Toyota Yaris (2006) - Volkswagen Fox (2006) - Occasion Test

De vos te slim af

Volkswagen Fox Toyota Yaris occasion gebruikt twee
AutoWeek 21 2020
AutoWeek 21 2020

Je leest het in AutoWeek 21 2020

Voor hen die niet al te veel kunnen of willen besteden aan een auto, is er aan de onderkant van de markt genoeg te koop. Kleine auto’s zijn verhoudingsgewijs vrij duur in aanschaf, maar wel de beste keuze als je de vaste en variabele lasten laag wilt houden. De Toyota Yaris is in zijn segment al jaren de betrouwbaarste optie, de Volkswagen Fox de minst voor de hand liggende.

Beginnersauto, tweede auto binnen het huishouden, goedkoop woonwerkkarretje: in die categorie vallen gewoonlijk de oudere, kleine auto’s. Zeker, voor wat ze kosten koop je ook een veel grotere Ford Mondeo of Renault Laguna (om maar wat te noemen), maar dan ben je daarna op alle fronten duurder uit. En wat moet je met al die ruimte wanneer je vrijwel altijd alleen onderweg bent? Een maatje kleiner dan de geteste Fox en Yaris kan natuurlijk ook; dan komen we in het A-segment terecht, waartoe je de VW op basis van zijn prijs feitelijk ook moet rekenen. Het trio Toyota Aygo, Citroën C1 en Peugeot 107 is nog altijd mateloos populair en, zelfs ten opzichte van hun iets grotere broers, best prijzig. Dan zouden we toch de iets hogere lasten voor mrb en brandstof voor lief nemen en voor een model uit het B-segment kiezen.

In zijn tijd was de Fox een beetje een vreemde eend in de bijt, vooral vanwege de prijs. Een goedkope Volkswagen? Ja, want de basisversie met de driecilinder 1,2-liter motor kostte net geen negen mille. Daarmee zat hij zelfs onder het speelveld van het voornoemde trio. Voor hetzelfde geld kocht je ook een Ford Ka, Renault Twingo, Fiat Panda of Opel Agila, die stuk voor stuk een maatje kleiner waren dan de Fox. Neuzend door de prijslijst van 2006 stuiten we ook op Daihatsu, waar je onder meer terechtkon voor de Sirion: een puike kar met een opmerkelijk ruim interieur. Hetzelfde merk voerde toen trouwens de goedkoopste auto, de driedeurs Cuore voor nog geen € 7.500.

HOGE KOETS

Tot de komst van de Up had Volkswagen niet echt een gelukkige hand in het kleinste segment. Dat begon met de Lupo in 1998, die in 2005 werd opgevolgd door de 28 centimeter langere Fox, eveneens een driedeurs hatchback. De Fox kwam uit Brazilië en was in principe ook voor die markt bestemd. Qua design sloot hij niet aan bij de andere VW-modellen en de kwaliteit van zijn interieur al helemaal niet. Met de nodige aanpassingen werd de kleine Volkswagen geschikt gemaakt voor Europa; de Fox leende het platform van de Polo en had ook dezelfde wielbasis. Wat vooral aan het model opvalt, is de hoogte. Dat resulteert in een ruim interieur. Want op de achterbank (tweezits) heb je meer hoofden beenruimte dan in een Golf. De stoelen zijn bekleed met een vrolijk stofje, verder overheerst zwart en hard kunststof. Aan de andere kant: hij kostte nieuw net zo veel als een Aygo, die vanbinnen een stuk simpeler aandoet. De stoelen zitten goed, die van de bestuurder heeft hoogteverstelling en het stuur is zelfs in hoogte en diepte te verstellen. Het instrumentarium is compact en overzichtelijk. Vrijwel alle bedienfuncties zijn in de schakelaars aan de stuurkolom opgenomen, zoals die voor de koplamphoogte en de achterruitverwarming.

Wij rijden de versie met de 1,4-liter benzinemotor; de basisversie van de Fox had een 1,2-liter driecilinder benzinemotor en er was zelfs een driepits 1.4 TDI. Het maximale koppel is bij een redelijk laag toerental beschikbaar, zodat 50 km/h rijden in de vijfde versnelling geen enkel probleem is. De eindoverbrenging had wel wat langer gemogen, want op de snelweg brult de motor er luid op los. Door de hoge koets en de lange, soepele veren helt de Fox iets te veel over in bochten en hij is bovendien zijwindgevoelig. Voor het gebruik in en om de stad is het echter een prima kar, vanwege de hoge zit, de smalle koets en het goede zicht. Sturen, schakelen, koppelen en remmen gaat allemaal licht en vanzelfsprekend. Het is een auto die totaal geen gewenning vraagt. De achterbank is opgedeeld in twee zitplaatsen, met in het midden twee bekerhouders en een opbergvakje.

De Fox is ook geleverd met een verschuifbare achterbank waarmee je de bagageruimte kunt vergroten. Helaas is de rugleuning niet in twee delen neerklapbaar. Ondanks het ontbreken van een easy-entryfunctie op de voorstoelen, kun je de achterbank toch redelijk gemakkelijk bereiken. De rugleuning gaat namelijk heel ver naar voren en dankzij de iets hogere koets is er een flinke opening om doorheen te stappen. Elke vorm van luxe ontbreekt in de Fox. Zelfs naar centrale vergrendeling en elektrische bedienbare ramen grijp je mis.

