Mercedes-Benz 190E 2.3-16 - 1985 - Blits Bezit
Geluksgetal
28 reacties
Video
Helaas kunnen wij deze video niet weergeven, omdat je niet akkoord bent gegaan met de
cookie voorwaarden.
Onze video speler heeft rechten nodig voor de "Social Media".
Wijzig je cookie instellingen
- Dennis van Loenhout
- Blits bezit
Hij ziet er statig uit, en zelfs een beetje anoniem. Maar vergis je niet in de Mercedes-Benz 190, W201 voor intimi. Voor Mercedes-Benz was deze auto een ware revolutie, want hij betekende niet alleen de instap in de compacte middenklasse, maar ook – met dank aan de 2.3-16 – de herintrede in de racerij. Voor Mercedes was ‘190’ daarom een geluksgetal van jewelste.
Het was de Mercedes-Benz 190E 2.3-16 die Formule 1-coureur Ayrton Senna beroemd maakte, en omgekeerd. Als je wilt weten hoe dat gebeurde, ga dan mee terug naar 12 mei 1984. Toen opende de Nürburgring namelijk zijn splinternieuwe Grand Prix-circuit. Nadat Niki Lauda in 1976 op de oude Nordschleife crashte, weigerde de Formule 1 nog langer op deze onveilige baan te rijden. Die was te lang en te onherbergzaam om fatsoenlijk te kunnen beveiligen. Zodoende werd in 1981 gestart met de bouw van een nieuw, modern en veilig Grand Prixcircuit. Na drie jaar bloed, zweet en tranen moest de opening daarvan flink worden gevierd. Met een race, uiteraard.
BATTERIJ KAMPIOENEN
Het idee was om een batterij Formule 1-kampioenen op het nieuwe circuit te laten racen. Mercedes zag een gouden kans op een onvergetelijke pr-stunt, en bood spontaan een legertje splinternieuwe 190E 2.3-16’s aan. Alle nog levende Formule 1-wereldkampioenen werden uitgenodigd, en op 12 mei 1984 stond er een onwaarschijnlijk startveld klaar. Niki Lauda, Keke Rosberg, Alain Prost, Jack Brabham, John Surtees, Phil Hill, James Hunt en zelfs Stirling Moss, iedereen was er.
Naar verluidt was ook Emerson Fittipaldi uitgenodigd, maar was de Braziliaan op het laatste moment verhinderd. Hij zorgde er blijkbaar voor dat zijn landgenoot Ayrton Senna – op dat moment als broekie van 24 bezig aan zijn debuutseizoen in de F1 – zijn plek kon innemen. Saillant detail is dat Senna op het vliegveld werd opgehaald door zijn latere aartsvijand Prost. Kampioenen of niet, de overlevering wil dat de meeste coureurs de race als een lolletje zagen. Behalve één iemand: Senna. De druilerige regen van die 12e mei was hem op het lijf geschreven, en zoals Mercedes een kans op een pr-stunt zag, zag Senna een kans om zijn naam voor altijd te vestigen door alle wereldkam pioenen stof te laten happen. Aldus geschiedde, Senna won de race. De wereld zou nog veel meer van hem horen. Mercedes had vooraf beloofd de winnende auto in zijn museum te plaatsen en was niet blij met de winst van de rookie. Het merk is later bijgedraaid.
CHOOSE YOUR BATTLES
Naast Senna was dus ook de Mercedes 190E 2.3-16 op slag beroemd. Mercedes’ kleinste werd in 1982 geïntroduceerd, en dat was nogal schokkend. Het Duitse merk met de ster maakte grote, dure auto’s en hoorde volgens puristen zeker niet thuis tussen het plebs in de compacte middenklasse. Maar aartsrivaal BMW boekte daar successen met zijn 3-serie, dus Stuttgart wilde niet achterblijven. In 1984 was het publiek gewend aan de 190E en 190D, en kreeg het een nieuwe schok: een sportieve 190, met skirts en spoilers.
