Noord-Duitsland zet in op waterstofauto's
Nog veel meer tankstations nodig
De vijf noordelijke Duitse deelstaten hebben hun strategie voor een groene waterstofeconomie onthuld. Voor het maken van waterstof wil de samenwerking elektriciteit opwekken met grote windmolenparken aan en voor de kust. Om dat waterstof te verspreiden telt Noord-Duitsland in de toekomst veel meer waterstoftankstations.
De ministers van Handel en Transport van de vijf noordelijke Duitse deelstaten, te weten Bremen, Hamburg, Nedersaksen, Sleeswijk-Holstein en Mecklenburg-Voorpommeren, presenteren hun nieuwe groene waterstofstrategie, zo blijkt uit een persverklaring. De windmolenparken langs de Duitse kust moeten in 2025 genoeg energie leveren voor het mobiliseren van 151.000 waterstofauto’s. Voor de distributie moet het aantal waterstoftankstations flink groeien. Om de groene energie van windmolens te gebruiken voor de productie van waterstof, moest eerst de elektrolysecapaciteit worden uitgebreid. Elektrolyse is het proces waarbij water wordt omgezet in waterstof met behulp van elektriciteit.
De samenwerkende deelstaten willen de grotere productiecapaciteit van groene waterstof vooral gebruiken voor de mobiliteits- en industriesector. Echter, om de waterstof in auto’s, vrachtwagens of bussen te krijgen, zijn tankstations nodig. Om 151.000 auto’s in Noord-Duitsland van waterstof te voorzien, zijn in 2025 in de vijf deelstaten 250 waterstoftankstations nodig. Dat zou betekenen dat het aantal tankstations snel moet groeien. Vorige week berichtten we namelijk nog dat heel Duitsland over twee jaar 130 waterstofstations zou moeten tellen.
In 2030 wil het noordelijke deel van Duitsland nóg tien keer zo veel auto’s van waterstof kunnen voorzien. Of de benodigde elektriciteit daarvoor ook voor 100 procent uit windenergie moet komen, wordt tijdens de vergadering niet duidelijk. Volgens Bernd Althusmann, minister van Economische Zaken en Verkeer in Nedersaksen, is groene waterstof de energiedrager van de toekomst. “De waterstofeconomie die we opzetten moet sterk genoeg zijn om aan alle vraag te voldoen. Om dat te realiseren, hebben we wel steun nodig van de nationale overheid. Zo zorgen we ervoor dat de Duitse industrie wereldwijd concurrerend kan blijven terwijl we ook de klimaatdoelen halen”, aldus Althusmann.