Aantal verkeersdoden onder automobilisten fors gedaald

In 1999 kwamen 587 inzittenden van personenauto's om het leven. Twintig jaar later was dit aantal gedaald tot 237. De afname van het aantal verkeersdoden schrijft het CBS toe aan onder meer de maatregelen tegen het rijden onder invloed, de invoering van het beginnersrijbewijs in 2002 en de strafbaarstelling van het gebruik van een smartphone achter het stuur. De dalingen lijkt inmiddels een halt toegeroepen, want beide aantallen slachtoffers zijn de afgelopen vijf jaar redelijk stabiel.

Bij fietsers betrof het een daling van 227 naar 203 doden. Het grootste aantal dodelijke slachtoffers op de fiets werd in 2000 gemeld: in dat jaar kwamen 233 fietsers om het leven bij verkeersongevallen. Het aantal fietsers van zeventig jaar of ouder die bij een verkeersongeval om het leven zijn gekomen, lag vorig jaar 68 procent hoger dan in 1999. Een meerderheid (59 procent) van de in 2019 omgekomen fietsers was zeventigplusser. Deze toename is echter ook te verklaren; het aantal ouderen in de samenleving is namelijk toegenomen.

Wie inzoomt op het afgelopen jaar ziet dat er absoluut gezien meer mensen omkwamen bij een auto-ongeluk (237) dan bij een fietsongeluk (203). Gemeten naar gereisde kilometers is dit echter omgekeerd. Per miljard reizigerskilometers kwamen veel meer fietsers om dan auto-inzittenden (11 tegen 1,6 verkeersdoden).