Statussymbool Range Rover ontmoet zijn nog op functionaliteit gerichte stamvader

Het verhaal over de ontstaansgeschiedenis van de SUV kent verschillende versies, afhankelijk van wie je spreekt of vanuit welk perspectief je het bekijkt. Jeep mag dan terecht beweren dat het met de Wagoneer begin jaren 60 veel eerder dan Land Rover op de (Amerikaanse) markt kwam met een luxe terreinauto, maar Chevrolet stelt dat het met de Master eind jaren 30 al de carrosserie van een stationwagen op het frame van een pick-up truck liet monteren. Kijken we echter alleen naar de Europese markt, dan was Land Rover met de Range Rover in de jaren 70 niet alleen de eerste, maar ook de enige in het segment van terreinwagens die dagelijks en breed inzetbaar waren. We kunnen zodoende zonder twijfel stellen dat Land Rover met de Range Rover een belangrijke rol in deze historie heeft gespeeld en dat tot op de dag van vandaag nog doet.

Eerste Land Rover was een soort tractor

Kort na de Tweede Wereldoorlog, in 1949 om precies te zijn, speelde de Rover Company met de door Maurice Wilks ontworpen Land Rover in op de dringende behoefte aan sterke en betrouwbare voertuigen voor boeren en ondernemers. Eind jaren 60 ging het echter steeds beter met zowel het Verenigd Koninkrijk als de rest van de wereld, dus ontstond er behoefte aan minder rudimentaire gebruiksvoertuigen. Ook het succes in de Verenigde Staten van vrijetijdsvoertuigen voor avonturiers, zoals de International Scout, de Jeep Wagoneer en de Ford Bronco, drong natuurlijk door tot de directie van Rover. Mensen in Engeland en Europa wilden hun Land Rover niet meer alleen als een soort tractor gebruiken, dus een bredere inzetbaarheid was het doel.

Sober interieur in eerste Range Rover

Comfort en luxe stonden nog lang niet op de prioriteitenlijst, dus kreeg de eerste Range Rover in 1970 een sober interieur met vinylbekleding en rubber vloermatten, zodat alles gemakkelijk met een tuinslang te reinigen was. Ook qua techniek speelde eenvoud een belangrijke rol, met een 3,5-liter V8 die van het Amerikaanse Buick afkomstig was, gekoppeld aan een handgeschakelde vierbak met tussenbak en een onderstel met starre assen en schroefveren. Tot 1981 leverde Land Rover alleen de variant met twee portieren, maar externe partijen zoals het Zwitserse Monteverdi leverden al varianten met vier portieren. Dat voorbeeld heeft Land Rover gevolgd, deels gevoed door de toenemende behoefte aan meer comfort en luxe in het segment voor grote 4x4-modellen.

P38A kwam in 1994

De eerste Range Rover wist het tot maar liefst 1996 vol te houden en bleek ook op de Amerikaanse markt een welkom alternatief voor de inheemse modellen, waarvan op het laatst eigenlijk alleen de Jeep Wagoneer nog enigszins succesvol was. Al in 1994, toen de eerste generatie nog als Classic in productie was, lanceerde Land Rover de tweede generatie Range Rover, die intern te boek stond als P38A. Qua design was dit model overduidelijk een vervolg op de succesvolle eerste generatie en ook weer waren achtcilinders en een zescilinderdiesel de enige varianten waaruit kon worden gekozen. Van dit model verscheen geen tweedeurs variant meer, want het vizier was overduidelijk op het luxesegment gericht. Uitvoeringen als de Holland & Holland, 50th Anniversary, Linley, Bordeaux en Westminster waren gelimiteerde versies die door extra accessoires, bijzondere kleurstellingen en exclusieve bekledingsmaterialen nog meer tot de verbeelding spraken. Deze tweede generatie bleef tot 2001 in productie, maar de ontwikkeling van de derde generatie was een bijzondere aangelegenheid. Door de overname van Rover door BMW waren de Duitsers vol goede moed begonnen aan de ontwikkeling van een Range Rover die nog hoger in de markt moest worden gezet. De relatie tussen BMW en Rover werd na de moeizame overname echter alleen maar slechter, waardoor Rover uiteindelijk in Chinese handen terecht kwam en Land Rover door Ford werd overgenomen, waar het in 1999 onderdeel werd van de Premier Automotive Group (PAG) onder leiding van Wolfgang Reitzle. Dit was twee jaar voordat de derde generatie Range Rover gereed was voor productie, waardoor er een clausule in het overnamecontract werd opgenomen waarbij BMW betrokken bleef bij de ontwikkeling van de Range Rover. Het model kreeg de interne code L322, kwam in 2001 op de markt en werd alom geprezen door de sterk verbeterde rijeigenschappen dankzij de zelfdragende carrosserie en de onafhankelijke wielophanging, beide primeurs voor Range Rover. De 4.4-V8-benzinemotor en zescilinderdiesel uit München bleven maar tot 2005 in het aanbod, want toen al voerde Ford ingrijpende verbeteringen door en verving het de Duitse krachtbronnen door Jaguar-motoren, want ook dat merk was onderdeel van de PAG. Range Rover werd zodoende steeds meer een luxemerk, waarbij de offroadcapaciteiten van secundair belang waren. In deze tijd werden ook de eerste stappen gezet om van Range Rover een apart merk te maken, met familie-uitbreiding in de vorm van de Range Stormer-concept, een tweedeurs studiemodel uit 2004 dat een voorbode van de latere Range Rover Sport was.

