Test: Jaguar S-type 2.7D Executive (2004)

Uit de samenwerking tussen Ford en PSA zijn 1,4-, 1,6- en 2-liter common-raildiesels ontstaan, dus is het niet vreemd dat er nu ook een versie is ontwikkeld voor het luxe segment. De in 2004 gefacelifte S-Type kreeg de primeur van de 2.7 V6 zelfontbrander. De V6-diesel wordt gebouwd op de historische locatie Dagenham in Groot-Brittannië. De fabricage vindt plaats in het Ford Diesel Business Centre, het eerste nieuwe gebouw daar sinds dertig jaar. Ford en PSA hebben samen in de ontwikkeling van de motor en de productiefaciliteiten zo'n 350 miljoen euro geïnvesteerd. Er is bij de ontwikkeling veel aandacht besteed aan het onderdrukken van geluiden en trillingen. Dat is ook een reden waarom voor het motorblok, dat een blokhoek heeft van 60°, is gebruikgemaakt van lichtgewicht Compacted Graphic Iron (CGI). Het is de eerste keer dat dit materiaal wordt toegepast in een motor voor massaproductie. De nieuwe V6 is dan ook de lichtste motor van dit type. Omdat CGI een grotere sterkte en hardheid heeft, moesten er ook nieuwe gereedschappen worden ontwikkeld.

Boterzacht schakelen
De 24-kleps dieselmotor is uitgerust met twee elektronisch geregelde variabele turbo's. Op de nieuwe V6 is de modernste generatie common-railinspuiting toegepast, die in dit geval werkt op 1.650 bar. De 2.7 V6 heeft in de S-Type een vermogen van 152 kW/207 pk en een koppel van 435 Nm bij 1.900 tpm. Dat voel je bij sprints, maar ook als je met 120 km/h op de snelweg, rustig rijdend met 2.000 tpm, een dot gas geeft. Dan springt de 1.790 kg zware kat vooruit alsof hij achter een verse prooi aangaat. Jammer is dat vooral bij nóg lagere toeren de kickdown niet snel werkt. De zestrapsautomaat schakelt niet snel terug en daarom is de tussensprint van 80 naar 120 km/h zeker een halve tel trager dan zou kunnen. Maar dat is dan ook de enige opmerking over de boterzacht schakelende transmissie, die je overigens ook met de hand kunt bedienen. De diesel laat zich tijdens het cruisen niet horen en produceert een beschaafd geluid bij 't accelereren.

Fraai afgebiesd
De S-Type is afgelopen jaar licht gefacelift en ook is er aandacht besteed aan een betere afwerking en verhoging van het comfort. 'Onze' 2.7 D Executive Automaat is niet bepaald een instapversie. Hij kost standaard € 64.200, maar met allerlei opties die voornamelijk het comfort ten goede komen, kost hij maar liefst € 81.050. Met het High Line-interieur (€ 4.000) is de luxe uitstraling van de S-Type superchic: het extra zachte leer is fraai afgebiesd in een contrasterende kleur, dashboard en portieren zijn ingelegd met wortelnotenhout en de stoelen zijn 16- en 12-voudig elektrisch verstelbaar en verwarmd. Het is gewoon onmogelijk géén ideale zitpositie achter het stuur vinden, want je kunt zelfs de pedalen op hoogte instellen (€ 580).

Zó Brits
Toch zal het met de standaarduitvoering evenmin behelpen zijn. Daarin zit immers ook een leren interieur, een automatische airco met twee zones, madronahout en 8- en 6-voudig instelbare stoelen. Hoe dan ook, de uitstraling van de S-Type is zó Brits, dat je je afvraagt of een koper van een Duitse auto wel zal overwegen om 'over te stappen'. Aan de andere kant kan die elegante uitstraling juist zijn grote kracht zijn.