Test: Seat Ibiza

Seat was er goed op tijd bij met zijn hoge auto’s om te profiteren van de SUV- en cross-overhausse. De Arona, Ateca en Tarraco doen het allemaal goed en maken slim gebruik van de bestaande technieken van de Volkswagen Group. Ondertussen ligt de basis van het merk echter nog altijd bij zijn lage auto’s. Zo is de Ibiza de beste verkochte Seat ooit. De huidige, vijfde generatie wist bovendien het imago wat op te krikken na de toch wat magere vierde generatie, die verder af stond van zijn concernbroers Skoda Fabia en Volkswagen Polo dan het huidige model.

Deze Ibiza voelde vanaf zijn lancering in 2017 meteen een stuk volwassener en minder goedkoop aan dan zijn hoekige voorganger, terwijl hij wel opvallend ruim is en de dynamische kwaliteiten heeft die je van een Seat verwacht. De cockpit heeft wel wat wijzigingen ondergaan. Inmiddels is het model vier jaar op de markt en daarmee werd het tijd voor een facelift. Het update-lijstje werd daarbij braaf afgevinkt. Zo heeft elke Ibiza voortaan rondom ledverlichting voor de dagrijlichten, al zijn full-ledkoplampen nog wel een optie. De aanpassingen in het uiterlijk zijn verder vrij summier. Er zitten nieuwe lichtmetalen wielen op de compacte hatchback en de modelnaam Ibiza prijkt voortaan centraal op de achterklep. Seat hanteert daarbij een lettertype dat we al achter op de Tarraco, de Leon en de vernieuwde Arona zien. De nieuwe neus springt nog het meest in het oog en trekt de auto uiterlijk richting de nieuwe Leon. En ook al is het schijn, hij oogt door de nieuwe looks een stuk groter.

Aan de binnenkant zijn de wijzigingen evengoed nog groter. De gebruikte materialen gingen erop vooruit en het nieuwe multimediasysteem werd verder omhoog geplaatst en zweeft nu op de middenconsole. Ook de software van het systeem is vernieuwd. Voortaan zijn smartphones via Android Auto en Apple CarPlay ook draadloos aan het systeem te koppelen. Wie ‘Hola hola’ zegt, kan daarna het systeem stemcommando’s geven. Een iets te geforceerd Spaans grapje, wat ons betreft. Iets als ‘Hey Seat’ was beter geweest. Serieuzer is het feit dat de lijst met verkrijgbare ADAS-systemen is uitgebreid. Zo kent de Ibiza nu als opties rijbaanassistentie, automatisch grootlicht, dodehoekdetectie en meer.

KRACHTBRONNEN

Het internationale motorenaanbod is wel ruimer dan in Nederland. Gezien de verkoopverwachtingen levert de importeur hier geen aardgasversie en ook de 1.5 TSI met 150 pk vind je bij ons niet in de verkooplijsten. De importeur beperkt zich tot de 1.0 TSI (of ecoTSI, zoals hij nu heet) met 95 of 110 pk. De instapper heeft een handbak, maar de 110-pk variant krijgt bij ons altijd een DSG-automaat. Wij probeerden die laatste en wat ons betreft is het vermogen afdoende voor de auto. Zeker het hoge koppel van 200 Nm maakt dat je niet hoeft door te halen en tenzij je met een groot gezin en volle bepakking over de Alpen wilt trekken, zul je het extra vermogen van de 1.5 TSI niet missen. Het helpt dat de auto erg licht is, iets wat extra opvalt in deze tijden vol zware elektrische auto’s en SUV’s.

De automaat vonden we minder traag dan in eerdere combinaties met de 1.0 TSI, dus wellicht heeft Seat hier toch wat kleine tweaks doorgevoerd. En natuurlijk is 150 pk lekker, maar bij de lancering van de vorige Ibiza was dat nog het vermogen van een Ibiza FR. Je doet jezelf met de 1.0 dus weinig tekort.

De Ibiza ligt nog altijd wat strakker op de weg dan de gemiddelde B-segmenter. Zijn scherpte haalt het nog niet bij de Fiesta ST-Line, maar bochtige wegen zijn leuk genoeg, omdat er relatief weinig bodyroll is en de auto licht in de neus is. Op de extreem natte Spaanse wegen waren de grip en tractie nogal eens problematisch, maar dat lag vermoedelijk aan de extreem gladde omstandigheden. Al voor de facelift was dit geen punt dat we bij de Ibiza als problematisch zagen. De balans van de auto bleek in grenssituaties overigens erg goed.

BREED INZETBAAR

De kracht van de Ibiza is dat hij los van het rijplezier breed inzetbaar is. Leuk rijdende concurrenten in dit segment zijn met name de Opel Corsa en de Ford Fiesta, maar die zijn op de achterbank vrij krap, terwijl de Seat juist ruimer dan gemiddeld is. De Clio rijdt redelijk (wel minder dan de Seat) en is ruim, maar heeft weer mindere motoren. Daarmee is de kracht van de Spanjaard nog altijd dat hij over de hele linie goed scoort.

De auto doet erg weinig fout en nu het interieur een goede upgrade heeft gehad, is de value for money helemaal goed. Een ideale eerste leaseauto als je in de markt bent voor iets dat rijplezier moet bieden, terwijl je ook eens met vrienden op vakantie wilt. Wel zullen we met pijn in het hart terugdenken aan het verleden, toen we konden melden: “Het wachten is op de Cupra.” Want hoe goed die auto ook zou zijn – dat durven we te zeggen met deze basis en de Cupra Leon in het achterhoofd – er zal nooit meer een Cupra Ibiza komen. Die rol wordt door de volledig elektrische Cupra Born overgenomen. Dat is de prijs van de vooruitgang.