Een conservatiever merk bestond er in die tijd niet. Een sportieve Mercedes was haast ondenkbaar, maar Mercedes was zijn roemruchte raceverleden nog niet vergeten en zag de concurrentie links, rechts, boven en onder aan de haal gaan met successen in de rallysport en toerwagenracerij. De rallysport was het aanvankelijke doel, maar Mercedes’ plannen met de bescheiden 190 werden resoluut omver geblazen door het turbogeweld dat Audi met de Quattro ten tonele bracht. Daarvan viel niet te winnen, maar de BMW M3 met zijn viercilinder moest te pakken zijn. Choose your battles, zeggen ze niet voor niets.
DE TELLER GAAT TOT 260
En als we toch de metafoor van het strijdtoneel gebruiken: nergens is het belangrijker om de juiste vrienden te hebben. Mercedes had die juiste vriend, in de vorm van Cosworth. Dat toverde Mercedes’ eigen 2,3-liter om tot een vedergewicht van een zestienklepper, die het tot 185 pk wist te schoppen. Onderhuids onderging de kleine Benz ook een zware operatie: het onderstel werd versterkt en verstevigd, en ook het strakke ontwerp van de legendarische Bruno Sacco moest wat concessies doen aan de snelheid: de 190 kreeg een spoiler, zakte wat dieper naar de grond en kreeg wat bredere wielkasten. Nog steeds subtiel, maar net iets gespierder. Het interieur bleef nagenoeg ongewijzigd. Op de stoelen prijkt Mercedes’ meest sportieve stofje, het grijs-zwart geruite Karo Schwarz. Dat is niet uniek voor de 2.3-16, maar de olietemperatuurmeter, stopwatch en voltagemeter in de middenconsole zijn dat wel. Bovendien kreeg de snelheidsmeter er wat getalletjes bij. In de gemiddelde 190 loopt die tot 180, bij de 2.3-16 stopt hij pas bij 260. Dat zegt genoeg.
KNULLIG STILVALLEN
Zo subtiel als de uiterlijke wijzigingen zijn, zo ingrijpend is de persoonlijkheidsverandering van deze auto. De 190 kennen we als een beschaafde, comfortabele automobiel. Dat beeld verandert zodra je de sleutel van de 2.3-16 omdraait. Niet dat de Cosworth-motor nu zo’n herrieschopper is, maar hij heeft een scherp ondertoontje dat de rest van het motorengamma van de 190 niet heeft. Dan is er de versnellingsbak, een exemplaar met een gebruiksaanwijzing. Een dogleg versnellingsbak tref je namelijk niet dagelijks. Even uitleggen: bij een dogleg-versnellingsbak bevindt de eerste versnelling zich niet links bovenin, zoals we allemaal gewend zijn, maar linksonder. In de racerij is zo’n bak een zegen, want de eerste versnelling wordt daar haast alleen gebruikt om weg te rijden, en het feit dat twee, drie, vier en vijf in een rechte lijn tegenover elkaar liggen betekent simpelweg tijdswinst. Op het circuit tenminste, want op de weg zorgt de plaatsing van het eerste verzet links onderin nog wel eens voor verwarring. Niet dat je ineens de achteruit zult inschakelen – die is netjes vergrendeld – maar wegrijden in de tweede versnelling, of heel knullig stilvallen is wel een realistische optie. En dat is toch een beetje lullig.
BETROUWBAARHEID
Hoewel je wel even moet strijden om die bak onder de knie te krijgen, is het rijden met de 190E 2.3-16 geen strijd, want hoewel deze auto werd geboren als racewagen, kruipt het bloed toch waar het niet gaan kan: op de weg is de Mercedes gewoon comfortabel, zoals een Mercedes hoort te zijn. Anders dan bij een BMW M3 moet je de Benz iets meer aansporen om zijn racegenen te tonen. Bij halfgas is de Cosworth-motor eigenlijk gewoon prettig stil. Pas als je je rechtervoet iets doorduwt, hoor je de wat rauwere rasp en voel je de duw in je rug. Die is zo sterk dat je er goed aan doet jezelf even te herinneren aan het feit dat dit blok dus géén turbo heeft.
Zo gaat het ook in de bochten. Als je normaal rijdt, leunt de 2.3-16 comfortabel de bocht in, als was hij een doorsnee-190. Pas als je meer gas geeft, voel je dat hij vlakker blijft en een schat aan informatie aan je doorgeeft waarvan de bestuurder van een gemiddelde 190 alleen maar kan dromen. De Mercedes 190E 2.3-16 is minder extreem dan de BMW M3. Hij blijft dicht bij zijn merkidentiteit. Hoewel sommige puristen hem daarom afschrijven, maakt dat juist dat hij zijn plekje in de geschiedenis verdient.
