Praktijkervaring Peugeot 205: hoe sterk is het nummer?
'M’n leaseauto heeft een sportstand; een 205 staat altijd in de sportstand'
- Elco van der Meer
- Praktijkervaring
Zo nu en dan maken we in deze rubriek een uitstapje naar vervlogen tijden. Iets minder relevant voor de koper van een (zo goed als) nieuwe auto misschien, maar goed voor ons aller liefhebbershart. Omdat de gebruikerservaringen van de Peugeot 404 laatst zo goed werden ontvangen, doen we het nog eens over. Nu met een kleinere leeuw, maar wel een exemplaar dat nog je vaak ziet rijden: de Peugeot 205.
In de tijd van de 404 ging het best goed met het merk Peugeot. Begin jaren tachtig hing de vlag er aanzienlijk minder lekker bij, mede door een reeks onhandige overnames en strategische fouten. Het merk smachtte naar een impuls, wat in 1983 leidde tot de 205. Deze auto, vermarkt onder de slogan ‘een sterk nummer’, bleek de redding van het merk. Zijn imago was zelfs zo sterk dat volk en fabrikant er maar moeilijk afscheid van konden nemen. De 205 hield het tot 1998 vol.
Succes door gebruiksgemak
Dat de Peugeot 205 succesvol was, zien we ook aan het aantal gebruikersreviews op deze site. Niet minder dan 142 eigenaren deelden hun ervaringen met hun eigen sterke nummer. Soms heel pragmatisch, een andere keer juist enkel uit emotie. Meer dan eens treffen we een weemoedige eigenaar aan die een 205’je beschrijft dat soms al tientallen jaren niet meer in zijn bezit is.
Die emotie schakelen we voor nu even uit. Een van de redenen voor het succes zal ongetwijfeld de praktische inzetbaarheid zijn geweest. De rijder van een 205 XE uit 1989 schrijft daarover: “Qua ruimte blijft het me telkens verbazen hoe ze zo'n compacte auto hebben omgetoverd in een ruimtewonder. Achterpassagiers protesteren niet, want de ruimte op de achterbank is, in relatieve zin, fenomenaal. Bagage en boodschappen hoeven niet op de achterbank; daar is de kofferruimte groot genoeg voor. Voorin zit je als een vorst.” Ook op menig vakantie kwam de 205 van pas, zoals de eigenaar van een 205 Accent uit 1991 beschrijft. “Doordat de laadvloer vlak is, met een platte achterbank, kun je er ontzettend veel spullen in kwijt. Bagage voor twee personen, een tent, kampeerspullen en twee wielrenfietsen pasten er redelijk gemakkelijk in.”
Over de door Peugeot gemonteerde stoelen zijn de meningen verdeeld. “Het meubilair is comfortabel en voor mijn lengte is er genoeg been- en hoofdruimte”, vindt de eigenaar van een 205 XE uit 1986. Ook de eigenaar van een wat jongere 205 Forever is overwegend tevreden, maar mist wel airconditioning. “De velours stoelen zitten fijn, maar een zweterige rug is onontkoombaar.”
Steun of niet, duurzaam blijken de stoelen wel. “De planning is om op korte termijn de bestuurdersstoel te vervangen, want die is na 33 jaar wel versleten”, aldus een 205 XR-rijder. En als je dacht dat elk exemplaar door de jaren heen origineel bleef, heb je het mis. “De stoelen die er vlak na aanschaf zijn ingezet (van een 205 Generation), voldeden aanvankelijk zeer goed, maar na het rijden in de 205 van een kennis die zijn exemplaar had uitgerust met GTI-stoelen van een 106 was ik om; díe moeten er ook in komen!”, meent de eigenaar van een 205 GE uit 1988. “Veel meer steun en ook een (nog) beter zitcomfort op de lange afstand.”
Rijervaring Peugeot 205
De Peugeot 205 overtuigde echter niet alleen met zijn ruimteaanbod of zitcomfort. Ook het weggedrag stond hoog aangeschreven, wat de meeste gebruikers beamen.
Een Vlaamse eigenaar benadrukt graag de grijns die zijn 205 XS opwekt. “Wat betreft rijplezier is er maar weinig wat hieraan kan tippen, 810 kilo blik laat je toe om de meest idiote ‘stunts’ uit te halen. Een 30 kilometer lange ‘achtervolging’ met een vriend in zijn nagelnieuwe Alpine A110 was één van mijn meest memorabele post-puber-ritjes. Uiteraard hield de A110 rijder het gas eraf op de rechte stukken.” Dat lijkt ons wel zo eerlijk.
