Praktijkervaring BMW 3-serie E46: wát, zo oud?!

“Dit is eerder een 'E39 coupé'”

BMW 3-serie

Wát, is deze strak gelijnde BMW 3-serie alweer 26 jaar oud? Maar het is echt waar, in 1998 begon de levering van wat kenners de E46 noemen en waarover je vaak leest dat het de mooiste 3-serie ooit is. Populair was -ie ook, in het piekjaar 2000 gingen er maar liefst 8.753 naar een Nederlandse eigenaar. Dus luidt nu de vraag: hoe beviel de auto in de praktijk? 

Die verkoopcijfers zijn niet vreemd als je naar het modellenaanbod kijkt. Deze 3-serie bood voor elk wat wils. Naast de sedan en stationwagon (Touring) maakten ook een coupé en cabriolet deel uit van het gamma. Sinds 2001 kon je zelfs kiezen voor een wat ruw afgeknipte 3-serie Compact, die werd getooid met een wel erg opvallende snuit. In 2005 werden de sedan en Touring afgelost, de coupé mocht een jaartje langer blijven en pas in 2007 verdween de cabrio van het toneel.  

Het grote aantal verkopen leidde tot ruim 300 reviews op deze site. Onmogelijk om allemaal door te nemen, dus maken we een selectie op basis van interessante kilometerstanden, hoge lezerswaarderingen en recente ervaringen. Dat moet een mooie dwarsdoorsnede geven. 

Ruimte op premiumniveau 

De redenen om voor een BMW 3-serie te kiezen zul je onder dit kopje niet vinden. Het is bekend dat auto’s in deze klasse niet bekend staan om hun ruimte en voor de meeste gebruikers lijkt het geen doorslaggevend aankoopargument te zijn geweest. Toch zijn er een paar rijders die terloops aandacht besteden aan het dagelijkse gebruiksgemak. “Goede (geluids)isolatie en comfortabel”, schrijft de eigenaar van een BMW 320i sedan uit 2002, “ook voldoende binnenruimte voor vier passagiers. Een echte reisauto.” 

Dat ervaart ook de eigenaar van een 330xD Touring, de stationvariant. “Een E46 is niet groot”, steekt hij van wal, “hoewel vier volwassenen prima plaats hebben. De chauffeur zit perfect met alle bedieningsinstrumenten op de juiste plek. Wel moet de chauffeur een beetje inschikken als er iemand op de achterbank plaatsneemt. Voor drie personen is de achterbank toch echt te krap, dat komt vooral door de hoge cardantunnel. Ook moeten de passagiers op de achterbank uitstroomopeningen voor verse lucht ontberen.” 

Een 316i Touring-rijder is iets minder enthousiast. “Het gebrek aan bekerhouders of opbergvakken is groot en soms even wennen als je met vier man op pad gaat”, is zijn voornaamste commentaar. Daarnaast blijkt de Touring niet de beste stationwagon. “De laadruimte is wat vreemd vormgegeven waardoor je met grote objecten snel in de knel zit.” 

Zitcomfort 

Passagiers hebben volgens eigenaren voldoende ruimte aan boord, zeker voorin. Maar of ze daar ook echt lekker zitten? “De stoelen zijn het enige echte punt van kritiek: ze bieden te weinig steun en de zittingen zijn te kort”, ervaart de eigenaar van een BMW 323i uit 1998. “Na acht maanden ben ik eraan gewend, maar ik blijf verlangen naar een setje sportstoelen met uitschuifbare zitting.” De eigenaar van een 320i uit 2002 deelt deze ervaring. “Ik moet zeggen dat de stoelen die standaard in de E46 zaten echt niet zo lekker zitten op de lange stukken. Hiervoor moet je eigenlijk op zoek naar de sportstoelen die ze toen als optie leverden. Omdat ik wel problemen ervaar met mijn onderrug blijft dit het grootste pijnpunt voor mij.” 

Zo ver wil de eigenaar van een 330 Coupé met dieselmotor niet gaan. “De standaard stoelen zitten niet slecht, maar dit kan absoluut beter”, schrijft hij. Sportstoelen schijnen beter te zitten.” De eigenaar van een BMW 330Ci Coupé heeft zulke stoelen, wat meteen een positieve recensie oplevert. “Het stuur en de stoelen kunnen zo versteld worden dat bijna iedereen van bijna iedere lengte een perfecte zitpositie kan vinden in de auto. Bovendien is de zitpositie lekker laag, wat bijdraagt aan het sportieve gevoel van de auto.” 

Op pad met de E46 

Als het op rijden aankomt heeft BMW een reputatie hoog te houden. Hoe de E46 daarin slaagt? “Het rijden is in een woord geweldig, absoluut een van de fijnste auto’s waarin ik heb gereden”, jubelt de eigenaar van een BMW 330i Touring uit 2021. “Wat opvalt is de geweldige balans in het onderstel, onvoorstelbaar hoe hard je met de BMW de hoek om kan en hoe stabiel deze blijft op hoge snelheden.”  

Ook de eigenaar van een iets minder krachtige 323i is enthousiast. “De wegligging is fantastisch. Geheel zoals het een BMW betaamt”, bevestigt hij. “Het comfort is erg goed: niet te hard, nooit deinerig en toch goed contact met het wegdek.” Er is echter ook een ‘maar’: “Op nat wegdek kan het tricky worden als je je niet aan de gebruiksaanwijzing houdt. Bij sneeuw is een achterwielaandrijver met automaat en 170 pk natuurlijk verre van optimaal.” De rijder van een 330xD Touring heeft met vierwielaandrijving een belangrijke troef in handen, dus over grip geen klachten. “De besturing is zwaarder dan je zou verwachten, maar wel heerlijk precies. Snelle lange bochten zijn goed te nemen. Het onderstel is een goede mix tussen comfort en sportiviteit.” 

