Weblog Bas – Misschien heeft Europa wel geen zin in de Chinees
Presentatie van het nieuwe Chery-merk Omoda in Amsterdam. De vechtlust klotst tegen de plinten. De managers raken niet uitgepraat over hun E5, een SUV in EX30- en Kona-vaarwater. De beuk erin, dat is hun boodschap. Ze hebben een auto voor jonge, modieuze types, denken ze. De samenwerking met een grote speler op de dealermarkt is bijna rond, beloven ze. En natuurlijk zit er meer nieuws in het vat, wacht maar.
Daarna mogen we aan de Omoda ruiken. Na een minirondje op een parkeerterrein, letterlijk enkele honderden meters tussen de pylonen door, wil een Chery-manager weten hoe ik de E5 beoordeel op een schaal van 0 tot 10. Beleefd leg ik uit waarom die vraag voorbarig is. Daarna wordt me verzocht ter plekke een formulier in te vullen met aanvullende oordelen over een auto die ik nauwelijks heb gezien. Wat ik de gaafste features vind, wie ik als voornaamste concurrenten zie. Rustig, jongens, rustig.
Een week later zie ik in Groningen de bus van een funderingsspecialist zichzelf verklaren 'Specialist in paalsystemen voor beperkte ruimtes'. Wat een heerlijk nuchtere taal. Daar lost iemand met een doel tenminste een echt probleem op. Chinese autofabrikanten nemen marketingexamens af en papegaaien onze grote woorden na. Wij Das beste oder nichts? Zij Blue Sky Coming en Build Your Dreams.
Het laat zien hoe ze in de race staan. Ze innoveren daar heus, en op enorme schaal; de marktverovering van de Chinese accu-industrie is ondanks de massieve staatssubsidies indrukwekkend, maar naar de massa’s toe zijn ze tot op het bot productgericht. De business is het alfa en omega. Het draait om de verkoop. Nederland is voor Omoda een soort vragenlijst. Hamvraag: hoe pakken we doelgroepen in? Antwoord: door aan al hun wensen te voldoen. Wil de koper veel voor weinig? Gaan we regelen. Design? Voor elk wat wils het gulden midden. Ticking all the boxes, zoals dat heet. Elektrisch verstelbare stoelen, digitaal dashboard à la Kia, stoelmassage en sfeerverlichting, spraakbediening en premium-audio, multimediascherm à la Tesla, koets à la Model 3 of Kona, Pokémon-koplampen, wegdruipende achterlichten en meerkleurige wielen à la iedereen, prijs bewust iets onder het gemiddelde.
Dat zal het Westen leren. Alleen levert de grote melting pot zelden karakteristieke auto’s op. Vreemd: terwijl Chinese merken op grote schaal Europese topdesigners wegkopen, blijven hun modellen klinisch anoniem. Ze zijn niet ontstaan vanuit een innerlijke drive, ze dienen een opportunistische u-vraagt-wij-draaien-mentaliteit. Ook als ze Tesla kwalitatief voorbijstreven en Europese fabrikanten technologisch evenaren, ook als ze minder kosten, missen ze behalve pedigree esthetische en technologische noodzaak. Zoveel goedkoper dan de gevestigde klasse zijn ze trouwens niet.
Dat lijkt de klant ook te voelen. Die hapt niet zo hard als de Chinezen hoopten. De zorgwekkende verhalen over contingenten onverkochte auto’s in Europese havens zwellen aan, terwijl Chinese merken in hun thuisland als warme broden van de hand gaan. Ik denk dat ik begrijp waarom Chinese waar daar boomt, terwijl de afzet hier moeizaam op gang komt, tijdelijke uitzonderingen als de MG ZS en de MG 4 daargelaten. De gevreesde Chinese opmars lijkt te worden gestuit door een cultuurverschil dat de Chinezen niet of onvoldoende aanvoelen. Ze verschaffen ons geen keiharde motieven om hun producten aan te schaffen.
Uiteindelijk willen Europese consumenten naar ik vermoed geen Model 3-derivaat voor iets minder, hoe goed de BYD Seal verder ook is – want qua value for money is er weinig beters op de markt. Ze willen de real deal, zoals ze ook geen laptop van een B-merk kopen als ze zich een MacBook kunnen veroorloven. Ze toetsen los van de prijs, die alleen werkt als hij echt een gat slaat met de concurrentie, op productkwaliteit en onderscheidend gehalte. Op het eerste criterium scoren de Chinezen redelijk tot zeer goed, op het tweede nul tot laag. En vooralsnog streven ze de technologische voorhoede niet voorbij. Wat ze ook aan batterijgenot te bieden hebben, ze laden niet sneller en komen niet honderden kilometers verder dan de Tesla’s met hun schitterende Supercharger-netwerk.
Vind wat je wilt, maar Tesla was meteen een klasse op zichzelf, tech-driven en waanzinnig innovatief met een stroom aan ideeën uit eigen keuken. Het gebrek aan geschiedenis compenseerde Musk met het DNA van een utopisch masterplan dat hij stap voor stap waarmaakte. Zowel binnen als buiten hadden Tesla’s sinds dag één een eigen stijl.
Het grote probleem van Chinese autofabrikanten is het gebrek aan authenticiteit. Met alle respect voor hun ongelooflijke dadendrang en kwalitatieve groeicurve begeer ik bij alle respect voor BYD en Nio niet één Chinees. Ik mag mijn culturele vooringenomenheid niet verbloemen en erken volmondig dat sommige Europese en Aziatische fabrikanten elkaar net zo hard naäpen als de Chinezen hen. Maar voor de Chinezen wordt het zorgelijk wanneer de doorsnee consument er net zo over denkt als ik, en daar ziet het naar uit. Dan helpt alleen een door hun en onze overheden meegefinancierde stuntprijs of een solid state-accu met een bereik van duizend kilometer. We zullen zien.
Oké, de elektrische Mercedessen en de prachtige BMW iX lopen hier ook niet lekker, terwijl dat technisch en esthetisch interessante auto’s zijn. De stagnatie van de Europese stekkermarkt is ook ons probleem, dat puntje kunnen de Chinezen pakken. Maar dat ze de Europese automarkt op hun kop zullen zetten, zoals tot voor kort ook ik een beetje dacht, betwijfel ik steeds sterker. Misschien zit de cultuurkloof tussen China en Europa vooralsnog te diep.

Bas van Putten
Columnist/Schrijver
Bas van Putten is schrijver en columnist voor diverse kranten en tijdschriften. Zijn wortels liggen in de muziek, maar zijn hart gaat al jaren uit naar auto's.