele set banden voor zomer en winter is echt beter en veiliger. De aanduiding M+S wil niet zeggen dat er sprake is van een winterband. Op een echte winterband staat namelijk ook een sneeuwvloksymbool. Zonder dit symbool is een band geen winterband! Laat de winterbanden om stalen wielen leggen, want die zijn sterker, lichter en goedkoper. Alleen niet mooier, inderdaad.

Verder zijn in de Alpenlanden sneeuwkettingen verplicht. Oefen daar thuis alvast mee, want in een sneeuwstorm uitzoeken hoe je die kettingen om je aangedreven wielen krijgt, is minder. In de winter zit je uiteraard meer binnen dan in de zomer, hoewel je op zonnige dagen overigens ook heerlijk buiten kunt zitten in de sneeuw. Je hebt bovendien natuurlijk meer en dikkere kleding en zwaarder schoeisel nodig. Plus je ski’s, muts, handschoenen, thermoondergoed … Kortom, de binnenruimte die in de zomer ruim voldoende is, wordt in de winter wellicht wat krapjes. Dat is iets om bij de aanschaf van een (volgende) camper rekening mee te houden.

Er zijn wintersportgangers die zweren bij ’s nachts rijden. Het is dan rustiger en er zijn zelden files. Als de oogleden te zwaar worden, kun je op een parkeerplaats altijd even een hazenslaapje doen en na een uurtje weer verder rijden. Let op: veel parkeerplaatsen in Duitsland zijn ’s nachts overvol met vrachtverkeer. Met een langere camper is het soms even zoeken naar een plekje.

Het is altijd verstandig om bij vertrek te zorgen dat je ‘op het ergste’ voorbereid bent: neem eten voor twee dagen mee, leg een extra deken op het bed en zorg voor een volle gasfles.

Kijk voor vertrek wel even hoe de weersverwachtingen zijn voor de route die je wilt rijden. Vermijd als het even kan de zaterdag en liefst ook nog de vrijdag. De zaterdag is namelijk de ‘wisseldag’ voor appartementen en hotels en dus is er naar, van en in de Alpendalen dan heel veel verkeer.

Met de camper naar de wintersport vergt dus iets meer voorbereiding dan een zomerse trip, maar er staat wel iets tegenover: skiën vanaf de camping, wandelen in een kerstkaart, glühwein aan de ijsbar en nog veel meer leuks. Wintersport met de camper? Gewoon doen!