Volvo S80

Schone lei

Volvo S80
Volvo S80Volvo S80Volvo S80Volvo S80 faceliftVolvo S80
AutoWeek 12/2009
AutoWeek 12/2009

Je leest het in AutoWeek 12/2009

In een wereld waar alles draait om gunstige milieulabels kwamen de modellen van Volvo er tot op heden nogal bekaaid vanaf. Met de introductie van twee nieuwe, zuinige dieselmotoren in de vernieuwde S80 willen de Zweden weer een potje gaan breken in de strijd om de gunsten van de veelrijder.

Volvo heeft in Nederland een moeizaam jaar achter de rug, met name doordat het Zweedse merk op het gebied van de milieulabels het nakijken had. Waar andere merken zoals BMW tijdig op de proppen kwamen met tal van verbruiksreducerende maatregelen en daarmee het ene 'groene' label na het andere scoorden, moest Volvo lijdzaam toezien hoe een deel van zijn klanten bij de concurrentie ging winkelen. Logisch, want veel bedrijven eisen immers dat werknemers voor een auto met A-, B- of C-label kiezen en daar kon de gedateerd rakende vijfcilinder dieselmotor van de Zweden niet meer aan voldoen. Mede door de bijbehorende bpm-boetes raakte het merk zelfs zijn positie als het 'goedkopere alternatief' voor merken als Audi en Mercedes kwijt. De hoogste tijd voor actie dus, en die komt er nu in de vorm van een compleet nieuwe D5-motor.

Onder de kap van de opgefriste Volvo S80 ligt nog altijd een vijfcilinder diesel met een inhoud van 2.400 cc, maar volgens de Zweedse ingenieurs heeft hij alleen het aantal cilinders met zijn voorganger gemeen. Door alle wijzigingen is de 2.4 D-uitvoering nu goed voor 175 in plaats van 163 pk, terwijl de D5-versie het dankzij de toepassing van twee turbo's voortaan tot 205 pk schopt en evengoed een C-label meekrijgt. De nieuweling komt deze lente ook in de XC60 en V70/XC70 te liggen, terwijl een insider zich liet ontvallen dat ze in het Hoge Noorden zelfs bezig zijn om hem in de C30 te lepelen. Dat zou een lekker bommetje worden!

Ingetogen

Maar goed, de aftrap wordt gemaakt door de nieuwe diesel in de S80, die voor de gelegenheid nog eens behoedzaam onder handen is genomen. Zeg maar gerust héél behoedzaam, want de wijzigingen vallen in de categorie 'twee keer kijken'. Zo kreeg de voorbumper een wat andere indeling met rijkelijk gebruik van chromen stripjes, en ook onder de achterlichten is nu wat chroom te vinden. De letterlijk meest in het oog springende verandering is eigenlijk nog het werkelijk enorme logo in de vernieuwde grille, dat geen misverstanden laat bestaan over de afkomst van deze auto. Dat doen de grote letters 'VOLVO' op de achterklep evenmin. Voor de rest bleef de S80 wat hij was: een tijdloze, ingetogen verschijning. Die bescheidenheid past hem in deze roerige tijden overigens prima, ook de geslaagde zakenman loopt op het moment immers wat minder graag te koop met zijn rijkdom.

Het interieur is nog altijd een toonbeeld van strak, bijna onderkoeld Zweeds design. De indeling van de 'zwevende middenconsole' werd licht onderhanden genomen en de materialen hier en daar naar een hoger plan getild. De ergonomie is uitstekend voor elkaar, het is allemaal erg overzichtelijk. Met één kritiekpuntje: je kunt alleen op het kleine draaiknopje zien dat je de verlichting aan hebt, een indicatie in het instrumentarium zou handig zijn. En als we toch aan het mopperen zijn: het glimmende plastic op het nieuwe stuur oogt goedkoop, en het feit dat de handgrepen van datzelfde materiaal zijn gemaakt is een misser in dit segment.

De Zweed pleziert zijn inzittenden met werkelijk sublieme stoelen die zich naadloos aan lijken te passen op je lichaam, zo'n perfecte ondersteuning geven ze. Bovendien is het ruimteaanbod dik voor elkaar, ook op de achterbank kun je lange benen goed kwijt. Van een auto die veelvuldig als chauffeurslimo wordt ingezet, mag je dat ook wel verwachten. Ondanks de redelijk sterk dalende daklijn zit het met de hoofdruimte eveneens snor, alleen moet je even opletten bij het instappen, want je stoot snel je hoofd.

