Weblog - Regenereren is een hel voor passagiers
Sinds jaar en dag ben ik ‘gezegend’ met een eigenschap die haaks staat op mijn vak als autojournalist. Ik ben behoorlijk bevattelijk voor wagenziekte. Zolang ik zelf rijd heb ik er geen last van, waardoor ik heb kunnen overleven in dit metier. Er zijn evengoed een fors aantal keren waarbij ik meerdere uren naast enthousiaste concullega’s zat in auto’s met veel pk en dacht: ik ga ander werk zoeken.
Niets is zo slecht voor je humeur als misselijkheid. Nu is puur snel rijden niet meteen iets om misselijk van te worden. De voorspelbaarheid van een chauffeur is alles. En iemand die extreem goed kan rijden, is voorspelbaar in zijn rem- en stuuracties. Zo hield ik zowaar het een uur vol naast een zeer snel rijdend collega in een Ferrari F8 in een bloedheet Toscane (toen was de koek evengoed wel op …), terwijl ik al na 2 kilometer bebouwde kom in een Volvo S60 al misselijk was naast iemand die voor ieder stoplicht pompend remde. Ik heb in genoeg shuttles gezeten waarbij ik op het punt stond de chauffeur te vragen met mij van plek te wisselen omdat hij de koppeling als een soort kermisattractie zag. Ook wist ik na twee bochten vanaf het vliegveld van Detroit al dat de bestuurder van mijn transport extreem veel beter reed dan de gemiddelde Amerikaanse chauffeur. Hij sneed bochten goed aan en reed vlot maar soepel. Dat doen Amerikaanse chauffeurs in de regel totaal niet. “I am racing driver”, was zijn uitleg. En alles viel op zijn plek.
Die voorspelbaarheid brengt ons bij een probleem waar ik de laatste jaren tegenaan loop, maar waar ik nog maar weinig over lees. Het effect van nieuwe technieken op je maag. Dat er bij remmen energie wordt opgewerkt gaat al terug naar de eerste Toyota Prius. Maar de mate waarin de nieuwe generatie EV’s stroom kan opwekken zodra je van je gas gaat is van een ander niveau. Een model als de Audi E-tron doet het tot maximaal 220 kW of 300 pk aan kracht. Het remmen puur op de elektromotor. Technisch gezien een krappe prestatie. Hierdoor kun je op elk moment dat je van je gas gaat een deel van de voorwaartse energie terugwinnen. In steeds meer modellen is het goed mogelijk met één pedaal te rijden. Bij volledig liften wordt er maximaal geregenereerd, zodat het rempedaal eigenlijk alleen bij een noodstop nodig is. Handig.
Maar dit alles heeft een nadeel. Het is verschrikkelijk oncomfortabel voor passagiers, omdat de voorspelbaarheid van het rijden minder wordt. In de praktijk rem je veel vaker en meer onverwacht. Ja, je kunt met goed doseren flink remmen voorkomen, maar het is evengoed onvergelijkbaar met een auto die altijd uitrolt. Zeker op lange stukken snelweg maakt dat het er niet comfortabeler op. Uiteraard kun je het regenereren uitzetten, maar dan moet het wel gemakkelijk toegankelijk zijn en niet ergens diep in het multimediasysteem verstopt zitten. Zoals in Volvo’s. “Maar waarom gebruik je dan niet gewoon de autopilot voor die stukken snelweg”, vroeg een Volvo-technicus. Goed punt, want de autopilot op bijvoorbeeld een nieuwe C40 is erg goed. Alleen, waar een autopilot prettig is op een drukke snelweg of in de file, werkt het minder goed op een half lege snelweg. Zo moet je veel eerder naar links voor een vrachtwagen of langere auto, anders zal de auto remmen terwijl jij weet dat dat niet nodig is. Als je net te laat bent, krijg je een onverwacht remactie die, daar zijn we weer, erg onprettig is voor passagiers. Daarmee is de cirkel weer rond.
Let wel, ik ben geen tegenstander van de opkomst van EV’s (die heel goed kunnen zijn) of autonome technieken (zalig in de file) alleen merk ik op dat dit punt nog nauwelijks aandacht heeft gekregen. Hoewel Audi al aan een bijzondere oplossing werkt. Zodanig rijden dat je passagiers niet ziek worden is een kunst op zich, hoe soepeler hoe beter. Dat gaat beter met zeilen dan met hard regenereren.

Roy Kleijwegt
Autojournalist
Roy Kleijwegt (1981) heeft Journalistiek gestudeerd en liep in 2004 bij AutoWeek stage. Hij werkte daarna een aantal jaar bij het vakblad Automotive maar keerde hij in 2008 terug bij AutoWeek als testredacteur en politiek expert. Hij houdt van supercars en lichte sportwagens, van moderne auto's met coole gadgets en de mensen achter bijzondere automerken. Waar velen de opkomst van EV’s zien als een ramp, vindt Roy de transitie bijzonder interessant. Evengoed zijn zijn favoriete auto’s hoogtoerig en atmosferisch: hij moest een traan laten tijden het testen van een Ferrari 812 Superfast. Roy heeft weinig met klassiekers, hoewel de liefde voor youngtimers groeit nu hij ouder wordt. Hij reed in zijn vrije tijd op z'n Kosmic Rotax kart maar die is door tijdgebrek verkocht. In zijn vrije tijd geniet hij van sporten, poker en zijn gezin. Roy heeft veel interesse in BPM-wetgeving en andere politieke zaken en probeert op dat vlak de mopperende Nederlander uit te leggen hoe dingen werken. Voor zijn eigen deur staat een Tesla Model 3.