Praktijkervaring Alfa Romeo Giulia: de laatste, de beste?
'Ik weet niet wat voor tovenarij ze hebben toegepast op het onderstel en de besturing…'
- Elco van der Meer
- Praktijkervaring
De Alfa Romeo Giulia moest in alles weer een échte Alfa zijn. Dat zie je het duidelijkst aan zijn achterwielaandrijving, maar ook de motoren liegen er niet om. Met een elektrische toekomst in het verschiet is dit waarschijnlijk de laatste échte Alfa Romeo, tenminste volgens de liefhebbers. En met dat idee in ons achterhoofd vragen we ons af: wat vinden eigenaren ervan?
Ook al was het na de Alfa Romeo 159 even stil rond het merk, voor de in 2015 gelanceerde opvolger pakte het van oorsprong Milanese merk flink uit. Naast een nieuwe, oude naam kreeg de Giulia zijn geheel eigen platform, wat pas veel later ook door Maserati wordt gebruikt. En wellicht ten overvloede: de Giulia is zo’n pure Alfa dat je daarvan geen stationwagon kunt kopen. Wil je meer ruimte, dan moet je uitwijken naar SUV Stelvio. Deze wordt volgend jaar vervangen door een elektrisch model, de Giulia-opvolger zou in 2026 moeten verschijnen.
Zo rijdt de Giulia
Omdat de Giulia zo gefocust is op rijden trappen we hiermee af, en wel met de mening van een enthousiaste dieselrijder. “Na anderhalf jaar ben ik nog steeds erg ingenomen met de keuze”, schrijft die. “Nooit eerder reed ik met een auto die zoveel rijgenot oplevert. Die wendbaarheid en snelle reacties zonder enige nervositeit, die assertiviteit zonder agressiviteit, de precisie en het plezier, ook bij lage snelheid …”
De eigenaar van een 200 pk sterke benzinevariant is eveneens erg over het onderstel te spreken. “Het rijden is geweldig, ik weet niet wat voor tovenarij ze hebben toegepast op het onderstel en de besturing, want de wegligging is top en het blijft ook nog comfortabel. Ik heb nog nooit in een auto gereden die zo lekker rijdt, echt top.”
Een 2.2 JTD 150 pk-eigenaar beschikt weliswaar over minder vermogen, maar beleeft alsnog voldoende plezier. “De auto heeft een heel goed onderstel”, vindt hij. “Helemaal niet plankhard, maar comfortabel. Desondanks stuurt de auto bijzonder scherp. Heel direct zelfs, als je een middenklasser gewend bent. Ook de balans is perfect. Als je iets te enthousiast een bocht ingaat en de wielen grip verliezen, gaat de auto keurig beheerst over voor- en achterwielen tegelijk glijden. Je kan dus echt de grens opzoeken, zonder dat je bang hoeft te zijn de controle te verliezen.”
Dat na één Alfa Romeo vaak opnieuw zo’n Italiaan volgt bewijst de eigenaar van een Giulia 2.0T 200 pk Super, die hiervoor een Giulietta reed. “De Giulia is een klasse hoger - letterlijk - en dat merk je. Je voelt alles - het blijft een sportieve auto - maar hij werkt alles zóveel beter weg dan de Giulietta dat deed. De perfecte mix tussen sportiviteit en comfort”, concludeert hij. “Het sturen is daarnaast ongekend scherp en de auto ligt als een blok op de weg. Dat dacht ik al van de Giulietta, maar die ging wel degelijk rollen in een bocht. Niets daarvan bij de Giulia. Je kan gestoord hard bochten nemen, maar dat blijft hij met elegantie doen zolang je het niet te gek maakt.”
Ruimte en gebruiksgemak
Als het gaat om kofferruimte scoort de Giulia heel behoorlijk, maar de bereikbaarheid daarvan blijkt beperkt. “Ik ben met de auto en mijn gezin van vier personen twee weken op vakantie geweest”, schrijft de eigenaar van een Giulia Super uit 2018. “Volbepakt, maar zonder imperiaal naar Kroatië was best te doen. De grootste vloekpartijen zijn met name veroorzaakt door de onhandige vorm van de toegang, waardoor je niet alles gemakkelijk langs de drempel krijgt.” Een gedeelde ervaring, zo blijkt: “Kleine kofferbakopening. Er past een kratje met boodschappen dan wel bier door de opening, maar veel hoger is de doorgang niet. Hij is wel diep”, meldt een dieselrijder.
Voor de occasionkoper is het opletten geblazen: “Het is onbegrijpelijk dat de achterbank niet neerklapbaar is. Volgens mij is dat een kleine moeite en het maakt hem meteen een stuk praktischer”, vindt de berijder van een jong gebruikt aangeschafte Giulia Super uit 2019. Dat had de vorige eigenaar kunnen ondervangen, want als die iets had bijbetaald kan het wel. “De bagageruimte is redelijk, maar met de achterbank - in delen - neergeklapt is er goed mee te leven”, aldus een gelukkige berijder die wel over deze optie beschikt.
