Met 13 ruiten was de Citroën XM ruitenkoning
Geen hartenaas maar ruitenkoning
- Maurice Fransen
- Achtergrond
Bepaalde auto’s associeer je direct met één specifiek detail. Zo was er de dertiende ruit van de Citroën XM.
Hét autonieuws van 1989 is een stuk glas. Een vierkante meter ongeveer; het formaat van de separatieruit in de splinternieuwe Citroën XM. De ruit zit met een scharnier vast aan de bovenrand van de kofferbak en rust op de hoedenplank. Als de vijfde deur open gaat, beschermt hij het interieur tegen de kou. Als dat even minder belangrijk is, hang je de ruit met een simpel touwtje aan de achterklep en scharniert hij met de hoedenplank mee omhoog.
Oud jeugdtrauma
De ruit lost op briljant eenvoudige wijze de nadelen van een hatchback op: als de klep openstaat, blijft het binnen lekker warm. Daarmee verwerkt Citroën en passant een oud jeugdtrauma. Pierre Bercot, Citroën-directeur van 1958 tot 1970, had een pesthekel aan hatchbacks. Een Citroën moest stijlvol zijn en geen overmaatse pedaalemmer. Bercot zorgde er hoogstpersoonlijk voor dat de GS en de CX geen vijfde deur kregen, ondanks hun geschikte carrosserievorm.
De separatieruit van de XM zit standaard op de duurste versie, de Ambiance, en staat bekend als ‘dertiende ruit’. De ramen van de XM lopen als een glazen band rond de koets, waardoor het dak lijkt te zweven. Door al dat gebogen glas is er een extra raamstijl nodig, anders kunnen de zijruiten niet open. Dat brengt het aantal ruiten op twaalf, en met die dertiende separatieruit erbij verbreekt de XM moeiteloos elk record ruiten zetten.
Bijna Duits
Grappiger dan dat wordt de XM niet. Teleurgestelde fans zoeken vergeefs naar een Star Trek-dashboard of andere rare fratsen. Ondertussen roemen testrijders de computergestuurde vering en het ‘bijna-Duitse’ afwerkingsniveau. De XM wint met twee vingers in zijn puntige neus de Auto van het Jaar-verkiezing en trekt daardoor flink wat nieuwe klanten aan. Er worden zelfs Mercedessen op ingeruild! De champagne vloeit rijkelijk.
Helaas is het sprookje snel voorbij. Tijdens de ontwikkeling bespaart Citroën op de kwetsbare elektronica en al snel toont de XM zijn ware, grillige aard. Citroën grijpt in, maar het kwaad is al geschied. De nieuwbakken Citroën-rijders, niet gewend aan zoveel drama, rennen in paniek terug naar hun vertrouwde merken. De verkopen storten volkomen in, van 100.000 in het eerste succesjaar naar krap 20.000 drie jaar later. De XM heeft de beste kaarten, maar door verkeerde zuinigheid gooit Citroën zijn eigen ruiten in. De Citroën XM is geen hartenaas. Hooguit een ruitenkoning.
Dit artikel is eerder verschenen in AutoWeek Classics nummer 2 uit 2019.