Het lijkt of berijders van een 3-serie Coupé hetzelfde krijgen, terwijl ze iets anders verwachtten. Een van hen is de volgende 328ci-rijder: “Na hiervoor een E36 325i Coupé te hebben gehad dacht ik: dit zal wel zoiets zijn qua rijden. Dat was niet zo. Dit is eerder een 'E39 coupé' als het ware (comfort only). Waar de motor van de E36 sportief was (progressief vermogen en prachtig geluid), is de 328ci een luie motor die vooral stil en comfortabel rijden mogelijk maakt. Er zit wel kracht in, maar sportief, nee. Kan wel anders, maar ik heb het origineel bewust zo gelaten.” De eigenaar van een wel heel mooi blauwe 330Ci ervaart hetzelfde. “Moet wel zeggen dat de auto meer rijdt als een Gran Tourer, dan een echte volbloeds racer. De demping laat een bepaalde mate van bodyroll toe, alvorens zichzelf strak te zetten. Ook de automaat draagt bij aan het GT-gevoel, aangezien het een te oud stuk techniek is om te voldoen aan de waanzinnig snelle automaten van tegenwoordig. Prima automaat voor toen, maar met vijf versnellingen zit je soms net niet in een lekker toerengebied.” 

Uiteraard is onderhoud belangrijk om de auto te laten rijden als een echte BMW. De eigenaar van een 320i sedan met inmiddels 224.000 kilometer ervaring is zijn auto in glorie aan het herstellen. Dat lijkt nodig: “Het onderstel al 20 jaar oud en ben ik nog niet aan vervanging hiervan toegekomen. Zodoende is het nog een beetje onrustig in de koets; de schokdempers doen niet per se heel veel meer. Op de achteras zitten trouwens de befaamde/beruchte Monroe-schokdempers die de vorige eigenaar in 2019 gemonteerd heeft. Ze doen het vooralsnog oké. De auto is nu eerder nog comfortabel dan strak en sportief. Wel merk je dat de stuurinrichting mooi zwaar en met veel gevoel ingericht is.” 

Natuurlijk kopen veel rijders een BMW vanwege de – liefst – zescilinder motoren. Deze generatie werd met zoveel varianten geleverd dat elke versie afzonderlijk benoemen geen doen is, maar eigenaren bevestigen het beeld van een aangenaam klinkende motor die in 320i-uitvoering ‘meer dan voldoende is voor de Nederlandse wegen’ en als 330i ‘naar huidige maatstaven vlot te noemen’.  

Onderhoud en reparatiegevoeligheid 

De update van bovenstaande berijder brengt ons bij de onderhouds- en reparatiegevoeligheid van deze BMW 3-serie. Daarbij kijken we niet zo zeer naar normale slijtage, maar naar modelspecifieke problemen waarmee uiteenlopende eigenaren te maken hebben. Een daarvan is cruciaal. “Vooral de sterkere 330i kan achter bij de ophangingspunten van het subframe scheuren ontwikkelen in het chassis”, schrijft de eigenaar van een 320i uit 2002. “Dit kan slecht de aandrijfkrachten weerstaan. Repareren en versterken is een hele operatie omdat het achterste subframe er dan onder uit moet en er gelast moet worden.” Ook: “Roest. Ze zijn op zich prima beschermd, maar bij origineel Nederlandse exemplaren – die allemaal meer dan 20 jaar oud zijn – kun je maar beter oppassen.” 

De eigenaar van een BMW 328Ci uit 1999 krijgt daadwerkelijk met dit probleem te maken, en legt nog een pijnpunt op tafel. “Deze auto had 'maar' minimale scheurvorming, maar had dus ook niet de terugroepactie gehad en die was verlopen toen ik de auto bezat. Dus veel gedoe en kosten gehad om dit goed te herstellen (niet bij BMW). Het differentieel is ook een zwak punt bij mijn auto: is in 2016 vernieuwd, maar echt stil is het niet geworden.” Ook lekkage van het koelsysteem en een versleten hardyschijf, die zorgt voor een ‘bonk’ bij lastwissels, zijn problemen die meerdere eigenaren melden. 

Interessant om te vermelden is het verhaal van een coupérijder die zijn BMW 318Ci tot voorbij de 400.000 kilometer reed. “Ik heb geen vreemde mankementen aan de auto gehad. Het koelvloeistofreservoir is vervangen omdat deze lekte en de krukas- en nokkenassensor zijn vervangen. Het schijnt dat dit typische E46-kwalen zijn.” Hij is duidelijk erg enthousiast over de kwaliteit van zijn BMW. “Dat de E46 een degelijk gebouwde auto is, daar was ik al achter. Nu de teller echter op 370.000 staat, sta ik er echter steeds meer van versteld. Aan niets merk je dat de vier ton bijna in zicht is.” Dat de auto uiteindelijk strandt op een vakantierit mag de pret allang niet meer drukken. 

We waarderen het als je wilt bijdragen door het bijhouden van de AutoWeek Verbruiksmonitor of door een gebruikersreview te schrijven waarin je jouw ervaringen met de auto deelt. Daarmee help je potentiële kopers echt vooruit!

Lezersreacties (35) (gesloten)

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.

De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.

Praat verder op het forum