Citroen C6 2.7 HDiF 24v Exclusive (2006)

Aan alle kanten is wel iets bijzonders te zien aan de C6. Dat is Citroën natuurlijk verplicht aan z'n stand, want z'n voorgangers waren óók anders dan anders. Er gaat bovendien iets behoorlijk innovatiefs schuil in die gladde, lage, brede en imposante neus, want de C6 heeft een 'actieve' motorkap. Als je een voetganger aanrijdt, komt de motorkap 65 mm omhoog. Zo verandert de kap in een soort vangnet waardoor de kans op ernstig letsel kleiner is. Het profiel van de Citroën oogt aalglad en super-aerodynamisch. Het ontbreken van een zichtbare kofferbak is haast een doodzonde
in de conservatieve topklasse, maar Citroën durfde het aan. De gebogen achterlichten zijn kunstwerkjes en de holle achterruit is afgekeken van die van de CX. Citroën monteert een automatisch opklappende achterspoiler onder de achterruit; vanaf 65 km/h springt hij omhoog.

Soepele motor
De 2,7-liter V6 dieselmotor is ontstaan uit een samenwerking van PSA en Ford. Hij is gemaakt van een futuristisch lichtgewichtmateriaal dat zo sterk en hard is dat het een bijdrage levert aan het terugdringen van bijgeluiden en trillingen. De 24-klepper heeft common-railinspuiting (1.650 bar), die bijdraagt aan een soepele loop. De V6 heeft twee turbo's met variabele geometrie. Het maximum-vermogen bedraagt 204 pk, het koppel 440 Nm. De diesel houdt zich prettig op de achtergrond. Wat minder te spreken zijn we over de automatische transmissie. Koud schakelt hij heel schokkerig en op temperatuur komt de bak wel eens wat twijfelend over. Een C6 bezit heel aparte rijeigenschappen, die met geen enkele andere auto te vergelijken zijn; je moet ervan houden. Grote Citroëns worden sinds jaar en dag voorzien van een uniek veersysteem dat de weg als het ware gladstrijkt. Met deze hydractieve vering is het meer zweven dan rijden en dat staat lijnrecht tegenover wat anno nu gebruikelijk is: in deze klasse kan 't niet dynamisch genoeg zijn. Een C6 is níet dynamisch. Op een bochtige bergweg komt de C6 niet tot zijn recht. De kwaliteiten van de C6 liggen op een heel ander vlak, een vlak waar Citroën op zijn beurt heer en meester is: comfort. Inzittenden van een C6 zullen nooit weten dat de weg wellicht aan een opknapbeurt toe is, dat de spoorrails boven het wegdek uitsteken; zelfs verkeersdrempels verliezen hun kracht. Maar zoveel zweverigheid moet je wel willen.

Niets analoogs
Vanbinnen is de C6 is ook anders dan normaal. In de C6 is feitelijk niet één klokje rond. Sterker nog, het is allemaal beeldschermen wat de klok slaat. Midden op het dashboard staat een grote puist met daarin een beeldscherm dat een standaard PSA-audio- en navigatiesysteem bevat. Je bedient het met de 38 knoppen van de radio. De C6 is echt een auto voor liefhebbers van knopjes en elektronische snufjes, want het barst ervan. Tot het unieke ontwerp van het interieur rekenen we ook de enorme stukken hout die als portiervak dienen. Heel chic hoor, je drukt ze naar beneden en je hebt een groot bergvak. In deze dure uitvoering kun je achterin trouwens in plaats van een driezitsbank ook twee elektrisch verstelbare stoelen krijgen – en dan zit je pas écht goed achterin.