Back to the Future: BMW Turbo (1972)
De eerste concept-car die BMW bouwde, was meteen een voltreffer. De impact van zijn verschijning was enorm, met dank aan elk element tussen zijn signaaloranje snuit tot die massieve, alleszeggende naam achterop: BMW Turbo. Welkom in 1972, een bruisend jaar voor het merk uit München. Alsof de introductie van de eerste generatie van BMW's succesvolle 5-serie nog niet genoeg drukte gaf, vond BMW ook nog de tijd om een heuse supercar op de wereld te zetten. De man die de ontwerpklus op zich nam, was niemand minder dan de vermaarde Fransman Paul Bracq. Hij trad in 1970 in dienst bij BMW, als opvolger van Wilhelm Hofmeister, Inderdaad, die van de knik ... In de jaren zestig maakte Bracq nog furore bij Mercedes-Benz, alwaar hij de imposante 600 tekende.
In dienst van BMW wachtte hem een schone taak: de vormgeving van een geheel nieuwe generatie BMW's. De vormtaal was al door Marcello Gandini's 5-serie (E12) bepaald, waarna Bracq zich aansluitend ontfermde over de 3-, 6- en 7-serie. Maar niet voordat hij op de Parijse Autosalon van 1972 de zinnenprikkelende Turbo aan de wereld toonde. Het woord 'turbo' bracht in de jaren zeventig hele volksstammen het hoofd op hol; het stond boven alles voor ongeremde snelheidssensaties. Vanwege zijn fantastische uiterlijk heeft de BMW Turbo beslist aan die perceptie bijgedragen. Het leek alsof Paul Bracq heel precies invulling had weten te geven aan de stoutste dromen die autoliefhebbers rond het begrip 'turbo' bij elkaar konden fantaseren. Het apparaat zag er inderdaad uit alsof hij zijn inzittenden met de snelheid van het licht over eindeloze autobahnen kon kegelen.
In de achteruitkijkspiegels van Kevers, Kadetts en Capri's schreeuwde de spitse Turbo-snuit –in alarmerend oranje! – vooral dat iedereen de weg voor hem moest vrijmaken. Maar wat
bleek? Snelheid was niet de belangrijkste missie van de Turbo. Natuurlijk, hij gold als wegbereider van de BMW 2002 Turbo, die in 1973 op de markt zou komen. De concept-car was zelfs op een ingekort onderstel van een 2002 gebouwd, met de toen nog experimentele 2,0-liter viercilinder turbomotor net vóór de achterwielen.
Ook zijn belangrijke designelementen overgenomen in latere BMW's. Kijk maar eens naar het front van een Z1 of 850i. En zonder de Turbo was de M1 er vast niet geweest.
Welk thema was dan nóg belangrijker dan snelheid? Antwoord: veiligheid, een onderwerp dat de gehele autoindustrie destijds bezighield. Zo kon het gebeuren dat de BMW Turbo de
geschiedenis is ingegaan als de eerste auto met zachte, zelfherstellende bumpers voor en achter. En de lik oranje verf die daarop was gesmeerd, had heus niet tot doel om Kevertjes
de berm in te jagen, maar om zo veel mogelijk medeweggebruikers op het bestaan van de Turbo te attenderen. Uit het oogpunt van veiligheid dus. Alsof iemand 'm ook maar over het
hoofd had wíllen zien ...