Blik to the future: Alfa Romeo 'Giuliona'

Dit artikel verscheen eerder in AutoWeek 26 van 2016.

Alfa Romeo lijkt op te krabbelen uit een dal vol op leeftijd geraakte of zelfs compleet afwezige modellen waar het de laatste jaren langzaam in afgegleden is. Met de Giulia hebben de Italianen hun vizier gericht op de dynamische hoek van het D-segment en met de Stelvio wil Alfa Romeo dit jaar nog cross-overland bestormen. Daar blijft het niet bij. Tussen 2018 en 2020 zal een Italiaanse schokgolf van een groter formaat over Duitsland trekken.

Het huidige Alfa Romeo heeft onder leiding van Fiat Chrysler Automobiles-CEO Sergio Marchionne een reputatie gekregen van een merk dat niet helemaal leek te weten waar het naartoe moest. De inmiddels gelanceerde Giulia had jaren geleden op de markt moeten verschijnen en de MiTo en Giulietta moeten nog altijd blijven roeien met de riemen die ze in respectievelijk 2008 en 2010 toebedeeld kregen. Inmiddels blijkt de Mito na één generatie misschien zelfs helemaal geen opvolger te krijgen. De Italianen beginnen nu van zich af te bijten. De Giulia heeft menig hart al weten te stelen en met de Stelvio lijken de Italianen ook menig hart sneller te laten kloppen.

Toen Alfa Romeo in 2008 het doek van MiTo trok, wist de destijds aan het roer staande Alfa Romeo CEO Luca de Meo te verkondigen dat de destijds een jaar uit productie zijnde 166 zeker een opvolger zou krijgen. De lancering van het nieuwe vlaggenschip werd wegens gebrek aan een geschikt achterwielaangedreven platform doorgeschoven naar 2011 en inmiddels moeten we het nog altijd zonder 'grote Alfa' doen. Begin dit jaar schaafde Marchionne voor de zoveelste keer de toekomstplannen bij en als Alfa Romeo trouw weet te blijven aan zijn plannen, verschijnt nog voor 2018 eindelijk een opvolger van de 166 op de markt. 5-serie, berg jezelf.

Alfa Romeo heeft voor de Giulia namelijk een modulair achterwielaangedreven platform ontwikkeld waarmee het – na wat schuiven, passen en meten – een oplossing heeft voor het probleem waar het vijf jaar geleden mee kampte. De Giulia heeft zich inmiddels al bewezen als een dynamische D-segmenter waar de BMW 3-serie slapeloze nachten van krijgt en die lijn wordt doorgetrokken naar een sportieve sedan waar de 5-serie op dynamisch vlak rillingen van zal krijgen.

Het platform van de Giulia brengt een reeks inmiddels op papier bekende motoren in de wandelgangen 'Giuliona' of zelfs 169 gedoopte Italiaan. Op benzinevlak betekent dat een 200 pk sterke viercilinder met turbo als instapmotor. De 136 pk sterke instapdiesel van de Giulia zal aan de neus van de nieuwe sedan voorbijgaan. Het dieselgamma start met de 150 pk sterke 2.2-liter JTD dieselmotor. Ook zal een 180 pk sterke variant om de hoek komen kijken. Liefhebbers van imponeren met spoilers en een angstaanjagend motorgeluid zullen kunnen opteren voor een echte Q, voortgestuwd door het 2.9-liter metende brok geweld dat de Giulia Q van 510 pk voorziet. Op termijn verschijnt ook een hybride en zelfs een plug-inhybride aandrijflijn op de bestellijst. Sergio Marchionne heeft zich namelijk als doel gesteld om van elk onder zijn concern vallend merk anno 2021 een hybrideversie te kunnen aanbieden.

Wat design betreft hoeven Alfa-liefhebbers zich geen zorgen te maken. De 166-opvolger krijgt een koets mee waarvoor Alfa Romeo zich heeft laten inspireren door de Giulia. Een prominent aanwezige Scudetta op het lage front, agressief de wereld in priemende kijkers en een stevige schouderlijn moeten zij van de 'Giuliona' vooral visitekaartjes voor de sportieve set genen waarmee hij is opgebouwd. Tussen 2018 en 2020 zullen we aan den lijve kunnen ondervinden of Alfa Romeo genoeg in huis heeft om de gevestigde orde te laten schudden op hun grondvesten. Voor de Italianen is het in ieder geval een belangrijke goedmaker in het plan om Alfa Romeo opnieuw op de kaart te zetten.