Vergelijkbaar met Bentley Bentayga

Het contrast tussen de eerste generatie en de huidige Range Rover wordt versterkt door het feit dat ons testexemplaar een zogenaamde Autobiography Long Wheelbase is, waardoor de wielbasis nog eens twintig centimeter langer is en het luxeniveau vergelijkbaar is met dat van een Bentley Bentayga. Die extra lengte komt geheel te goede aan de beenruimte achterin, waar de achterbank door een elektrisch bedienbare middenarmsteun in twee individueel verstelbare zetels kan worden verdeeld. De afwerking van het interieur is van hoge kwaliteit en de strakke vormgeving draagt bij aan de weldadige sfeer. Werkelijk alles is bekleed met geurig leer, inclusief raamstijlen en hemel. De twee beeldschermen in het dashboard zijn duidelijk en overzichtelijk qua bediening, waardoor je nooit lang hoeft te zoeken naar secundaire functies, iets wat bij sommige andere auto’s in dit segment nog wel eens een probleem is. Zeker in het geval van nieuwe gadgets en gimmicks is meer namelijk niet altijd beter, zo blijkt ook in deze rijk uitgeruste 4x4-kolos.

Plastic dashboard

Bij de eerste Range Rover was er nog absoluut geen sprake van luxe, want die was ronduit karig uitgevoerd. Het plastic dashboard is zo ontworpen dat het middendeel voor zowel links- als rechtsgestuurde modellen kan worden gebruikt. De stoelen zijn bekleed met vinyl, terwijl tapijten eigenlijk het enige zijn wat enigszins als luxe kan worden omschreven. Hoewel de zit achter het grote, dunne stuurwiel prima is, schommelt de Classic natuurlijk als een oude kinderwagen, want luchtvering werd pas veel later ingevoerd. Het grote verschil in filosofie is dat de huidige Range Rover volledig is gericht op luxe en status, terwijl de eerste generatie alleen minder spartaans moest zijn dan een Land Rover. In dat opzicht zijn beide auto’s zeer geslaagd en bieden ze exact wat de kopers verwachten.

Functionaliteit

Hoewel design een kwestie van persoonlijke smaak is, zou je wel kunnen stellen dat ontwerpdirecteur Gerry McGovern een sjabloon over alle modellen van Range Rover en zelfs Land Rover legt. Daarbij zorgen de geknepen koplampen en hoge dunne achterlichten voor een enorm massieve uitstraling , waarbij je ook aan de zijkanten erg veel ‘blik’ ziet. Dit oogt minder subtiel en vriendelijk dan bij voorgaande generaties, waarbij de glaspartij juist veel prominenter was, waardoor het overzicht in het verkeer maar zeker ook het terrein beter was. Een Range Rover was voorheen een vrij teruggetrokken model voor mensen die niet graag op de voorgrond treden, maar wel een duidelijke voorkeur hebben voor klasse en kwaliteit. Sinds de L405 die in 2012 op de markt kwam, lijken Range Rovers veel expressiever qua design, met een bewuste nadruk op de premiumstatus van het merk. Functionaliteit is daarmee naar de achtergrond gedreven, wat bijvoorbeeld te zien is aan de koelsleuven, die bij de L322 nog in de voorschermen zaten, maar die bij de opvolger naar de deuren waren verhuisd. Die sterke design-gedreven filosofie is ook te zien bij de gangbaardere modellen, zoals de Range Rovers Sport, Velar en Evoque, maar daardoor maakt de gehele modellijn wel weer een homogene indruk, of je daar nu van houdt of niet. In dat opzicht is de Range Rover ook een uitzondering binnen het SUV-segment, want geen enkel ander model wist uiteindelijk tot een compleet merk uit te groeien met verschillende modellen. Daarmee is de klassieke Range Rover het startpunt van een enorme expansiedrift en dus in meerdere opzichten een belangrijke trendsetter.

We waarderen het als je wilt bijdragen door het bijhouden van de AutoWeek Verbruiksmonitor of door een gebruikersreview te schrijven waarin je jouw ervaringen met de auto deelt. Daarmee help je potentiële kopers echt vooruit!