Amerikaanse markt

Volvo levert de S80 voortaan met drie verschillende onderstellen: standaard wordt hij geleverd met een 'comfortonderstel', een sportonderstel is als extra leverbaar en daarnaast is er ook nog een variant met adaptieve dempers, 4C genaamd. Om maar gelijk met de deur in huis te vallen: laat het comfortonderstel voor wat het is. Dat lijkt qua afstelling namelijk vooral bedoeld te zijn voor de Amerikaanse markt. Bij elke oneffenheid komt de auto uit zijn veren, een gevolg van de matige demping. Hij deint telkens even na, terwijl hij bij het afremmen gauw fors in de veren duikt. Op bochtige trajecten is de koets bovendien constant in beweging, in een mate die bij ons zelfs voor een lichte vorm van misselijkheid zorgde. Ook het sturen gaat licht en gevoelloos, zodat er weinig rijplezier aan deze auto valt te beleven.

Het optionele sportonderstel transformeert de Zweed. Het staat aan de voorzijde 20 millimeter dichter op het asfalt en achter 15 mm, wat samen met de duidelijk straffer afgestelde vering voor een plezierig rijgedrag zorgt. Laat u niet misleiden door de term 'sport', dit onderstel is verre van sportief. Het sportonderstel is eigenlijk zoals het 'comfortonderstel' had moeten zijn: een bochtenridder wordt de S80 er niet mee, maar hij maakt dat mede door de toegepaste niveauregeling goed met een hoogstaand veercomfort. Met dit chassis valt het overhellen in bochten alleszins mee, en de directer en minder overdreven bekrachtigde besturing is eveneens een hele verbetering. De S80 is met deze uitrusting gewoon een uitstekende reisauto, die de inzittenden goeddeels vrijwaart van alle wegellende.

Vijfcilinderroffel

De nieuwe dieselmotor past uitstekend bij de S80. De door ons gereden D5 zorgt altijd voor kracht, hoewel hij daarbij wat gehinderd wordt door de erg traag schakelende zestraps automaat. Vooral met terugschakelen wacht hij storend lang, zodat je in bochten niet altijd het passende verzet paraat hebt. Gelukkig weet het stevige koppel van de vijfcilinder deze makke aardig te compenseren. Een kleine turbo helpt de boel bij lage toerentallen snel op gang, waarna een groter exemplaar het in het middelste toerengebied overneemt voor een plezierige duw in de rug. Het moment van 'overschakelen' is overigens volstrekt niet waar te nemen, zo naadloos gaat het. Maar de twee turbo's zorgen er samen wél voor dat de S80 desgewenst grote stappen zet, onder begeleiding van een plezierige vijfcilinderroffel. In deze tijd van fluisterstille diesels verwacht je zo'n geluid niet direct, maar het is een aangename sound die evengoed van een benzinemotor zou kunnen stammen. Bovendien trekt hij zich bij constante tempi weer keurig terug op de achtergrond, op de snelweg is het vooral het redelijk aanwezige windgeruis dat je hoort. Ondanks het stevige koppel van 420 Nm gaat de S80 niet schaatsen als je vol op het gas gaat, de tractie is prima voor elkaar. In krappe bochten ligt onderstuur algauw op de loer, maar dat merk je alleen bij een rijstijl die de gemiddelde Volvo-rijder er niet op nahoudt. Als relaxte cruiser is deze auto nu eenmaal het meest in zijn element, en op dat vlak zijn er maar weinig auto's die hem overtreffen. Helaas konden we nog niet rijden met de 2.4D, maar aangezien die over exact evenveel koppel beschikt als de D5 en met 175 pk evenmin ondergemotoriseerd is, kon dat wel eens een uitstekend alternatief zijn. Volvo levert de vernieuwde S80 in de DRIVe-uitvoering zelfs met de 109 pk 1.6 dieselmotor van PSA, maar daar verwacht Volvo Nederland qua verkopen niet zoveel van: de tweeliter diesel met 136 pk is voor een dergelijke auto eigenlijk wel het minimum, en die krijgt net als de DRIVe ook een A-label mee. Prijzen van de vernieuwde S80 zijn nog niet bekend, maar de importeur verwacht een meerprijs die afhankelijk van de uitvoering 250 tot 500 euro bedraagt.

Lezersreacties (5) (gesloten)

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.

De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.