Renault Twingo EDC (2016) - Test

Dus je wil een nieuwe auto, in het A-segment, met een automatische transmissie? Dan kom je vrijwel automatisch uit bij een gerobotiseerde handbak, of heel af en toe een CVT dan wel viertraps volautomaat uit het stenen tijdperk. Alle drie niet heel geavanceerde opties. Kennelijk vond Renault dat daar een gat in de markt lag waar ze met de nieuwe Twingo in konden springen. Dat trachten de Fransen te vullen door de Twingo voortaan aan te bieden met de EDC-transmissie met dubbele koppeling. Maar hoe bevalt die?

Afgemeten naar de maatstaven van het A-segment in ieder geval heel erg goed. De schakeltijden zijn kort en de werking is doorgaans heel erg soepel. In verhouding tot de meeste andere automaten in dit segment is de EDC-bak een verademing. Maar verruimen we het referentiekader naar automaten met dubbele koppeling in het algemeen dan is de EDC niet echt de apex van wat er technologisch mogelijk is. Motor en bak reageren bij wegrijden beide vrij traag.. Het gevolg is dat er even bijna niks gebeurt, waarna de auto opeens uit de startblokken schiet. Ook twijfelt de bak soms bij tussenacceleratie, hij twijfelt even en legt dan alsnog vrij bruusk de versnelling in.. Je moet leren omgaan met de EDC-bak, maar na een paar dagen ken je 'm en is het toch vooral een positieve indruk die overheerst. Vooral omdat de turbomotor met z'n 90 pk en 135 Nm de Twingo het soort vlotheid geeft dat in de meeste concurrenten schittert door afwezigheid. Het kan verfijnder, maar het geheel is zeker niet slecht.

Geen start/stop

Opmerkelijk genoeg overleeft het start/stop-systeem de vervanging van een handbak voor een automaat niet. Daardoor ligt de CO2-uitstoot van de nieuwe variant negen gram hoger dan de versie met handbak. Samen met de meerprijs voor de transmissie zelf is de automaat zodoende € 1.700 duurder dan de handbak. Daarmee komt de vanafprijs op € 14.690. En dan heb je nog géén airco, lichtmetaal of andere tamelijk gewilde opties. Goedkoop is de zelfschakelende mini-Fransoos dus niet en ook het verbruik is niet zo gunstig als we in dit segment gewend zijn. Zo rond de 1 op 16 lukt wel, maar zuiniger vergt aanpassing van je rijstijl.

In ruil voor je investering krijg je wel een relatief veelzijdige auto. Opties als een achteruitrijcamera of lane departure warning zijn bijvoorbeeld niet vanzelfsprekend in dit segment. Bovendien zitten de voorstoelen ook voor grote mensen best prettig en ziet het dashboard er fris en kwalitatief prima uit, Eventueel kun je zelfs zonder schaamrood op je kaken volwassenen op de achterbank neerzetten. Het is wat inschikken, maar met vier volwassenen op pad is in geval van nood of korte ritjes mogelijk. Omdat de motor achterin zit is de laadvloer vrij hoog, maar wel mooi vlak.

Echte stadsauto

Dat de motor achterin ligt drukt ook z'n stempel op het rijgedrag. In positieve zin omdat de voorwielen daardoor enorm ver kunnen indraaien waardoor de draaicirkel lachwekkend klein is. Keerzijde is dat onderstuur zeker op nat wegdek al vrij vroeg optreedt. De Twingo voelt kortom als een echte stadsauto: heel wendbaar en makkelijk te parkeren, maar wat licht op buitenwegen. Zeker als het een beetje waait, dan wordt de koets al snel erg beweeglijk.

Renault zet de nieuwe Twingo duidelijk wat hoger in de markt neer. Er valt veel naar eigen smaak aan te passen en wie het geld en het geduld heeft kan werkelijk een unieke stadsauto in elkaar zetten. Daarbij is het dan wel belangrijk om de totaalprijs in de gaten te houden, want het volledig opgedirkte exemplaar op deze pagina's mag in totaal maar liefst € 19.625 kosten. Inderdaad, bijna twintig mille voor een auto uit het kleinste segment. Daarvoor kun je ook een leuk aangeklede Clio met dezelfde motor kopen. Maar die heeft dan natuurlijk geen bak met dubbele koppeling.