Als het gaat om ruimte voor klein grut blijkt de Giulia eveneens wat grillig. “Afleg/opbergruimte in de Giulia blijft behelpen”, schrijft een Giulia Super-rijder. “Zelfs je telefoon is een onhandig ding in de auto. Ik wil geen raamklever of ergens een schroef in van een carkit, dus deze slingert meestal in het midden in de bekerhouder.” Een tweede berijder, met een vergelijkbare uitvoering, ervaart hetzelfde. “Ik vind de opbergruimte in de cockpit aan de magere kant. In de vakken in de deuren kan je echt weinig kwijt, het vak onder de armsteun stelt ook weinig voor en twee blikjes lukt, maar twee flesjes wordt een uitdaging in de bekerhouders onder het dashboard.”
Een Giulia Sprint-rijder bekijkt het van de zonnige kant: “Natuurlijk is het niet de auto waarin je je drie kinderen en vakantiebagage wilt proppen, maar daarvoor is hij niet ontworpen. Het is een auto waarin je samen met je partner de zonsondergang tegemoet gaat en gewoon geniet van de ervaring.”
Rijders: ‘kies Veloce-stoelen’
Als het om zitcomfort gaat hebben onze rijders één ding gemeen: ze adviseren de optionele Veloce-stoelen. “De stoelen zijn mooi, zitten heerlijk maar zijdelingse steun is niet hun sterkste kant”, schrijft de berijder van een Giulia 2.2 JTD Business Super. “Ik zou volgende keer het Veloce-pakket bestellen, dat zit als gegoten.”
“Stoelen? Niet Mercedes-comfortabel, maar wel erg fijn op lange ritten”, laat een andere berijder weten. “Mits je de Veloce-stoelen hebt, herkenbaar aan de dikke zijwangen.” Ook op langere afstanden voldoen de stoelen uitstekend, meent de volgende Giulia Veloce-rijder. “De sportstoelen zijn uitgebreid elektrisch in te stellen en zitten perfect. Na een rit naar Genève stappen we fris uit.” Een ervaring die hij deelt met een andere langeafstandsrijder. “De 3.500 kilometer naar Italië zijn moeiteloos verlopen”, schrijft die. “In één dag heen en in één dag terug heeft totaal geen moeite gekost. En waar ik, als lichte rugpatiënt, in het verleden toch vaak gebroken uit een auto kwam na zo'n afstand is dat op de Veloce-stoelen geen enkel probleem.”
Een vijfde berijder benadrukt alleen maar wat de vorige vier rijders al zeiden. “Zoals al gezegd zitten er heerlijke stoelen in die mij als gegoten zitten met veel zijdelingse steun. Zeker omdat ze nog aan alle kanten in te stellen zijn.” Toch is er ook verbetering mogelijk. “Omdat ik vrij lang ben zit ik ver naar achteren en zou ik het stuur nog iets meer naar me toe willen trekken maar dat gaat niet.”
Onderhoud, storingen en irritaties
Opvallend in de reviews is de referenties die meerdere eigenaren maken naar het merkimago. Een 2.0T-rijder begint bij de problemen. “Het zou tenslotte geen Alfa Romeo zijn als er geen problemen waren!”, schrijft hij spottend. “Helaas voor alle nee-zeggers, er is niets te melden. Helemaal niets.” Goed, dit is pas na 13.000 kilometer ervaring, maar ook op de langere termijn blijkt de Alfa Romeo Giulia behoorlijk betrouwbaar en goed gebouwd. “De auto is probleemloos”, schrijft een tevreden berijder na zo’n 2,5 jaar. “Een feest om te rijden. Wat opvalt in positieve zin, is dat het interieur ook na 66.666 km in smetteloze en piep- en kraakvrije staat is.” Een 2.2 JTD-rijder maakt na een ton de balans op. “Over de hele afstand van 100.000 km heeft de auto werkelijk geen klap verkeerd gegeven. Geen kraakje en geen piepje. Een zeer onderschatte auto naar mijn idee.”
Ook een andere dieselrijder heeft vertrouwen in het product, dat hij met een kilometerstand van 180.000 aanschafte. “De vorige eigenaar heeft in 180.000 kilometer nooit iets gehad, en ik in de overige 21.000 kilometer evenmin. Mijn doel is om de auto net als mijn vorigen richting de 350.000 te rijden, maar daar zullen nog wel wat jaren overheen gaan.” Toch blijkt er even later iets te melden. “Laatst had ik bij 228.000 kilometer dan voor het eerst een noemenswaardig probleempje: de radiateur was lek en de auto lekte dan ook koelvloeistof. Toen zijn er twee nieuwe radiateurs in gekomen.”
Ook de benzinemodellen blijken hun werk goed te doen. De volgende eigenaar meldt één smetje op het blazoen van zijn 2.0T: “Is er dan niets tegengevallen in de relatie met Giulia in deze 130.000 km? Eerlijk ze heeft me een keer in de steek gelaten bij 90.000 kilometer, kapotte bobine.” Dat lijkt ons te overzien. Het afscheid valt meerdere (lease)rijders dan ook best zwaar. “De laatste paar dagen nog even genoten van Giulia”, schrijft onze 150 pk JTD-rijder. “Nog wat foto's gemaakt en wat blijft het toch een prachtige auto. Zo enorm van hem genoten. In deze vier jaar en meer dan 180.000 km geen problemen gehad. Niet een keer naar de garage terug geweest voor een rammeltje of een defect.”
Het lijkt er dus op dat deze Alfa Romeo in alles zijn naam waarmaakt, behalve op het gebied van betrouwbaarheid. Een behoorlijke opsteker voor wie in de markt is voor één van de laatste échte liefhebbersauto’s.
Had je deze auto's al gezien?
Lezersreacties (132) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.