Onderzoek naar fraude bij Rover
Het vorige week gepubliceerde rapport over het faillissement van Rover lijkt een beerput te hebben geopend. Naar alle waarschijnlijkheid wordt er een onderzoek opgestart naar de eigenaren van Rover ten tijde van het faillissement. John Towers, Peter Beale, John Edwards en Nick Stephenson, in de Engelse media bekend als de Phoenix Four worden ervan verdacht het bedrijf bewust ten gronde te hebben gericht. De vier kochten Rover in 2000 van BMW voor een symbolisch bedrag van 10 pond, maar namen daarmee ook een schuld van 427 miljoen pond aan de Duitse autofabrikant mee. De vier worden ervan verdacht in de jaren daarna voor 40 miljoen pond aan salaris en andere financiële vergoedingen uit het noodlijdende concern te hebben losgeweekt.
Het is niet voor het eerst dat de vier in opspraak komen. Kort na het faillissement is er ook al een onderzoek naar de vier gedaan, maar toen werd er niets strafbaars ontdekt. De voormalige eigenaren hebben woedend gereageerd en verklaren dat een nieuw onderzoek "belachelijk" zou zijn.
Een aantal hooggeplaatsten in de autoindustrie heeft volgens de London Times verklaard dat zij verwachten dat de Britse overheid de affaire het liefst in de doofpot stopt. De regering heeft ten tijde van de overname door de Phoenix Four hun steun uitgesproken en later geprobeerd het concern van een faillissement te redden door een staatslening van 6 miljoen pond te verstrekken. Als het Serious Fraud Office een onderzoek start wordt het rapport van vorige week voorlopig niet openbaar gemaakt.