Een 205-eigenaar die naast het oude leeuwtje over een moderne auto beschikt, beschrijft de beleving als volgt. “Mijn leaseauto heeft een sportstand; een 205 staat altijd in de sportstand. Voorheen heb ik de 205 gebruikt op hetzelfde filegevoelige woon-werktraject. Hier is zo’n 205 inmiddels wat minder geschikt voor: na een lange werkdag is de behoefte aan een rustig rijgedrag en een wat betere isolatie van de buitenwereld welkom.” Er staat wel wat tegenover: “De 205 geeft op een landweg meer plezier dan SUV-slalommen op de A4.”
Een XS met 1.9 GTI-wielen.
Over het rijden met zijn Peugeot 205 XE schrijft een eigenaar: “Over de wegligging ben ik bijzonder te spreken. Alleen het overhellen is irritant, vooral voor de achterpassagiers. Ben je in een sportieve mood, dan kan bij scherp insturen de achterkant loskomen en dat heeft in mijn geval niet één, maar meerdere keren geleid tot abrupt overstuur. Tart het lot echter niet te zeer. Deze auto voelt en oogt niet alleen onveilig, (niet doorvertellen hoor), maar hij is het waarschijnlijk ook.”
De eigenaar van een 205 XS uit 1988 werpt zich eveneens op als spelbederver. “Wat is er dan niet goed aan deze wagen, zou je denken? Wel, hou er rekening mee dat dit absoluut geen veilige wagen is in vergelijking met het moderne hedendaagse spul. Je wilt echt geen ongeluk hebben bij snelheden boven de 50 of 60 km/h, dus enige extra voorzichtigheid is altijd aangeraden”, merkt hij op. “De wagen heeft uiteraard geen ESP of ABS of ASR, geen infrarood, geen radar, geen automatische remfunctie, geen lane assist… maar het gemakkelijke en lichte rijden plus het ongelooflijke zicht, alsof je in een visbokaal zit, helpen wel mee.”
Onderhoud, storingen en irritaties
Goed, de Peugeot 205 is inmiddels een klassieker, maar er zijn nog steeds eigenaren die hem dagelijks inzetten. Enige betrouwbaarheid is daarbij wel gewenst. En, goed nieuws: “Wat ook in het oog springt, is hoe weinig deze auto's roesten. Daar staan ze ook om bekend, maar het is fijn om bevestigd te zien dat alles na 26 jaar nog steeds keihard is”, schrijft de eigenaar van een relatief jonge 205 uit 1994.
Direct daarna benoemt hij een zwak punt waarvan meer eigenaren gewag maken. “Waar ik niet op had gerekend, was de 205-killer: de koppakking. Hij verbruikte al een tijdje wat olie tijdens het starten, maar de stank werd gaandeweg steeds erger. Bij een dag van de 205-club viel anderen op dat het uitlaatgas ook verrassend zoetig rook...”
Ook onze 205 GE-rijder kreeg hiermee te maken, en wel op weg naar de garage voor het laten verhelpen van enkele andere problemen. “De optelsom van alles wat er zou moeten gebeuren, was gewoon simpelweg te hoog geworden.” Maar omdat het bloed kruipt waar het niet gaan kan: “Inmiddels is er wel een vervanger in de vorm van een 205 ACE 1.1 in GTI-trim.”
Daarnaast maken meerdere rijders melding van bijgeluiden tijdens het rijden. De volgende rijder is daar duidelijk over: “Het verhaal van de homokineten en wiellagers; ze kloppen, tikken en zoemen soms, maar dat kan geen kwaad. Het repareren brengt vaak een hogere kostenpost mee dan de waarde van de auto. Wel iets om op af te dingen.”
De laatste opmerking geeft aan hoe tijden zijn veranderd. Deze review is inmiddels twintig jaar oud en tegenwoordig is een redelijke Peugeot 205 aanzienlijk meer waard dan een nieuwe homokineet of wiellager. Sterk nummer dus, die 205? Onbetwist.
Had je deze auto's al gezien?
Lees ook
Praktijkervaring Peugeot 404: klassiekerervaringen
Praktijkverbruik Peugeot 205: is er wel vooruitgang?
Met deze Renault 5 GT Turbo en Peugeot 205 GTi geniet je van de gloriedagen van de hete hatchback
Waarom de 205 de ziel van Peugeot is
Van deze (soms legendarische) youngtimers gaan de prijzen door het dak
Lezersreacties (51) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.