Mazda CX-30 - Eerste Rijtest

Sommige invuloefeningen verlopen niet zoals je verwacht. De auto waarvan zelfs de grootste autoleek kon voorspellen dat hij CX-4 zou gaan heten, heet anders. CX-30 is het geworden. Een al bestaande Mazda CX-4 voor de Chinese markt voorkomt dat de variant die wij in Europa gaan rijden zo mag heten. Men zou er in het hoofdkwartier van Mazda van in de war kunnen raken (klanten in Amerika en Europa niet, want die kennen de Chinese versie toch niet). En om de verwarring nog groter te maken: de CX-3 is gebaseerd op de Mazda 2 en deze CX-30 is gebaseerd op de nieuwe Mazda 3. We konden een korte eerst indruk opdoen.

De CX-30 is na de gloednieuwe Mazda 3 de tweede auto van een nieuwe generatie Mazda’s. Veel vernieuwingen die we eerder in de ‘3’ tegenkwamen, vinden we ook in deze cross-over. Denk aan het nieuwe multimediasysteem, dat nog altijd een knop in de middentunnel als basis heeft en geen touchscreen. Samen met het head-up display (dat op de voorruit geprojecteerd wordt, niet op een pop-upschermpje) moet dat ervoor zorgen dat je je ogen nauwelijks van de weg hoeft te halen terwijl je handelingen verricht. Wij zijn fan, en samen met BMW houdt Mazda dapper stand met deze vorm van bediening. Die is zelf vlot en overzichtelijk, Apple CarPlay en Android Auto zijn standaard.

De zitpositie is uitstekend, met een lage stoel en een stuur dat ver naar je toe kan, terwijl de instap nog altijd hoog genoeg is voor de mensen die juist daarom een crossover willen. Voor je neus analoge wijzers die op een digitaal scherm aangeven hoe hard je rijdt en hoeveel toeren de motor maakt. De boordcomputer is niet heel uitgebreid, maar het geheel oogt wel rustig.

BREED VOORIN

De auto mag dan op de Mazda 3 zijn gebaseerd, hij is wel iets korter, omdat dit volgens Mazda de wendbaarheid in de stad ten goede komt. De achterbank is merkbaar ruimer dan die in de wel heel erg krappe Mazda CX-3, maar niet overweldigend. Een puntje dat bij meer Mazda’s naar voren komt. Opvallend genoeg is de auto voorin wel vrij breed, met een forse middentunnel. De knop voor het multimediasysteem is iets naar voren geplaatst, omdat volgens Mazda mensen steeds langer worden (en hun armen dus ook). Het materiaalgebruik is goed, de afwerking nog beter. Mazda probeert altijd dicht tegen premiummerken aan te schuren en je kunt zien dat het zich in elk geval bij de cockpit veel moeite heeft gegeven.

Al na een kilometer blijkt dat de Japanners het dynamische aspect goed onder controle hebben. De CX-30 rijdt bijzonder prettig, met een scherp gevoel in de neus, weinig overhellen en vooral zonder overtollige kilo’s. Ook is hij merkbaar minder hard dan de CX-3, die op dit vlak een iets te forse prijs voor die dynamiek betaalt. De CX-30 haalt het niveau van de CX-5 niet, maar kan qua rijeigenschappen met gemak op tegen directe concurrenten als de Volkswagen T-Roc en Toyota C-HR. De balans klopt en de basis van de auto is duidelijk het bieden van rijplezier: zitpositie, stuurgevoel, onderstel en multimediabediening is allemaal zo bedacht dat het rijden op de eerste plaats komt. Na de eveneens zeer goed rijdende nieuwe Mazda 3 is het misschien geen verrassing dat de CX-30 ook goed scoort, maar hierdoor is het des te spijtiger dat Mazda zich, los van de MX-5, niet meer toelegt op écht sportieve auto’s.

NIEUWE MOTOR

Qua motoren is het gamma redelijk overzichtelijk: de CX-30 is leverbaar met één diesel: de SkyActiv met 116 pk. De benzinemotoren zullen voor Nederland belang rijker zijn. Wij reden met de 122 pk SkyActiv-G motor. De turboloze motor met zijn ongebruikelijk hoge compressieverhouding is een interessant blok dat prachtig loopt, maar voor een auto van het formaat CX-30 is het vermogen wat te beperkt. Je kunt beter voor de gloednieuwe SkyActiv-X motor gaan die werkt met gedeeltelijke compressieontbranding; die levert tot 180 pk. We konden hem nog niet proberen in de CX-30, maar wel in een Mazda 3. Het is een superzuinig, bijzonder blok dat goed raad weet met een auto als de CX-30. Welke motor je ook neemt, kies wel voor de handbak. De zestraps volautomaat haalt de fut uit elke motor, zodat je een wel erg gezapige auto overhoudt. De handbak daarentegen is een van de betere.

De vanafprijs van de auto is met € 30.000 aan de forse kant, maar zoals wel vaker bij Mazda begin je dan gelukkig niet met een uitgekleed model. Zaken als adaptieve cruisecontrol, licht metaal, het head-up display, airco en parkeersensoren zijn al standaard. He grootste nadeel van de CX-30 is misschien wel zijn naam. Voor Europa had men gewoon CX-4 moeten kiezen, dat zou een hoop verwarring bij toekomstige autokopers schelen. Los hiervan zit de auto perfect tussen de CX-3 en de CX-5 in qua rijden, verfijning en formaat. Dat niveau van cross-over is precies waarvoor Nederland nu warmloopt. Die doelgroep zou er goed aan doen om vanaf september ook even bij de Mazda-dealer binnen te lopen, want de CX-30 is een goed ding. Dan kun je meteen even checken of de krappe achterbank een breekpunt vormt of niet.