VEEL AIRBAGS

‘Yaris populairst onder senioren’, kopte AutoWeek in 2006, refererend aan een onderzoek van RDC (RAI Data Centrum). En inderdaad, als je zo eens om je heen kijkt, zie je vaak ouderen in een Yaris, alle pogingen van het merk om een jonger publiek aan te spreken ten spijt. Misschien gaat dat de nieuwste Yaris, die binnenkort in de showroom staat, wél lukken. Wij rijden met de tweede generatie, die eind 2005 aan de pers werd voorgesteld. In 2009 kreeg dit model een facelift, te herkennen aan de ‘traan’ onderaan de koplamp. Hij is een slagje groter dan zijn voorganger. De basismotor is een 1,0-liter driecilinder, daarna komen de 1.3 benzinemotor en de 1.4 D-4D (diesel), beide viercilinders. De topversie was de sportieve 1.8 TS. Afgaande op zijn uiterlijk zouden wij de Yaris niet meteen bestempelen als een suffe kar. Het front bestaat grotendeels uit kunststof en de lijnen van de voorbumper lopen door in de motorkap. De koplampen (vaak vergeeld door ouderdom) lopen ver in de voorschermen door. Het interieur staat duidelijk op een hoger plan dan dat van de Fox. Zowel qua materialen als op het vlak van design.

Grappig detail is de crèmekleurige armsteun in de portieren, die doorloopt tot aan de A-stijl. Het midden van het dashboard wordt gedomineerd door het centraal geplaatste, digitale instrumentarium en de brede, aluminiumkleurige strip met daarin de drie knoppen voor de klimaatregeling boven elkaar. Het knopje van de spiegelverstelling had ook in het portier gemoeten en niet, zoals nu het geval is, ergens links achter het stuur weggestopt. De stoel biedt iets minder steun dan die van de VW, maar hij zit zeker niet slecht. Naast de gebruikelijke vooren zijairbags heeft de Yaris ook gordijnairbags en zelfs een knieairbag. In die klasse destijds vrij uniek.

Zijn 1,3-liter viercilinder doet moderner aan dan de 1.4 van de Fox. Hij pakt vanaf elk toerental mooier op en schuwt ook hoge toerentallen niet. En die maakt hij zeker! Net als in de VW draait de motor bij 100 km/h al bijna drieduizend toeren. In de reviews van AutoWeek-lezers kom je daarom vaak de opmerking tegen dat snelwegritten geen pretje zijn. Het onderstel doet volwassen aan. Ja, de Toyota is stevig geveerd, maar daardoor gaat hij wat beter een bocht door dan de Fox. De besturing voelt eveneens verfijnder aan. Helaas kunnen we dat van het schakelen niet zeggen, want dat gaat juist stug. Het inschakelen van de achteruit soms zelfs moeilijk. Dat verwacht je eerlijk gezegd niet van een Japanse auto. De achterbank is in twee delen te verschuiven en via de rechtervoorstoel, die over easy-entry beschikt, kom je als lenig persoon vrij vlot binnen. De ruimte achterin is redelijk, ook steken je knieën uit tot naast de voorstoel. De vloer is helemaal vlak, dat is prettig.

VEEL IS STANDAARD IN DE YARIS

Dat de Fox destijds (en nu ook) zo goedkoop was, komt onder meer tot uiting in de standaarduitrusting. Of eigenlijk het ontbreken daarvan. Je zou hem gerust de VW Kever van de eenentwintigste eeuw kunnen noemen. Al het noodzakelijke is aan boord, maar meer niet. De Fox 1.2 heeft niet eens stuurbekrachtiging; onze testauto gelukkig wel. En waar de andere VW’s als Trendline, Comfortline en Highline in de prijslijst stonden, kon de koper van een Fox alleen maar uit losse optiepakketten kiezen. Automatische transmissie stond niet in dat lijstje. Toyota had de zaakjes beter voor elkaar.

De Yaris is geleverd in de uitvoeringen Terra, Sol en Luna. Vanaf het basismodel zijn zaken als centrale vergrendeling, een startknop, elektrisch bedienbare ramen, stuurbekrachtiging, een in delen neerklapbare achterbank en een radio aanwezig. De Sol doet daar airconditioning bij, evenals meer airbags, een in hoogte verstelbare stoel plus een met leer bekleed stuurwiel met audiobediening. De Luna heeft automatische klimaatregeling en lichtmetalen wielen. Een automaat is er ook, maar dat is geen aanrader: de MMT is een weinig verfijnde, gerobotiseerde handbak. Waarom Toyota daarvoor heeft gekozen, is nooit duidelijk geworden. Wellicht uit kostenoverwegingen? Een conventionele automaat met koppelomvormer is echt vele malen fijner. Overigens pakt de kleine driecilinder ook verrassend goed uit in de Yaris, net als in de Fox. Het hoeft dus niet per se een viercilinder te zijn.

Verder lezen?

Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.

Inloggen of Registreren

Oordeel

Dat Toyota veel ervaring heeft in het bouwen van compacte auto’s, komt in de Yaris goed tot uiting. Je voelt aan alles dat het een doortimmerd concept is en over de betrouwbaarheid hoeven we niemand meer iets te vertellen. Die duizend euro meerprijs ten opzichte van de Fox maakt hij meer dan waar.

Lezersreacties (9) (gesloten)

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.

De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.