Wie de statistieken van het DTM erop naslaat, ziet dat de BMW M3 twee titels won, één meer dan de 190. Die was echter de beste in 1992, op het absolute hoogtepunt van dat kampioenschap. Laten we de spreekwoordelijke betrouwbaarheid van Mercedes uit die tijd ook niet onbesproken houden: in 1983 reed de 190E 2.3-16 meer dan 201 uur non-stop over de Italiaanse hogesnelheidsbaan in Nardo. Aan het einde had de 190 50.000 probleemloze kilometers afgelegd, met een gemiddelde van meer dan 200 kilometer per uur. Daar zou zelfs Senna zijn petje voor hebben afgenomen.
BLITSE BEZITTER
“Een vet grote auto”, daarmee begon de Mercedes-liefde van de 33-jarige Marcel Deijkers. Hij doelt op de W124 waarmee zijn vader vroeger reed. Vader Deijkers is liefhebber pur sang, en schonk zijn zoon een W123, met de boodschap “Ga hem maar mooi maken!” Zo maakte hij van zijn zoon een technicus. Anno 2019 leven vader en zoon Deijkers zich uit in hun gezamenlijke hobby.
Marcel lacht er een beetje om: “Samen met mijn vader heb ik negen 190’s”, zegt hij. Binnen die collectie is de 2.3-16 het absolute pronkstuk. “De 190 is briljant”, zegt Marcel. “En de 2.3-16 is geweldig. Door zijn hoge compressie reageert hij perfect op het gas, de 2.5 met zijn lagere compressie is het net niet. Deze 2.3 vond ik in Frankrijk. Al eerder reed ik naar Denemarken, een retourtje van 2.100 kilometer, om tot de conclusie te komen dat die auto veel roestiger en slechter was dan op de foto. Maar zoiets heb je ervoor over.
Voor deze ben ik naar Grenoble gevlogen. Hij was van een skileraar en de basis was prima. In januari stond hij op mijn oprit, ik ben eerst drie maanden bezig geweest om hem schoon te maken. Daarna heb ik hem helemaal authentiek gemaakt. Ik heb een hekel aan goedkope imitatie, alles moet origineel Mercedes zijn. Dat is soms wat lastig, want lang niet alle onderdelen zijn verkrijgbaar.
Pas geleden heb ik de laatste drie brandstofslangen op de wereld gekocht. Dat kostte me € 300, maar dan heb je ook wat. Boutjes en moertjes stuur ik op naar een kennis in Koeweit, die ze prachtig kan verzinken. De stopwatch in het dashboard was kapot. Daar heb ik mij net zo lang in verdiept tot ik hem weer aan de praat kreeg. Nu sta ik in het wereldje bekend als stopwatchspecialist en repareer ik ze ook voor anderen. Het is een fantastische auto. Die duw in je rug zonder turbo verveelt echt nooit. Ik vind alle 190’s geweldig, maar dit? Dit is de ultieme 190.”
Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.
Signalement
Merk | Mercedes-Benz |
---|---|
Model | 190 E 2.3-16 |
Carrosserie | 4-deurs, sedan |
Transmissie | 5 versnellingen, handgeschakeld |
Aandrijving | achterwielaandrijving |
Nieuwprijs | € 54.869 |
Specificaties
Brandstof | benzine |
Motor | 4-cil. in lijn |
Cilinderinhoud | 2.299 cc |
Maximaal vermogen | 136 kW / 185 pk bij 6.200 tpm |
Maximaal koppel | 235 Nm bij 4.800 tpm |
Inhoud brandstoftank | 55 l |
Lengte / breedte / hoogte | 4.430 mm / 1.706 mm / 1.361 mm |
Wielbasis | 2.665 mm |
Massa leeg | 1.260 kg |
Laadvermogen | 500 kg |
Aanhangermassa geremd / ongeremd | 1.200 kg / 600 kg |
Banden | 205/55VR15Prijzen |
Topsnelheid | 230 km/h |
Acceleratie 0-100 km/h | 7,5 s |
Brandstofverbruik |
Lezersreacties (28) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.